Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com

Traduction de «werde diese bestimmung gelte selbst » (Allemand → Néerlandais) :

Diese Bestimmung beinhaltet selbst kein Recht auf Berufung gegen richterliche Entscheidungen, mit denen die Freiheitsentziehung angeordnet oder fortgesetzt wurde.

Die bepaling houdt zelfs geen recht op hoger beroep in tegen rechterlijke beslissingen waarbij de vrijheidsberoving werd bevolen of voortgezet.


Der vorlegende Richter fragt den Gerichtshof, ob diese Bestimmung vereinbar sei mit dem Grundsatz der Gleichheit und Nichtdiskriminierung, gegebenenfalls in Verbindung mit Artikel IV. 2 Nr. 1 des Wirtschaftsgesetzbuches sowie mit den Artikeln 144 und 146 der Verfassung, insofern dadurch dem finanziell Verantwortlichen der Gemeinde « die gerichtliche Zuständigkeit » erteilt werde, darüber zu entscheiden, welche Schuldforderungen der Gemeinde als unbestritten betrachtet werden könnten ...[+++]

De verwijzende rechter vraagt aan het Hof of die bepaling bestaanbaar is met het beginsel van gelijkheid en niet-discriminatie, al dan niet in samenhang gelezen met artikel IV. 2, 1°, van het Wetboek van Economisch Recht, alsook met de artikelen 144 en 146 van de Grondwet, in zoverre zij de financieel beheerder van de gemeente « de rechterlijke bevoegdheid » toekent om te beslissen welke schuldvorderingen van de gemeente als onbetwist kunnen worden beschouwd en om zichzelf voor die schuldvord ...[+++]


Das Gleiche gelte in Bezug auf Artikel 12 desselben Gesetzes, der ebenfalls angefochten werde, denn - so der Ministerrat und die intervenierenden Parteien - auch diese Bestimmung werde in der Klageschrift nicht beanstandet.

Hetzelfde zou gelden met betrekking tot artikel 12 van dezelfde wet, dat ook wordt bestreden, aangezien de Ministerraad en de tussenkomende partijen betogen dat ook die bepaling in het verzoekschrift niet zou worden bekritiseerd.


Der Staatsrat befragt den Gerichtshof zur Vereinbarkeit von Artikel 7 des vorerwähnten Gesetzes vom 16. März 2000, ersetzt durch Artikel 13 des vorerwähnten Gesetzes vom 10. Januar 2010, mit den Artikeln 10 und 11 der Verfassung, gegebenenfalls in Verbindung mit dem Grundsatz der Rechtssicherheit, insofern diese Bestimmung auf die gleiche Weise gelte für einerseits die Militäranwärter des aktiven Kaders, die sich unter dem früheren Gesetz in der Armee verpflichtet hätten und die zum Zeitpunkt des Inkrafttretens der fraglichen Bestimmung ...[+++]

De Raad van State stelt aan het Hof vragen over de bestaanbaarheid van artikel 7 van de voormelde wet van 16 maart 2000, zoals het is vervangen bij artikel 13 van de voormelde wet van 10 januari 2010, met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, al dan niet in samenhang gelezen met het beginsel van rechtszekerheid, in zoverre die bepaling op dezelfde manier geldt, enerzijds, voor de kandidaat-militairen van het actief kader die in het leger dienst hadden ge ...[+++]


Das Gleiche gelte in Bezug auf Artikel 12 desselben Gesetzes, der ebenfalls angefochten werde, denn - so der Ministerrat - auch diese Bestimmung werde in der Klageschrift nicht beanstandet.

Hetzelfde zou gelden met betrekking tot artikel 12 van dezelfde wet, dat ook wordt bestreden, aangezien de Ministerraad betoogt dat ook die bepaling in het verzoekschrift niet zou worden bekritiseerd.


Im sechsten Klagegrund führen die klagenden Parteien an, dass Artikel 44/7 Absatz 2 des Gesetzes über das Polizeiamt, eingefügt durch Artikel 16 des angefochtenen Gesetzes, nicht vereinbar sei mit den in B.7 angeführten Referenznormen und mit den Artikeln 10, 11 und 22bis der Verfassung in Verbindung mit Artikel 24 des Internationalen Paktes über bürgerliche und politische Rechte und mit den Artikeln 3, 16 und 40 des Übereinkommens über die Rechte des Kindes, indem durch diese Bestimmun ...[+++]

In het zesde middel voeren de verzoekende partijen aan dat artikel 44/7, tweede lid, van de wet op het politieambt, zoals ingevoegd bij artikel 16 van de bestreden wet, niet bestaanbaar is met de in B.7 vermelde referentienormen en met de artikelen 10, 11 en 22bis van de Grondwet, in samenhang gelezen met artikel 24 van het Internationaal Verdrag inzake burgerrechten en politieke rechten en met de artikelen 3, 16 en 40 van het Verdrag inzake de rechten van het kind, doordat die bepaling een verschil in behandeling in het leven roept t ...[+++]


