Traduction de «zwischen schulen könnten » (Allemand → Néerlandais) :

betont die Notwendigkeit, mehr und unterschiedlichere junge Menschen einzubinden, um den repräsentativen Charakter zu verbessern; befürwortet die Förderung der Teilhabe ab einem jungen Alter; unterstützt in diesem Zusammenhang Überlegungen, wie die Verbindungen zwischen Schulen, Jugendorganisationen und anderen Organisationen der Zivilgesellschaft ausgebaut werden könnten, und empfiehlt nachdrücklich die umfassendere Anerkennung nichtformaler Bildung;
beklemtoont de noodzaak van ruimere en meer gediversifieerde participatie van jongeren voor een betere representativiteit; wil participatie vanaf jonge leeftijd aanmoedigen; wenst in dit verband dat er wordt nagedacht over het versterken van de banden tussen scholen, jongerenorganisaties en andere maatschappelijke organisaties, en beveelt ten zeerste aan om een betere erkenning van niet-formeel onderwijs te bevorderen;

76. betont die Notwendigkeit, mehr und unterschiedlichere junge Menschen einzubinden, um den repräsentativen Charakter zu verbessern; befürwortet die Förderung der Teilhabe ab einem jungen Alter; unterstützt in diesem Zusammenhang Überlegungen, wie die Verbindungen zwischen Schulen, Jugendorganisationen und anderen Organisationen der Zivilgesellschaft ausgebaut werden könnten, und empfiehlt nachdrücklich die umfassendere Anerkennung nichtformaler Bildung;
76. beklemtoont de noodzaak van ruimere en meer gediversifieerde participatie van jongeren voor een betere representativiteit; wil participatie vanaf jonge leeftijd aanmoedigen; wenst in dit verband dat er wordt nagedacht over het versterken van de banden tussen scholen, jongerenorganisaties en andere maatschappelijke organisaties, en beveelt ten zeerste aan om een betere erkenning van niet-formeel onderwijs te bevorderen;

18. fordert die Kommission auf, im Rahmen des Programms "Lebenslanges Lernen" mehr finanzielle Mittel für die Lehrerbildung zur Verfügung zu stellen und insbesondere den Lehreraustausch zwischen Schulen in benachbarten Ländern und Regionen zu fördern; betont, dass Mobilität den Austausch von Ideen und bewährten Lehrmethoden vereinfacht und sowohl zu einer Verbesserung der Fremdsprachenkenntnisse als auch zu einem besseren Verständnis anderer Kulturen beiträgt; unterstreicht, dass Lehrer im Laufe ihres Berufslebens mehr Möglichkeiten zum Erlernen von Fremdsprachen haben sollten, wodurch unter anderem die Möglichkeiten der Mobilitätsprogramme der Union künftig optimal genutzt werden könnten;
18. dringt er bij de Commissie op aan de financiële middelen die beschikbaar zijn voor lerarenopleidingen via het een-leven-lang-leren-programma te verhogen, en met name de uitwisseling van leerkrachten tussen scholen in naburige landen en regio's te stimuleren; onderstreept dat mobiliteit de verspreiding van ideeën en beste praktijken binnen het onderwijs vergemakkelijkt en de vaardigheden op het gebied van vreemde talen en de kennis van andere culturen bevordert; onderstreept dat leerkrachten tijdens hun loopbaan meer mogelijkheden zouden moeten hebben om talen te leren, hetgeen onder meer de mogelijkheden die door EU-mobiliteitsprogramma's worden geboden zal maximaliseren;

