Vertaling van "zuständigen türkischen behörden haben " (Duits → Nederlands) :

Die türkischen Behörden haben diesbezüglich eindeutige Zusagen abgegeben.
De Turkse autoriteiten hebben zich daartoe duidelijk verbonden.

Neben der Verteilung des Verzeichnisses der für den Eingang der Daten zuständigen einzelstaatlichen Behörden haben sich die Bemühungen auf die Definition der dem Herkunftsmitgliedstaat zu übermittelnden Daten (Definition eines Standardformulars), die Annahme eines einheitlichen elektronischen Formats für den Informationsaustausch sowie die Definition konkreter Modalitäten für den Informationsaustausch (Disketten und/oder elektronische Post) konzentriert.
Behalve de verspreiding van een lijst van nationale autoriteiten waar de gegevens naartoe moeten worden gezonden, hebben zij zich gericht op het beschrijven van de gegevens die aan de lidstaat van herkomst moeten worden medegedeeld (opstelling van een standaardformulier), het invoeren van één elektronisch formaat voor de uitwisseling van de gegevens en het beschrijven van de concrete aspecten van de uitwisseling (diskettes en/of e-mail).

Die zuständigen deutschen Behörden haben mitgeteilt, dass Herbert Reul mit Wirkung vom 7. Juli 2017 zum Mitglied der Landesregierung von Nordrhein-Westfalen ernannt wurde.
De bevoegde Duitse autoriteiten hebben meegedeeld dat Herbert Reul werd benoemd tot lid van de regionale regering van Noord-Rijnland-Westfalen met ingang van 7 juli 2017.

Der EU-Kommissar für Migration, Inneres und Bürgerschaft, Dimitris Avramopoulos, fügte hinzu: „ Die türkischen Behörden haben seit dem EU-Türkei-Gipfel am 18. März beachtliche Fortschritte gemacht, und wir sind zuversichtlich, dass die Türkei entschlossen ist, so schnell wie möglich durchgängig Ergebnisse zu erzielen.
Dimitris Avramopoulos, commissaris voor Migratie, Binnenlandse Zaken en Burgerschap, voegde hieraan toe: "De Turkse autoriteiten hebben sinds de Europees-Turkse top van 18 maart opmerkelijke vooruitgang geboekt en wij vertrouwen erop dat Turkije zo snel mogelijk op alle fronten resultaat wil boeken.

27. betont, dass der Reformprozess im Bereich der Gedanken-, Gewissens- und Religionsfreiheit fortgesetzt werden muss, indem Religionsgemeinschaften die Möglichkeit erhalten, Rechtspersönlichkeit zu erlangen, sämtliche Einschränkungen bei der Ausbildung, der Ernennung, dem rechtmäßigen Aufenthalt und der Nachfolge von Geistlichen aufgehoben werden und für eine entsprechende Umsetzung der einschlägigen Urteile des EGMR und der Empfehlungen der Venedig-Kommission gesorgt wird; betont in diesem Zusammenhang, dass der Dialog mit der alevitischen Gemeinschaft gefördert werden muss, die Cem-Häuser als Stätten der Religionsausübung anerkannt werden müssen, die Wiedereröffnung des griechisch-orthodoxen Seminars von Chalki gestattet werden und alle Hindernisse für einen reibungslosen Seminarbetrieb beseitigt werden müssen und die offizielle Verwendung des Kirchentitels des Ökumenischen Patriarchen gestattet werden muss; fordert die zuständigen türkischen Behörden auf, alle offenen Fragen im Zusammenhang mit der Landrückgabe an das Kloster Mor Gabriel und mit anderen Gebietsansprüchen der syrisch-orthodoxen Kirche zu klären; weist darauf hin, dass die Empfehlungen der Venedig-Kommission zu Imbros und Tenedos hinsichtlich des Schutzes von Eigentums- und Bildungsrechten in geeigneter Form umgesetzt werden müssen; betont, dass das Recht auf unterschiedliche Lebensstile – ob laizistisch oder glaubensbasiert – in Einklang mit den Werten der EU in vollem Umfang zu achten und die Trennung von Staat und Religion aufrechtzuerhalten ist; betont, dass die Rechte von Minderheiten geschützt werden müssen; drückt sein Bedauern darüber aus, dass es nichtmuslimischen gemeinnützigen Stiftungen seit der Abschaffung des bis dahin geltenden Gesetzes vor zwei Jahren und aufgrund des bestehenden rechtlichen Vakuums nicht mehr möglich ist, ihre Leitungsgremien zu wählen;
27. benadrukt dat het van belang is het hervormingsproces op het gebied van de vrijheid van gedachte, geweten en godsdienst voort te zetten door religieuze gemeenschappen in staat te stellen rechtspersoonlijkheid te verwerven, door alle restricties ten aanzien van de opleiding, benoeming, legaal verblijf en opvolging van geestelijken weg te nemen, en door te voldoen aan alle desbetreffende arresten van het EHRM en de aanbevelingen van de commissie van Venetië; benadrukt in dit verband de noodzaak om een dialoog met de alevitische gemeenschap te bevorderen en de Cem-huizen als gebedsplaatsen te erkennen, om de heropening van het Grieks-orthodoxe Halki-seminarie toe te staan en om alle obstakels voor een goede werking van het seminarie weg te nemen, en om het officiële gebruik van de kerkelijke titel van de oecumenische patriarch toe te staan; verzoekt de Turkse autoriteiten om alle openstaande vraagstukken in verband met de teruggave van land aan het Mor Gabriël-klooster en andere landaanspraken van de Syrisch-orthodoxe kerk af te handelen; herinnert eraan dat het van belang is om de aanbevelingen van de Commissie van Venetië inzake Imvros en Tenedos met betrekking tot de bescherming van eigendom en het recht op onderwijs ten uitvoer te leggen; onderstreept de noodzaak om het recht op verschillende levensstijlen, zowel seculier als religieus, volledig te respecteren overeenkomstig de waarden van de EU, en om de scheiding tussen religie en staat te handhaven; onderstreept dat het belangrijk is om de rechten van minderheden te beschermen; betreurt dat niet-islamitische liefdadigheidsinstellingen als gevolg van de afschaffing van de vorige wet twee jaar geleden en het bestaande rechtsvacuüm, niet de mogelijkheid hebben hun eigen bestuursorgaan te kiezen;

