Außer in den in den Artikeln 135 und 154 vorgesehenen Dringlichkeitsfällen können die Aussprache und die Abstimmung über einen Text nur eröffnet werden, wenn dieser mindestens vierundzwanzig Stunden zuvor verteilt wurde.
Behoudens in dringende gevallen als bedoeld in de artikelen 135 en 154, kunnen geen debat en stemming over een tekst plaatsvinden, wanneer deze niet ten minste 24 uur van tevoren is rondgedeeld.