Vertaling van "wöchentliche mindestruhezeit " (Duits → Nederlands) :

TERMINOLOGIE

wöchentliche Ruhezeit [ Ruhetag | wöchentlicher Ruhetag ]
wekelijkse rusttijd

wöchentliche Mortalitätsrate | wöchentliche Sterbeziffer
Eerste week sterfte

die normale Arbeitszeit darf wöchentlich 42 Stunden nicht überschreiten | die regelmäßige Arbeitzeit darf wöchentlich 42 Stunden nicht überschreiten
de normale arbeidsduur kan niet meer dan 42 uur per week bedragen

Mindestruhezeit
minimumrusttijd

wöchentliche Ruhezeit
wekelijkse rust

IN-CONTEXT TRANSLATIONS

- tägliche und wöchentliche Mindestruhezeiten (tägliche Mindestruhezeit von elf zusammenhängenden Stunden und wöchentliche kontinuierliche Mindestruhezeit von 35 Stunden).
- dagelijkse en wekelijkse minimumrusttijden (minstens 11 aaneengesloten uren dagelijkse rusttijd en 35 ononderbroken uren wekelijkse rusttijd).

Nur wenn die Sozialpartner in den verschiedenen Mitgliedstaaten eine unter 77 Stunden liegende wöchentliche Mindestruhezeit vereinbaren, ist eine Ausnahme von dieser allgemeinen Regel möglich.
Alleen als de sociale partners in de verschillende lidstaten instemmen met een wekelijkse rustperiode van minder dan 77 uur is een afwijking van de algemene regel mogelijk.

Diese Regelung kann die Richtlinie 2003/88/EG verletzen, der zufolge wöchentliche Höchstarbeitszeiten (durchschnittlich 48 Stunden) und Mindestruhezeiten einzuhalten sind, insbesondere eine tägliche Mindestruhezeit von 11 aufeinanderfolgenden Stunden in jedem Zeitraum von 24 Stunden.
Dit kan leiden tot een inbreuk op de bepalingen van Richtlijn 2003/88/EG, die een maximale werktijd per week vaststelt (gemiddeld 48 uur) en minimale rustperioden voorschrijft, en met name een minimale dagelijkse rust van 11 opeenvolgende uren per periode van 24 uur.

(DE) Die Kommission möchte in Erinnerung rufen, dass die Arbeitszeitrichtlinie das Recht auf eine wöchentliche Mindestruhezeit für alle Arbeitnehmer in der Europäischen Gemeinschaft garantiert.
De Commissie wijst erop dat het recht op een minimale rustperiode per week voor alle werknemers in de Europese Gemeenschap via de arbeidstijdenrichtlijn gewaarborgd is.

Das Arbeitsrecht der Gemeinschaft schreibt allerdings nicht vor, dass die wöchentliche Mindestruhezeit auf einen Sonntag fallen muss.
In het communautaire arbeidsrecht is echter niet vastgelegd dat die minimale wekelijkse rustperiode op zondag genoten dient te worden.

Fällt die aufgrund von Artikel 5 verlangte wöchentliche Mindestruhezeit von 24 Stunden in den Bezugszeitraum, so bleibt sie bei der Berechnung des Durchschnitts unberücksichtigt.
Indien de bij artikel 5 vereiste wekelijkse minimumrusttijd van vierentwintig uren in de referentieperiode valt, wordt daarmee geen rekening gehouden voor de berekening van het gemiddelde.

Nach den für Bedienstete des Bundes und der Länder geltenden Rechtsvorschriften sind jedoch der Sonntag und (in aller Regel auch) der Samstag keine Arbeitstage, so daß eine zusammenhängende wöchentliche Mindestruhezeit von 35 Stunden gewährleistet ist.
Volgens de wettelijke bepalingen die voor de federale ambtenaren en de ambtenaren van de Länder gelden, zijn zondag en (gewoonlijk ook) zaterdag evenwel geen werkdagen.

ununterbrochene tägliche Mindestruhezeit von 9 Stunden; maximale Lenkzeit pro Woche von 56 Stunden (derzeit ist es möglich, in einer Kalenderwoche bis zu 74 Stunden zu fahren); während zweier aufeinander folgender Wochen mindestens eine ununterbrochene regelmäßige wöchentliche Ruhezeit von mindestens 45 Stunden; Möglichkeit für die zuständigen Behörden, ein Fahrzeug vorübergehend stillzulegen und die Zulassung eines Unternehmens oder die Fahrerlaubnis eines Fahrers zu entziehen, auszusetzen oder einzuschränken; Möglichkeit für einen Mitgliedstaat, bei Verstößen, die in seinem Hoheitsgebiet festgestellt wurden, Sanktionen zu verhängen, selbst wenn der Verstoß außerhalb seines Hoheitsgebiets begangen wurde; Möglichkeit, andere Akteure der Beförderungskette für Verstöße mit haftbar zu machen.
de ononderbroken dagelijkse minimumrusttijd van 9 uur; de maximumrijtijd per kalenderweek van 56 uur (thans is het mogelijk per kalenderweek maximaal 74 uur te rijden); per periode van twee opeenvolgende weken één wekelijkse rusttijd van ten minste 45 uur; de mogelijkheid voor de bevoegde autoriteiten om een voertuig tijdelijk stil te zetten, een vergunning van een onderneming in te trekken, te schorsen of te beperken, of een rijbewijs van een bestuurder in te trekken, te schorsen of te beperken; de mogelijkheid voor een lidstaat om sancties op te leggen voor een overtreding die op zijn grondgebied is vastgesteld, zelfs wanneer deze buiten zijn grondgebied is begaan; de mogelijkheid dat andere actoren in de vervoersketen medeaansprakelijk worden gesteld voor een inbreuk.