26. betont, dass der Reformprozess im Bereich der Gedanken-, Gewissens- und Religionsfreiheit fortgesetzt werden muss, indem Religionsgemeinschaften die Möglichkeit erhalten, Rechtspersönlichkeit zu erlangen, sämtliche Einschränkungen bei der Ausbildung, der Ernennung, dem rechtmäßigen Aufenthalt und der Nachfolge von Geistlichen aufgehoben werden und für eine entsprechende Umsetzung der einschlägigen Urteile des EGMR und der Empfehlungen der Venedig-Kommission gesorgt wird; betont in diesem Zusammenhang, dass der Dialog mit der alevitischen Gemeinschaft gefördert werden muss, die Cem-Häuser als Stätten der Religionsausübung anerkannt werden müssen, die Wiedereröffnung des griechisch-orthodoxen Seminars von Chalki gestattet werden und alle Hindernisse für einen reibungslosen Seminarbetrieb beseitigt werden müssen und die offizielle Verwendung des Kirchentitels des Ökumenischen Patriarchen gestattet werden muss; fordert die zuständigen türkischen Behörden auf, alle offenen Fragen im Zusammenhang mit der Landrückgabe an das Kloster Mor Gabriel und mit anderen Gebietsansprüchen der syrisch-orthodoxen Kirche zu klären; weist darauf hin, dass die Empfehlungen der Venedig-Kommission zu Imbros und Tenedos hinsichtlich des Schutzes von Eigentums- und Bildungsrechten in geeigneter Form umgesetzt werden müssen; betont, dass das Recht auf unterschiedliche Lebensstile – ob laizistisch oder glaubensbasiert – in Einklang mit den Werten der EU in vollem Umfang zu achten und die Trennung von Staat und Religion aufrechtzuerhalten ist; betont, dass die Rechte von Minderheiten geschützt werden müssen; drückt sein Bedauern darüber aus, dass es nichtmuslimischen gemeinnützigen Stiftungen seit der Abschaffung des bis dahin geltenden Gesetzes vor zwei Jahren und aufgrund des bestehenden rechtlichen Vakuums nicht mehr möglich ist, ihre Leitungsgremien zu wählen;
26. benadrukt dat het van belang is het hervormingsproces op het gebied van de vrijheid van gedachte, geweten en godsdienst voort te zetten door religieuze gemeenschappen in staat te stellen rechtspersoonlijkheid te verwerven, door alle restricties ten aanzien van de opleiding, benoeming, legaal verblijf en opvolging van geestelijken weg te nemen, en door te voldoen aan alle desbetreffende arresten van het EHRM en de aanbevelingen van de commissie van Venetië; benadrukt in dit verband de noodzaak om een dialoog met de alevitische gemeenschap te bevorderen en de Cem-huizen als gebedsplaatsen te erkennen, om de heropening van het Grieks-orthodoxe Halki-seminarie toe te staan en om alle obstakels voor een goede werking van het seminarie weg te nemen, en om het officiële gebruik van de kerkelijke titel van de oecumenische patriarch toe te staan; verzoekt de Turkse autoriteiten om alle openstaande vraagstukken in verband met de teruggave van land aan het Mor Gabriël-klooster en andere landaanspraken van de Syrisch-orthodoxe kerk af te handelen; herinnert eraan dat het van belang is om de aanbevelingen van de Commissie van Venetië inzake Imvros en Tenedos met betrekking tot de bescherming van eigendom en het recht op onderwijs ten uitvoer te leggen; onderstreept de noodzaak om het recht op verschillende levensstijlen, zowel seculier als religieus, volledig te respecteren overeenkomstig de waarden van de EU, en om de scheiding tussen religie en staat te handhaven; onderstreept dat het belangrijk is om de rechten van minderheden te beschermen; betreurt dat niet-islamitische liefdadigheidsinstellingen als gevolg van de afschaffing van de vorige wet twee jaar geleden en het bestaande rechtsvacuüm, niet de mogelijkheid hebben hun eigen bestuursorgaan te kiezen;

Die zuständigen türkischen Behörden haben eine offizielle Ermittlung der Umstände dieses Todesfalls eingeleitet, wobei der Rat erwartet, dass diese Untersuchung schnell und absolut objektiv durchgeführt wird.
Door de bevoegde autoriteiten is een officieel onderzoek geopend naar de omstandigheden waaronder de heer Çeber is overleden.

