Vertaling van "örtliche Angelegenheit " (Duits → Nederlands) :

TERMINOLOGIE

lokale Angelegenheit | örtliche Angelegenheit
lokale aangelegenheid | lokale materie

örtliche Arbeitsplatzinitiative [ AB-Maßnahme | örtliche Arbeitsbeschaffungsmaßnahme ]
plaatselijk initiatief voor tewerkstelling

Einzel-Vorratswasserheizer | örtlicher Speicher-Warmwasserbereiter | örtlicher Speicherwasserheizer
lokaal opgesteld warmwatertoestel

örtlicher Organisationsausschuss | örtliches Organisationskomitee
plaatselijk organisatiecomité

personenbezogene Angelegenheit
persoonsgebonden aangelegenheid

Angelegenheit
aangelegenheid

kulturelle Angelegenheit
culturele aangelegenheid

örtlich zuständige Behörde
plaatselijk bevoegde autoriteit

Autonomie [ örtliche Autonomie | regionale Autonomie ]
autonomie [ gewestelijke autonomie | lokale autonomie | plaatselijke autonomie | regionale autonomie ]

lokale Gesetzgebung [ Gemeindeverordnung | Kommunalrecht | örtliches Recht ]
lokale wetgeving [ gemeentelijk recht | gemeenteverordening | lokaal recht ]

IN-CONTEXT TRANSLATIONS

Des Weiteren ist anzumerken, dass die örtliche EU-Troika in dieser Angelegenheit am 3. Dezember 2008 eine Demarché an das belarussische Außenministerium in Minsk gerichtet hat.
Voorts zij erop gewezen dat in dit verband op 3 december 2008 een demarche bij het Wit-Russische ministerie van Buitenlandse Zaken in Minsk is ondernomen door de plaatselijke EU-trojka.

Insofern die Massnahme den Zugang zum Wohnungsmarkt und somit den Wohnungsmangel regeln soll, der sich insbesondere auf örtlicher Ebene bemerkbar macht, weist die durch die angefochtene Massnahme geregelte Angelegenheit einen ausreichenden Zusammenhang zum kommunalen Interesse auf, das durch die Gemeinderäte geregelt wird, unter anderem gemäss Artikel 6 § 1 VIII Nr. 1 Absatz 2 des Sondergesetzes vom 8. August 1980. Deshalb bestimmt die angefochtene Bestimmung, dass die Gemeinden als dezentralisierte Behörden Verstösse gegen die Verpflichtungen dieser Bestimmung feststellen, verfolgen und bestrafen können. Diese Auffassung wird im Ubrigen in den Vorarbeiten bestätigt, in denen darauf verwiesen wird, dass die Sanktionierungsbefugnis fakultativ sei, was die Gemeindeautonomie verstärke:
In zoverre de maatregel ertoe strekt de toegankelijkheid tot de woningmarkt te regelen en aldus de woningnood te remediëren die voornamelijk op het lokale niveau wordt ervaren, is de met de bestreden bepaling geregelde aangelegenheid voldoende verbonden met het gemeentelijk belang dat overeenkomstig onder meer artikel 6, § 1, VIII, 1°, tweede lid, van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 door de gemeenteraden wordt geregeld.

Die Streichung der Gebühren für die Inanspruchnahme von wesentlichen Gesundheitsdiensten ist eine heikle Angelegenheit, ebenso die Notwendigkeit der Einbeziehung örtlicher Gemeinschaften.
De afschaffing van gebruiksbelastingen voor essentiële gezondheidszorg is van cruciaal belang, evenals de noodzaak een beroep te doen op lokale gemeenschappen.

