Vertaling van "zuzuweisen wäre wird " (Duits → Nederlands) :

Das Risikogewicht, das nach den Artikeln 78 bis 83 bei Vorliegen einer unmittelbaren Forderungsposition in Form des Sicherungsinstruments zuzuweisen wäre, wird den durch den Marktwert der anerkannten Sicherheit gedeckten Teilen der Forderungswerte zugewiesen.
Het risicogewicht dat overeenkomstig de artikelen 78 tot en met 83 zou worden toegekend indien de kredietgever een rechtstreekse positie in het zekerheidsinstrument had, wordt toegekend aan die gedeelten van de waarden van de post die door de marktwaarde van erkende zekerheden zijn gedekt.

26. Das Risikogewicht, das nach den Artikeln 78 bis 83 bei Vorliegen einer unmittelbaren Forderungsposition in Form des Sicherungsinstruments zuzuweisen wäre, wird den durch den Marktwert der anerkannten Sicherheit gedeckten Forderungsteilen zugewiesen.
Het risicogewicht dat overeenkomstig de artikelen 78 tot en met 83 zou toegekend worden indien de kredietgever een rechtstreekse positie in het zekerheidsinstrument had, wordt toegekend aan die gedeelten van vorderingen die door de marktwaarde van erkende zekerheden zijn gedekt.

M. in der Erwägung, dass es nicht gerecht wäre, allein den Lehrern die Verantwortung für ihre Bildungstätigkeit zuzuweisen; in der Erwägung, dass betont werden muss, dass die Fähigkeit der Lehrer, alle Schüler angemessen zu unterrichten, ein Klima des Zusammenlebens zu schaffen und gewalttätige Verhaltensweisen zu unterbinden, viel mit den Bedingungen zu tun hat, unter denen unterrichtet wird, sowie mit den verfügbaren Hilfen, mit der Zahl der Schüler mit Lernschwierigkeiten in der Klasse, mit dem sozio-kulturellen Umfeld der Schulen, mit der Zusammenarbeit der Familien und mit der erhaltenen gesellschaftlichen Unterstützung; in der Erwägung, dass das Engagement der Lehrer zum großen Teil vom Engagement der Gesellschaft für die Bildung abhängt und dass beide aufeinander einwirken, um einen besseren Unterricht zu erreichen,
M. overwegende dat het niet rechtvaardig zou zijn om alleen leerkrachten verantwoordelijk te stellen voor hun onderwijsactiviteiten; overwegende dat benadrukt moet worden dat het vermogen van leerkrachten om goed onderwijs te geven aan al hun leerlingen, een klimaat te scheppen waarin allen kunnen samenleven en gewelddadig gedrag te verminderen, nauw verbonden is met de omstandigheden waarin ze lesgeven, de beschikbare ondersteunende middelen, het aantal leerlingen met leermoeilijkheden in elke klas, het sociale en culturele klimaat op scholen, de medewerking van gezinnen en de sociale steun die ze krijgen; overwegende dat de mate van betrokkenheid van leerkrachten voor een groot deel afhangt van de betrokkenheid van de maatschappij bij het onderwijs, en dat beide factoren elkaar beïnvloeden en van belang zijn voor de kwaliteit van het onderwijs,

M. in der Erwägung, dass es nicht gerecht wäre, allein den Lehrern die Verantwortung für ihre Bildungstätigkeit zuzuweisen; in der Erwägung, dass betont werden muss, dass die Fähigkeit der Lehrer, alle Schüler angemessen zu unterrichten, ein Klima des Zusammenlebens zu schaffen und gewalttätige Verhaltensweisen zu unterbinden, viel mit den Bedingungen zu tun hat, unter denen unterrichtet wird, sowie mit den verfügbaren Hilfen, mit der Zahl der Schüler mit Lernschwierigkeiten, die es in jeder Klasse gibt, mit dem sozio-kulturellen Umfeld der Schulen, mit der Zusammenarbeit der Familien und mit der gesellschaftlichen Unterstützung; in der Erwägung, dass das Engagement der Lehrer zum großen Teil vom Engagement der Gesellschaft für die Bildung abhängt und dass beide aufeinander einwirken, um einen besseren Unterricht zu erreichen,
M. overwegende dat het niet rechtvaardig zou zijn om alleen leerkrachten verantwoordelijk te stellen voor hun onderwijsactiviteiten; overwegende dat benadrukt moet worden dat het vermogen van leerkrachten om goed onderwijs te geven aan al hun leerlingen, een klimaat te scheppen waarin allen kunnen samenleven en gewelddadig gedrag te verminderen, nauw verbonden is met de omstandigheden waarin ze lesgeven, de beschikbare ondersteunende middelen, het aantal leerlingen met leermoeilijkheden in elke klas, het sociale en culturele klimaat op scholen, de medewerking van gezinnen en de sociale steun die ze krijgen; overwegende dat de mate van betrokkenheid van leerkrachten voor een groot deel afhangt van de betrokkenheid van de maatschappij bij het onderwijs, en dat beide factoren elkaar beïnvloeden en van belang zijn voor de kwaliteit van het onderwijs,