Traduction de «zugunsten republik fidschi war nach » (Allemand → Néerlandais) :

Übermäßige Defizite wurden bereits in Portugal (2002) sowie Deutschland und Frankreich (beide 2003) festgestellt, während dies im Jahr 2004 für acht weitere Länder der Fall war, und zwar für Griechenland, die Niederlande und, nach dem Beitritt, die Tschechische Republik, Zypern, Ungarn, Malta, Polen und die Slowakei.
Er is reeds een buitensporig tekort geconstateerd voor Portugal in 2002 en voor Duitsland en Frankrijk in 2003, terwijl in 2004 een buitensporigtekortsituatie werd vastgesteld in nog eens acht landen, namelijk Tsjechië, Griekenland, Cyprus, Hongarije, Malta, Nederland, Polen en Slowakije.

In der Tschechischen Republik wurden die für die Jahre 2009-2012 übermittelten Zahlen zum Schuldenstand nach oben korrigiert; dies war auf eine Berichtigung in der Bewertung der auf Fremdwährungen lautenden besicherten Schuldtitel zurückzuführen.
In Tsjechië is de gemelde schuld voor de jaren 2009-2012 gestegen ten gevolge van een correctie van de waardering van afgedekte-schuldinstrumenten die in vreemde valuta’s luiden.

Hauptziel der Agrarumweltmaßnahme war es, ausreichende Erfahrungen mit der Vorbereitung und Durchführung der Agrarumweltprogramme für die Zeit nach dem Beitritt zu gewinnen. Dieses Ziel wurde vor allem in der Slowakei und der Tschechischen Republik erreicht.
Hoofddoel van de agromilieumaatregel was dat voldoende ervaring zou worden opgedaan met het oog op de voorbereiding en tenuitvoerlegging van het posttoetredingsprogramma op agromilieugebied. Dit doel is bereikt, vooral in Slowakije en Tsjechië.

– (EL) Herr Präsident, Herr Zoran Thaler, der Berichterstatter über die ehemalige jugoslawische Republik Mazedonien war, ist nach den schwerwiegenden Anschuldigungen, die wir alle in der Sunday Times lesen konnten, nicht mehr bei uns.
– (EL) Mijnheer de Voorzitter, de heer Thaler, de rapporteur van het verslag over de FYROM, is na de bekende, ernstige beschuldigingen van de Sunday Times aan zijn adres niet meer bij ons.

In den Verhandlungen über dieses Interims-Wirtschaftspartnerschaftsabkommen mit der Republik Fidschi-Inseln und Papua-Neuguinea war die EU scharfer Kritik vonseiten sozialer und politischer Organisationen aus dem Pazifikraum ausgesetzt, insbesondere aufgrund des Drucks, der auf diese beiden Länder ausgeübt wurde, da ihnen im Falle einer Nicht-Unterzeichnung mit dem Verlust ihres privilegierten Zugangs zu europäischen Märkten gedroht worden war.
De Europese Unie heeft met betrekking tot deze tussentijdse economische partnerschapsovereenkomst met de Republiek Fiji-eilanden en Papoea-Nieuw-Guinea ook felle kritiek gekregen van maatschappelijke organisaties en politici uit de regio van de Stille Oceaan, vanwege de druk die op deze twee landen is uitgeoefend opdat ze de tussentijdse overeenkomst zouden ondertekenen op straffe van het verlies van de preferentiële toegang tot de Europese markten.

Nach Konsultation vieler Vertreter Papua-Neuguineas und der Republik Fidschi-Inseln wird die Ansicht vertreten, das Europäische Parlament sollte dem Interims-Wirtschaftspartnerschaftsabkommen zwischen der Europäischen Gemeinschaft einerseits und den Pazifik-Staaten andererseits seine Zustimmung geben, sofern die Kommission und der Rat fest zusagen, für Folgendes Sorge zu tragen:
Uw rapporteur is, na raadpleging van tal van vertegenwoordigers van Papoea-Nieuw-Guinea en de republiek der Fiji-eilanden van mening dat het Europees Parlement zijn goedkeuring moet hechten aan de tussentijdse partnerschapsovereenkomst tussen de Europese Gemeenschap, enerzijds, en de staten in de Stille Oceaan, anderzijds indien het van Commissie en Raad de vaste toezegging ontvangt dat:

