Hinsichtlich der vom Gesetzgeber getroffenen Wahl in bezug auf die Progression der Steuersätze - die die klagende Partei kritisiert, insbesondere den Steuersatz von 11 Prozent, der auf den Teil der eingesetzten Summen oberhalb des Betrags von zwei Milliarden anwendbar ist - scheint der Gesetzgeber die Grenzen seiner einschlägigen Beurteilungszuständigkeit nicht überschritten zu haben.
Wat betreft de door de wetgever gemaakte keuze in verband met die progressieve tarieven - die de verzoekende partij bekritiseert, in het bijzonder het tarief van 11 pct. dat van toepassing is op de schijf van de ingezette bedragen die twee miljard overtreft - blijkt de wetgever de grenzen van zijn beoordelingsbevoegdheid ter zake niet te hebben overschreden.