18. fordert die Kommission auf, im Rahmen des Programms „Lebenslanges Lernen“ mehr finanzielle Mittel für die Lehrerbildung zur Verfügung zu stellen und insbesondere den Lehreraustausch zwischen Schulen in benachbarten Ländern und Regionen zu fördern; betont, dass Mobilität den Austausch von Ideen und bewährten Lehrmethoden vereinfacht und sowohl zu einer Verbesserung der Fremdsprachenkenntnisse als auch zu einem besseren Verständnis anderer Kulturen beiträgt; betont, dass Lehrer im Laufe ihres Berufslebens mehr Möglichkeiten zum Erlernen von Fremdsprachen haben sollten, wodurch unter anderem die Möglichkeiten der EU-Mobilitätsprogramme künftig optimal genutzt werden könnten;
18. dringt er bij de Commissie op aan de financiële middelen die beschikbaar zijn voor lerarenopleidingen via het een-leven-lang-leren-programma te verhogen, en met name de uitwisseling van leerkrachten tussen scholen in naburige landen en regio's te stimuleren; onderstreept dat mobiliteit de verspreiding van ideeën en beste praktijken binnen het onderwijs vergemakkelijkt en de vaardigheden op het gebied van vreemde talen en de kennis van andere culturen bevordert; onderstreept dat leerkrachten tijdens hun loopbaan meer mogelijkheden zouden moeten hebben om talen te leren, hetgeen onder meer de mogelijkheden die door EU-mobiliteitsprogramma's worden geboden zal maximaliseren;

Objektive Unterschiede zwischen Schulen könnten nur durch die eigenen Merkmale eines Organisationsträgers gerechtfertigt werden, wenn diese Unterschiede mit der juristischen Natur der Organisationsträger zusammenhängen würden, d.h. Gemeinschaften, übrige öffentliche Behörden wie Gemeinden und Provinzen und natürliche Personen oder privatrechtliche Rechtspersonen, was aus dem Wortlaut der Verfassung selbst hervorgehe, nachdem der Begriff « Merkmal » ausdrücklich mit dem Organisationsträger des betreffenden Unterrichts verbunden worden sei.
Objectieve verschillen tussen scholen kunnen enkel worden verantwoord door de eigen karakteristieken van een inrichtende macht, wanneer die verschillen verband houden met de juridische natuur van de inrichtende machten, te weten de gemeenschappen, de overige openbare besturen zoals gemeenten en provincies en de natuurlijke of privaatrechtelijke rechtspersonen, wat uit de tekst van de Grondwet zelf voortvloeit, nu het begrip « karakteristiek » uitdrukkelijk werd verbonden met de inrichtende macht van het desbetreffende onderwijs.

Artikel 3 des Schulpaktgesetzes führe ausserdem eine Behandlungsungleichheit zwischen Schulen mit und Schulen ohne Charakter ein, indem nur erstere Vorzugsmassnahmen hinsichtlich der Programmierungs- und Rationalisierungsnormen geniessen könnten, wohingegen letztere aufgrund eines besonderen Verfahrens nur Abweichungen von Programmierungsnormen erhalten könnten eine Ungleichheit, die sich aus der Änderung dieser Bestimmung durch den königlichen Erlass Nr. 411 vom 25. April 1986 ergebe.
Artikel 3 van de schoolpactwet voert bovendien een ongelijke behandeling in tussen scholen met en scholen zonder karakter, doordat alleen de eerstgenoemde gunstnormen betreffende de programmatie- en de rationalisatienormen kunnen genieten, terwijl de laatstgenoemde, op grond van een bijzondere procedure, enkel afwijkingen van programmatienormen kunnen verkrijgen, een ongelijkheid die het gevolg is van de wijziging van die bepaling bij het koninklijk besluit nr. 411 van 25 april 1986.

- Multilaterale Partnerschaften zwischen Schulen bzw. Hochschulen könnten genutzt werden, um Schüler, Studenten und Lehrkräfte für die Vorteile des Erwerbs diversifizierter Sprachkompetenzen zu sensibilisieren.
- multilaterale partnerschappen tussen scholen of universiteiten kunnen worden aangewend om de leerlingen, studenten en docenten bewust te maken van de voordelen van gediversifieerde verwerving van taalvaardigheden.

Darüber hinaus könnten die bilateralen Bemühungen zur Förderung des Austauschs von Universitätsstudenten und -professoren sowie die gemeinsame Entwicklung von Lehrplänen ebenso wie die Gründung von Partnerschaften zwischen Schulen und die Förderung des Erlernens europäischer Sprachen intensiviert werden.
Bovendien zouden bilaterale inspanningen ter bevordering van de uitwisseling van studenten en professoren en van de gezamenlijke ontwikkeling van studieprogramma's kunnen worden geïntensiveerd, evenals de totstandbrenging van partnerschappen tussen scholen en de bevordering van het onderwijs in Europese talen.