« 1. Verstösst Artikel 35quinquies decies § 3 Absatz 1 des Gesetzes vom 26. März 1971 über den Schutz des Oberflächenwassers gegen Verschmutzung, eingefügt durch Artikel 5 des Dekrets vom 6. Juli 1994 zur Festlegung von Bestimmungen zur Begleitung der Anpassung des Haushalts 1994 (Belgisches Staatsblatt vom 23. September 1994, S. 24246), der folgendermassen lautet: ' Der Beschwerdeführer im Sinne von Paragraph 1 oder ein von ihm beauftragter Rechtsanwalt kann gegen die vom Beamten der Gesellschaft getroffene Entscheidung im Sinne von Paragraph 2 Klage erheben beim Appellationshof des Amtsbezirks des Amtes, wo die Steuer eingenommen wird bzw. eingenommen werden soll ', gegen die Artikeln 13 und 146 der Verfassung und die Zuständigkeitsverteilungsvorschriften, und zwar insoweit die Flämische Region in Artikel 35quinquies [zu lesen ist: 35quinquies decies ] § 3 Absatz 1 des vorgenannten Gesetzes die sachliche und örtliche Zuständigkeit der Gerichte bestimmt und somit eine zum Zuständigkeitsbereich des nationalen Gesetzgebers gehörende Angelegenheit regelt, ohne jede Möglichkeit der Berufung auf Artikel 10 des Sondergesetzes vom 8. August 1980 zur Reform der Institutionen, unter Berücksichtigung der neuen Regelung für Steuerstreitfälle, die durch das Gesetz vom 15. März 1999 über steuerrechtliche Streitsachen und das Gesetz vom 23. März 1999 über die Organisation des Gerichtswesens in Steuersachen eingeführt wurde?
1. « Schendt artikel 35quinquies decies, § 3, eerste lid, van de wet van 26 maart 1971 op de bescherming van de oppervlaktewateren tegen verontreiniging, ingevoegd door artikel 5 van het decreet van 6 juli 1994 houdende bepalingen tot begeleiding van de aanpassing van de begroting 1994 (Belgisch Staatsblad van 23 september 1994, p. 24246) dat luidt als volgt : ' De persoon die een bezwaarschrift, zoals bedoeld in paragraaf 1, indiende, of een advocaat door hem gemachtigd, kan tegen de beslissing genomen door de ambtenaar van de maatschappij, bedoeld in paragraaf 2, voorziening indienen bij het hof van beroep van het gebied waar het kantoor gelegen is, waar de belasting is of moet worden geïnd ', de artikelen 13 en 146 van de Grondwet en de bevoegdheidsverdelende regels, nl. in zoverre het Vlaams Gewest in artikel 35quinquies [lees : 35quinquies decies ], § 3, eerste lid, van voornoemde wet, de materiële en territoriale bevoegdheid van de rechtbanken bepaalt en aldus een aangelegenheid regelt die tot de bevoegdheid van de nationale wetgever behoort, zonder zich te kunnen beroepen op artikel 10 van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming van de instellingen, hierbij rekening houdend met de nieuwe fiscale geschilregeling ingevoerd door de wet van 15 maart 1999 betreffende de beslechting van fiscale geschillen en de wet van 23 maart 1999 betreffende de rechterlijke inrichting in fiscale zaken ?

« 1. Verstösst Artikel 35quinquies decies § 3 Absatz 1 des Gesetzes vom 26. März 1971 über den Schutz des Oberflächenwassers gegen Verschmutzung, eingeführt durch Artikel 5 des Dekrets vom 6. Juli 1994 zur Festlegung von Bestimmungen zur Begleitung der Anpassung des Haushalts 1994 (Belgisches Staatsblatt vom 23. September 1994, S. 24246), der folgendermassen lautet: ' Der Beschwerdeführer im Sinne von Paragraph 1 oder ein von ihm beauftragter Rechtsanwalt kann gegen die vom Beamten der Gesellschaft getroffene Entscheidung im Sinne von Paragraph 2 Klage erheben beim Appellationshof des Amtsbezirks des Amtes, wo die Steuer eingenommen wird bzw. eingenommen werden soll ', gegen die Artikel 13 und 146 der Verfassung und die Zuständigkeitsverteilungsvorschriften, und zwar insoweit die Flämische Region in Artikel 35quinquies [zu lesen ist: 35quinquies decies ] § 3 Absatz 1 des vorgenannten Gesetzes die sachliche und örtliche Zuständigkeit der Gerichte bestimmt und somit eine zum Zuständigkeitsbereich des nationalen Gesetzgebers gehörende Angelegenheit regelt, ohne jede Möglichkeit der Berufung auf Artikel 10 des Sondergesetzes vom 8. August 1980 zur Reform der Institutionen, unter Berücksichtigung der neuen föderalen Regelung für Steuerstreitfälle, die durch das Gesetz vom 15. März 1999 über steuerrechtliche Streitsachen und das Gesetz vom 23. März 1999 über die Organisation des Gerichtswesens in Steuersachen eingeführt wurde? »
1. « Schendt artikel 35quinquies decies, § 3, eerste lid, van de wet van 26 maart 1971 op de bescherming van de oppervlaktewateren tegen verontreiniging, ingevoerd door artikel 5 van het decreet van 6 juli 1994 houdende bepalingen tot begeleiding van de aanpassing van de begroting 1994 (Belgisch Staatsblad van 23 september 1994, p. 24246) dat luidt als volgt : ' De persoon die een bezwaarschrift, zoals bedoeld in paragraaf 1, indiende, of een advocaat door hem gemachtigd, kan tegen de beslissing genomen door de ambtenaar van de maatschappij, bedoeld in paragraaf 2, voorziening indienen bij het hof van beroep van het gebied waar het kantoor gelegen is, waar de belasting is of moet worden geïnd ', de artikelen 13 en 146 van de Grondwet en de bevoegdheidsverdelende regels, nl. in zoverre het Vlaams Gewest in artikel 35quinquies [lees : 35quinquies decies ], § 3, eerste lid, van voornoemde wet, de materiële en territoriale bevoegdheid van de rechtbanken bepaalt en aldus een aangelegenheid regelt die tot de bevoegdheid van de nationale wetgever behoort, zonder zich te kunnen beroepen op artikel 10 van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming van de instellingen, hierbij rekening houdend met de nieuwe federale fiscale geschilregeling ingevoerd door de wet van 15 maart 1999 betreffende de beslechting van fiscale geschillen en de wet van 23 maart 1999 betreffende de rechterlijke inrichting in fiscale zaken ? »