Die zuständigen nationalen Behörden haben die Möglichkeit, die von den Betreibern öffentlich zugänglicher elektronischer Kommunikationsdienste getroffenen Maßnahmen zu prüfen und Empfehlungen zu bewährten Verfahren im Zusammenhang mit dem mit Hilfe dieser Maßnahmen zu erreichenden Sicherheitsniveau zu abzugeben.“
De bevoegde nationale instanties kunnen de door de aanbieders van openbare elektronischecommunicatiediensten genomen maatregelen controleren en aanbevelingen formuleren over beste praktijken het beveiligingspeil dat met deze maatregelen moet worden gehaald”.

16. nimmt das Urteil des Gerichtshofes vom 31. Juli 2001 zur Kenntnis, wonach die Türkei durch die Auflösung der islamistischen Refah-Partei im Jahr 1998 nicht gegen Artikel 11 der Europäischen Menschenrechtskonvention (Versammlungs- und Assoziationsfreiheit) verstoßen hat; weist die türkischen Behörden jedoch nachdrücklich darauf hin, dass es erforderlich ist, für die Einhaltung der Grundsätze der pluralistischen Demokratie zu sorgen, die auf der Meinungsfreiheit basiert, und zu gewährleisten, dass die Bestimmungen der Verfassung weder die Tätigkeit der politischen Parteien noch die ihrer Abgeordneten behindern; zeigt sich in diesem Zusammenhang besorgt über das Verbot der Tugendpartei im Juni dieses Jahres; fordert die zuständigen türkischen Behörden auf, die Frage des Verbots und der Auflösung politischer Parteien nach den von der Venedig-Kommission erarbeiteten Maßstäben zu behandeln;
16. neemt nota van de uitspraak van het Hof van 31 juli 2001, volgens welk Turkije door de ontbinding van de islamitische partij Refah in 1998, artikel 11 van het Europees Verdrag van de rechten van de mens (vrijheid van vergadering en vereniging) niet zou hebben geschonden, maar dringt er bij de Turkse autoriteiten op aan toe te zien op de naleving van de beginselen van een pluralistische democratie, die bestaat bij de gratie van de vrijheid van meningsuiting, en vraagt ervoor te zorgen dat er geen grondwetsbepalingen zijn die de activiteiten van politieke partijen of hun volksvertegenwoordigers belemmeren; uit in dit verband zijn bezorgdheid over het verbod op de Partij van de Deugd van juni jl.; verzoekt de bevoegde Turkse autoriteiten om de kwestie van het verbod en de ontbinding van politieke partijen te toetsen aan de criteria die zijn opgesteld door de Commissie van Venetië;

14. nimmt das Urteil des Gerichtshofes vom 31. Juli 2001 zur Kenntnis, wonach die Türkei durch die Auflösung der islamistischen Refah-Partei im Jahr 1998 nicht gegen Artikel 11 der Europäischen Menschenrechtskonvention (Versammlungs- und Assoziationsfreiheit) verstoßen hat, weist die türkischen Behörden jedoch nachdrücklich darauf hin, dass es erforderlich ist, für die Einhaltung der Grundsätze der pluralistischen Demokratie zu sorgen, die auf der Meinungsfreiheit basiert, und zu gewährleisten, dass die Bestimmungen der Verfassung weder die Tätigkeit der politischen Parteien noch die ihrer Abgeordneten behindern; zeigt sich in diesem Zusammenhang besorgt über das Verbot der Tugendpartei im Juni dieses Jahres; fordert die zuständigen türkischen Behörden auf, die Frage des Verbots und der Auflösung politischer Parteien nach den von der Venedig-Kommission erarbeiteten Maßstäben zu behandeln;
14. neemt nota van de uitspraak van het Hof van 31 juli jl., volgens welk Turkije door de ontbinding van de islamitische partij Refah in 1998, artikel 11 van het Europees Verdrag van de rechten van de mens (vrijheid van vergadering en vereniging) niet zou hebben geschonden, maar dringt er bij de Turkse autoriteiten op aan toe te zien op de naleving van de beginselen van een pluralistische democratie, die bestaat bij de gratie van de vrijheid van meningsuiting, en vraagt ervoor te zorgen dat er geen grondwetsbepalingen zijn die de activiteiten van politieke partijen of hun volksvertegenwoordigers belemmeren; uit in dit verband zijn bezorgdheid over het verbod op de Partij van de Deugd van juni jl.; verzoekt de bevoegde Turkse autoriteiten om de kwestie van het verbod en de ontbinding van politieke partijen te toetsen aan de criteria die zijn opgesteld door de Commissie van Venetië;