In der Vorabentscheidungsfrage wird der Gerichtshof gebeten zu prüfen, ob durch die fragliche Bestimmung eine Diskriminierung eingeführt werde, insofern darin nur die vor dem 2. Juli 1997 erworbene Berufserfahrung der betreffenden Personen berücksichtigt werde, sodass durch diese Bestimmung « einerseits [die] Personen, die am 2. Juli 1997 über eine dreijährige Erfahrung verfügten und erworbene Rechte unabhäng ...[+++]

In de prejudiciële vraag wordt het Hof verzocht na te gaan of de in het geding zijnde bepaling een discriminatie invoert in zoverre zij uitsluitend rekening houdt met de beroepservaring van de betrokkenen vóór 2 juli 1997, zodat die bepaling « enerzijds, de personen die op datum van 2 juli 1997 over drie jaar ervaring beschikten, die verworven rechten kunnen genieten los van hun (eventuele) latere ervaring (tussen 1997 en 2010) en, anderzijds, de personen die op datum van 2 juli 1997 niet over drie jaar ervaring beschikten, die geen v ...[+++]


Der vorlegende Richter möchte vom Gerichtshof erfahren, ob diese Bestimmung, insofern sie durch das Gesetz vom 26. Dezember 2013 mit Wirkung zum 1. Januar 2014 aufgehoben worden sei, ohne dass eine Übergangsregelung vorgesehen worden sei, vereinbar sei mit den Artikeln 10 und 11 der Verfassung, indem ein Arbeiter, der im Zeitraum vom 9. Juli bis zum 31. Dezember 2013 entlassen worden sei, keinen Anspruch auf die in dieser Bestimmung vorgesehene Kündigu ...[+++]

De verwijzende rechter wenst van het Hof te vernemen of die bepaling, voor zover zij bij de wet van 26 december 2013 met ingang van 1 januari 2014 werd opgeheven zonder dat in een overgangsregeling werd voorzien, bestaanbaar is met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, doordat een arbeider die werd ontslagen in de periode van 9 juli tot 31 december 2013 geen aanspraak kan maken op de opzeggingstermijn vervat in die bepaling, terwijl bedienden wel onder die regeling vallen.


3. Verstößt Artikel 577-2 des Zivilgesetzbuches, insbesondere die §§ 3 und 5 - so wie diese Bestimmung (in ihrem heutigen und damaligen Kontext) seit dem 1. September 2005 anwendbar ist -, insofern er bestimmt oder dahin ausgelegt wird, dass der Miteigentümer, der alleine das ungeteilte Gut gebraucht und den ausschließlichen Nutzen davon gehabt hat, dem anderen Miteigentümer eine Entschädigung im Verhältnis zu seinem Anteil am Ert ...[+++]

3. Schendt artikel 577-2 van het Burgerlijk Wetboek, inzonderheid de §§ 3 en 5, zoals deze bepaling (in haar huidige en toenmalige context) van toepassing is sinds 1 september 2005, in zoverre het bepaalt of in die zin geïnterpreteerd wordt dat de deelgenoot die alleen het onverdeeld goed heeft gebruikt en het exclusief genot ervan heeft gehad, een vergoeding verschuldigd is aan de andere deelgenoot in verhouding tot hun aandeel in de opbrengstwaarde van dit goed, ook wanneer de eerstgenoemde deelgenoot geen schuld heeft aan de omstan ...[+++]


Der Verfassungsgerichtshof, zusammengesetzt aus den Präsidenten A. Alen und J. Spreutels, und den Richtern E. De Groot, L. Lavrysen, T. Merckx-Van Goey, P. Nihoul und T. Giet, unter Assistenz des Kanzlers P.-Y. Dutilleux, unter dem Vorsitz des Präsidenten A. Alen, erlässt nach Beratung folgenden Entscheid: I. Gegenstand der Vorabentscheidungsfrage und Verfahren In seinem Urteil vom 8. Dezember 2014 in Sachen der « Untill » PGmbH gegen den belgischen Staat, dessen Ausfertigung am 23. Dezember 2014 in der Kanzlei des Gerichtshofes eingegangen ist, hat das Gericht erster Instanz Antwerpen, Abteilung Antwerpen, folgende Vorabentscheidungsfrage gestellt: « Verstößt Artikel 198 § 1 Nr. 10 des EStGB 1992 in Verbindung mit Artikel 307 § 1 Absatz ...[+++]

Het Grondwettelijk Hof, samengesteld uit de voorzitters A. Alen en J. Spreutels, en de rechters E. De Groot, L. Lavrysen, T. MerckxVan Goey, P. Nihoul en T. Giet, bijgestaan door de griffier P.-Y. Dutilleux, onder voorzitterschap van voorzitter A. Alen, wijst na beraad het volgende arrest : I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging Bij vonnis van 8 december 2014 in zake de bvba « Untill » tegen de Belgische Staat, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 23 december 2014, heeft de Rechtbank van eerste aanleg Antwerpen, afdeling Antwerpen, de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schendt artikel 198, § ...[+++]




datacenter (6): www.wordscope.be (v4.0.br)

'werde diese bestimmung gelte selbst' ->

Date index: 2024-08-21
w