Er führte aus, dass Waren, die aus rohen Gewerben mit Ursprung in Nicht-EG-Ländern hergestellt werden, welche in der Gemeinschaft gefärbt, bedruckt und weiteren Veredelungsschritten unterzogen werden, nach den neuen Regeln nicht mehr als Ursprungserzeugnisse der Gemeinschaft gelten würden, wie dies nach den alten Regeln der Fall war.
De klager voerde aan dat ongebleekte weefsels uit derde landen die in de Gemeenschap werden geverfd en bedrukt en daar verder werden afgewerkt, op grond van de nieuwe oorsprongsregels niet langer als van oorsprong uit de Gemeenschap werden beschouwd.
