Die Definition eines Großunternehmens sollte gemäß der bereits bestehenden Definition in der Vierten Rechnungslegungsrichtlinie gelten, nach der eine Gesellschaft als „groß“ gilt, wenn die durchschnittliche Anzahl der Beschäftigen 250 überschreitet und entweder die Bilanzsumme 17,5 Mio. EUR oder der Nettoumsatzerlös 35 Mio. EUR überschreitet.
De definitie van een grote vennootschap moet overeenkomen met de definitie die wordt gegeven in de vierde jaarrekeningenrichtlijn op grond waarvan een grote vennootschap een gemiddeld personeelsbestand van meer dan 250 werknemers heeft, en ofwel een balanstotaal van meer dan 17,5 miljoen EUR ofwel een netto-omzet van meer dan 35 miljoen EUR.