Der erste Klagegrund ist aus einem Verstoss der angefochtenen Bestimmungen gegen Artikel 22bis der Verfassung und gegen deren Artikel 10 und 11 in Verbindung mit den Artikeln 6 Absatz 1, 8 und 14 der Europäischen Menschenrechtskonvention, mit Artikel 14 Absatz 4 des Internationalen Paktes über bürgerliche und politische Rechte, mit den Artikeln 3 und 40 des Ubereinkommens über die Rechte des Kindes und mit dem « allgemeinen Rechtsgrundsatz der absoluten Achtung vor den übergeordneten Interessen des Kindes » abgeleitet.
Het eerste middel is afgeleid uit de schending, door de bestreden bepalingen, van artikel 22bis van de Grondwet en van de artikelen 10 en 11 ervan, in samenhang gelezen met de artikelen 6.1, 8 en 14 van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens, met artikel 14, lid 4 van het Internationaal Verdrag inzake burgerrechten en politieke rechten, met de artikelen 3 en 40 van het Internationaal Verdrag inzake de rechten van het kind en met een « algemeen rechtsbeginsel dat de absolute inachtneming van het hoger belang van het kind vastlegt ».