« Verstösst Artikel 40 § 2 des Dekrets vom 22. Dezember 1995 zur Festlegung von Bestimmungen zur Begleitung des Haushalts 1996 (Belgisches Staatsblatt vom 30. Dezember 1996 [zu lesen ist: 1995], SS. 36108 ff) gegen Artikel 146 der Verfassung, indem er das örtlich und sachlich zuständige Gericht bestimmt und somit eine Angelegenheit regelt, die durch Artikel 146 der Verfassung dem föderalen Gesetzgeber vorbehalten worden ist, indem er bestimmt, dass der Steuerpflichtige innerhalb von einer Frist von dreissig Tagen nach der Zustellung des Zahlungsbefehls mittels einer Gerichtsvollzieherurkunde einen mit Gründen versehenen Einspruch mit Vorladung der Flämischen Region vor das Gericht erster Instanz des Ortes, wo sich die Immobilie befindet, einlegen kann?
« Schendt de bepaling van artikel 40, § 2, van het decreet van 22 december 1995 houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 1996 (Belgisch Staatsblad van 30 december 1996 [lees : 1995], pp. 36108 e.v) artikel 146 van de Grondwet inzoverre het de bevoegde rechtbank aanduidt ratione loci en ratione materiae en aldus een aangelegenheid regelt die door artikel 146 van de Grondwet aan de federale wetgever werd voorbehouden door te bepalen dat binnen de dertig dagen na de betekening van het dwangbevel de belastingplichtige bij deurwaardersexploot een met redenen omkleed verzet kan aantekenen houdende dagvaarding van het Vlaams Gewest bij de rechtbank van eerste aanleg van de plaats waar het onroerend goed gelegen is ?

« Verstösst Artikel 40 § 2 des Dekrets vom 22hhhhqDezember 1995 zur Festlegung von Bestimmungen zur Begleitung des Haushalts 1996 (Belgisches Staatsblatt vom 30hhhhqDezember 1996 zu lesen ist : 1995, SS. 36108 ff) gegen Artikel 146 der Verfassung, indem er das örtlich und sachlich zuständige Gericht bestimmt und somit eine Angelegenheit regelt, die durch Artikel 146 der Verfassung dem föderalen Gesetzgeber vorbehalten worden ist, indem er bestimmt, dass der Steuerpflichtige innerhalb von einer Frist von dreissig Tagen nach der Zustellung des Zahlungsbefehls mittels einer Gerichtsvollzieherurkunde einen mit Gründen versehenen Einspruch mit Vorladung der Flämischen Region vor das Gericht erster Instanz des Ortes, wo sich die Immobilie befindet, einlegen kann?
« Schendt de bepaling van artikel 40, § 2, van het decreet van 22 december 1995 houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 1996 (Belgisch Staatsblad van 30 december 1996 lees : 1995, p. 36108 e.v) artikel 146 van de Grondwet inzoverre het de bevoegde rechtbank aanduidt ratione loci en ratione materiae en aldus een aangelegenheid regelt die door artikel 146 van de Grondwet aan de federale wetgever werd voorbehouden door te bepalen dat binnen de dertig dagen na de betekening van het dwangbevel de belastingplichtige bij deurwaardersexploot een met redenen omkleed verzet kan aantekenen houdende dagvaarding van het Vlaams Gewest bij de rechtbank van eerste aanleg van de plaats waar het onroerend goed gelegen is ?