Der vorlegende Richter möchte vom Hof erfahren, ob die erwähnten Bestimmungen gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung in Verbindung mit Artikel 8 der Europäischen Menschenrechtskonvention verstiessen, indem die Feststellung der Abstammung eines adoptierten Kindes mit keiner anderen Folge einhergehe, als dass die Verbotsbestimmungen bezüglich der Eheschliessung Anwendung fänden, während die Feststellung der Abstammung eines nicht adoptierten Kindes alle Folgen bezüglich der Abstammung nach sich ziehe (erste Frage) und indem die Volladoption widerrufen werd
en könne, wenn eine zweite Volladoption erfolge, während die Volladoption nach de
...[+++]r Feststellung der Abstammung des Adoptierten nicht widerrufen werden könne (zweite Frage).De verwijzende rechter wenst van het Ho
f te vernemen of de vermelde bepalingen de artikelen 10 en 11 van de Grondwet in samenhang gelezen met artikel 8 van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens schenden doordat de vaststelling van de afstamming van een geadopteerd kind geen ander gevolg heeft dan dat de verbodsbepalingen inzake het huwelijk van toepassing worden, terwijl de vaststelling van de afstamming van een niet-geadopteerd kind alle gevolgen inzake afstamming doet ontstaan (eerste vraag)
en doordat de volle adoptie kan worden he ...[+++]rroepen wanneer een tweede volle adoptie volgt, terwijl de volle adoptie niet kan worden herroepen na vaststelling van de afstamming van de geadopteerde (tweede vraag).