Nach Artikel 28 Absatz 1 des Protokolls über die Bedingungen und Einzelheiten der Aufnahme der Republik Bulgarien und Rumäniens in die Europäische Union gelten Maßnahmen, die zum Zeitpunkt des Beitritts Gegenstand von Beschlüssen über Unterstützung gemäß der Verordnung (EG) Nr. 1267/1999 des Rates vom 21. Juni 1999 über ein strukturpolitisches Instrument zur Vorbereitung auf den Beitritt (ISPA) waren und deren Durchführung zu diesem Zeitpunkt noch nicht abgeschlossen war, als gemäß der Verordnung (EG) Nr. 1164/94 genehmigt, und alle Bestimmungen für die Durchführung von Maßnahmen, die gemäß dieser Verordnung genehmigt wurden, finden Anwendung auf diese Maßnahmen.
Krachtens artikel 28, lid 1, van het Protocol betreffende de voorwaarden en de nadere regels voor de toelating van de Republiek Bulgarije en Roemenië tot de Europese Unie worden maatregelen waarvoor op de datum van toetreding een besluit tot verlening van bijstand uit hoofde van Verordening (EG) nr. 1267/1999 van de Raad van 21 juni 1999 tot instelling van een pretoetredingsinstrument voor structuurbeleid van toepassing was en die op die datum nog niet volledig waren uitgevoerd, geacht uit hoofde van Verordening (EG) nr. 1164/94 te zijn goedgekeurd en alle bepalingen betreffende de uitvoering van overeenkomstig laatstgenoemde verordening goedgekeurde maatregelen zijn op die maatregelen van toepassing.

N. unter erneutem Hinweis auf das Recht auf eine differenzierte Behandlung im diesem Bereich, das in Artikel 299 Absatz 2 des EG-Vertrags verankert ist und durch das die Annahme entsprechender Maßnahmen zugunsten der Regionen in äußerster Randlage ermöglicht wird, insbesondere was die Bedingungen für den Zugang zu den Strukturfonds betrifft; unter erneutem Hinweis darauf, was die bisherige Haltung der Europäischen Union gegenüber den Regionen in äußerster Randlage im Bereich der Strukturfonds war, nach der ihnen sogar wegen der Einzigartigkeit ihrer Lage Ko-Finanzierungssätze zugestanden wurden, die über denen lagen, die den übrigen Regionen gewährt wurden, die Kohäsionsmittel erhielten,
N. gezien het recht op differentiële behandeling op dit terrein, dat in artikel 299, lid 2 van het EG-Verdrag is neergelegd en dat de mogelijkheid toelaat, ten gunste van de ultraperifere regio's relevante maatregelen te treffen met betrekking tot met name de voorwaarden voor toegang tot de structuurfondsen; herinnerend aan het tot nu toe door de EU ingenomen standpunt ten opzichte van de ultraperifere regio's inzake de structuurfondsen en herinnerend aan het feit dat die regio's in het licht van hun bijzondere omstandigheden zelfs een hoger percentage aan cofinanciering is toegestaan dan andere cohesieregio's,

O. unter erneutem Hinweis auf das Recht auf eine differenzierte Behandlung im diesem Bereich, das in Artikel 299 Absatz 2 des Vertrags zur Gründung der Europäischen Gemeinschaft verankert ist und durch das die Annahme entsprechender Maßnahmen zugunsten der Regionen in äußerster Randlage ermöglicht wird, insbesondere was die Bedingungen für den Zugang zu den Strukturfonds betrifft; unter erneutem Hinweis darauf, was die bisherige Haltung der Europäischen Union gegenüber den Regionen in äußerster Randlage im Bereich der Strukturfonds war, nach der ihnen sogar wegen der Einzigartigkeit ihrer Lage Ko-Finanzierungssätze zugestanden wurden, die über denen lagen, die den übrigen Regionen gewährt wurden, die Kohäsionsmittel erhielten,
O. gezien het recht op differentiële behandeling op dit terrein, dat in artikel 299, lid 2 van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap is neergelegd en dat de mogelijkheid toelaat, ten gunste van de ultraperifere regio's relevante maatregelen te treffen met betrekking tot met name de voorwaarden voor toegang tot de structuurfondsen; herinnerend aan het tot nu toe door de EU ingenomen standpunt ten opzichte van de ultraperifere regio's inzake de structuurfondsen en herinnerend aan het feit dat die regio's in het licht van hun bijzondere omstandigheden zelfs een hoger percentage aan cofinanciering is toegestaan dan andere cohesieregio's,

i) Durchführung der Gemeinschaftshilfe nach Artikel 1 der Verordnung (EG) Nr. 2666/2000 zugunsten der Bundesrepublik Jugoslawien und der ehemaligen jugoslawischen Republik Mazedonien.
i) de in artikel 1 van Verordening (EG) nr. 2666/2000 bedoelde bijstand aan de Federale Republiek Joegoslavië en de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië.