Vertaling van "weder in betrügerischer " (Duits → Nederlands) :

TERMINOLOGIE

betrügerische Handlung | betrügerisches Verhalten | betrügerisches Vorgehen
frauduleus gedrag | frauduleuze gedraging

Jugendlicher, der sich weder in Ausbildung noch in Beschäftigung befindet | Jugendlicher, der weder in Arbeit noch in Ausbildung ist | NEET [Abbr.]
geen scholing, geen werk, geen stage | NEET [Abbr.]

Baumwolle, weder gekrempelt noch gekämmt
niet gekaarde en niet gekamde katoen

betrügerische Machenschaft
bedrieglijke handeling

betrügerisch
bedrieglijk

betrügerische Absicht
bedrieglijk opzet

Konkurs [ Bankrott | betrügerischer Konkurs | Konkursverfahren | Vermögensliquidation ]
faillissement [ bankroet | frauduleus bankroet ]

unerlaubter Handel [ betrügerischer Handel | illegaler Handel | Schleichhandel | Schmuggel | Schwarzhandel | Schwarzmarkt ]
zwarte handel [ clandestiene handel | smokkelarij | zwarte markt ]

betrügerische Handlungen verhindern
frauduleuze activiteiten voorkomen

unlautere Werbung [ betrügerische Werbung | irreführende Werbung | unsachliche Werbung | unwahre Werbung ]
misleidende reclame [ ongeoorloofde reclame | sluikreclame ]

IN-CONTEXT TRANSLATIONS

Wenn der Zahler weder in betrügerischer Absicht gehandelt hat noch seinen Pflichten nach Artikel 69 vorsätzlich nicht nachgekommen ist, können die Mitgliedstaaten die Haftung nach dem vorliegenden Absatz einschränken, wobei sie insbesondere der Art der personalisierten Sicherheitsmerkmale sowie den besonderen Umständen Rechnung tragen, unter denen der Verlust, der Diebstahl oder die missbräuchliche Verwendung des Zahlungsinstruments stattgefunden hat.
Wanneer de betaler niet frauduleus heeft gehandeld, noch opzettelijk zijn verplichtingen uit hoofde van artikel 69 heeft verzaakt, kunnen de lidstaten de in dit lid bedoelde aansprakelijkheid beperken, met name rekening houdend met de aard van de persoonlijke beveiligingsgegevens en met de specifieke omstandigheden waarin het betaalinstrument is verloren, gestolen of onrechtmatig is gebruikt.

(3) In Fällen, in denen der Zahler weder in betrügerischer Absicht gehandelt hat noch seinen Pflichten nach Artikel 56 vorsätzlich nicht nachgekommen ist, können die Mitgliedstaaten die Haftung nach den Absätzen 1 und 2 des vorliegenden Artikels herabsetzen, wobei sie insbesondere der Art der personalisierten Sicherheitsmerkmale des Zahlungsinstruments sowie den Umständen Rechnung tragen, unter denen der Verlust, der Diebstahl oder die missbräuchlichen Verwendung des Zahlungsinstruments stattgefunden hat.
3. In gevallen waarin de betaler niet frauduleus of opzettelijk zijn verplichtingen uit hoofde van artikel 56 heeft verzaakt, kunnen de lidstaten de in de leden 1 en 2, van dit artikel bedoelde aansprakelijkheid beperken, met name rekening houdend met de aard van de gepersonaliseerde veiligheidskenmerken van het betaalinstrument en met de omstandigheden waarin het is verloren, gestolen of onrechtmatig werd gebruikt.

Der Besitz eines Visums für den kurzfristigen Aufenthalt oder eines Durchreisevisums berechtigt automatisch zur Einreise, vorausgesetzt der Reisende erfüllt bei der Ankunft an der Außengrenze die Bestimmungen der Verordnung (EG) Nr. 562/2006 des Europäischen Parlaments und des Rates vom 15. März 2006 über einen Gemeinschaftskodex für das Überschreiten der Grenzen durch Personen (Schengener Grenzkodex) und die Person ist weder im SIS noch in einem einzelstaatlichen Register ausgeschrieben und es ist keine neue Information eingegangen, wonach der Visaantrag in betrügerischer Absicht gestellt wurde.
Het bezit van een visum voor kort verblijf of een doorreisvisum geeft automatisch recht op binnenkomst, mits de reiziger bij aankomst aan de buitengrens voldoet aan de vereisten van Verordening (EG) nr. 562/2006 tot vaststelling van een communautaire code betreffende de overschrijding van de grenzen door personen (Schengen-grenscode) en tenzij er een signalering in het SIS of in een nationaal register is opgenomen of nieuwe informatie aan het licht is gekomen waaruit blijkt dat de visumaanvraag frauduleus is.

3. stellt fest, dass die Parmalat-Affaire nicht nur zeigt, dass die bestehenden Rechtsvorschriften eine ganze Reihe undurchsichtiger Finanzierungssysteme gestatten, die sich auf Steuerparadiese stützen, die betrügerische Praktiken erleichtern, sondern auch nachweist, dass die Kontrollbehörden weder die Befugnisse noch die Mittel haben, ihre Aufgaben tatsächlich wahrzunehmen; unterstreicht den besonders gefährlichen Charakter der Stroh- oder Briefkastenfirmen, die aufgrund ihres Standorts jeglicher Kontrolle entzogen sind und leicht einen Beitrag zu Geldwäsche und sonstigen betrügerischen Transaktionen leisten können;
3. stelt vast dat de "zaak Parmalat" niet alleen aantoont dat de bestaande wetgeving ruimte laat voor het opzetten van ondoorzichtige financiële constructies in belastingparadijzen die het frauderen gemakkelijker maken, maar ook dat de controle-instanties niet bij machte zijn noch de middelen hebben om hun taak naar behoren te vervullen; wijst op het bijzonder riskante karakter van dekmantelbedrijven en brievenbusmaatschappijen die zich aan elke wettelijke controle onttrekken dank zij hun vestigingsplaats en die gemakkelijk kunnen meewerken aan geldwitwasoperaties en andere frauduleuze handelingen;

Die angeklagte Diskriminierung ergebe sich aus der Tatsache, dass der Strafrichter, wenn er feststellt, dass Personen auf betrügerische Weise dem Landesamt für Soziale Sicherheit unterworfen werden, aufgrund von Artikel 35 Absatz 3 von Amts wegen verpflichtet sei, zur Zahlung einer Entschädigung zu verurteilen, die dem Dreifachen der betrügerisch angegebenen Beiträge entspricht, wobei er wegen der zivilrechtlichen Art dieser Verurteilung weder Artikel 65 des Strafgesetzbuches noch die Artikel 1, 3, 6 und 8 des Gesetzes vom 29. Juni 1964 anwenden dürfte.
De aangeklaagde discriminatie zou voortkomen uit het feit dat de strafrechter, wanneer hij bedrieglijke onderwerping vaststelt van personen aan de R.S.Z (Rijksdienst voor Sociale Zekerheid), op grond van artikel 35, derde lid, verplicht zou zijn om ambtshalve de veroordeling uit te spreken tot betaling van een vergoeding die het drievoud is van de bedrieglijk aangegeven bijdragen, zonder dat hij artikel 65 van het Strafwetboek, noch de artikelen 1, 3, 6 en 8 van de wet van 29 juni 1964 zou vermogen toe te passen, wegens de burgerlijke aard van die veroordeling.

Sieht das Zollrecht eine zolltarifliche Begünstigung aufgrund der Art oder der besonderen Verwendung einer Ware, Zollfreiheit oder eine vollständige oder teilweise Befreiung von den Einfuhr- oder Ausfuhrabgaben gemäß den Artikeln 21, 82, 145 oder 184 bis 187 vor, so findet die zolltarifliche Begünstigung, die Zollfreiheit oder die teilweise Abgabenbefreiung auch in den Fällen des Entstehens einer Zollschuld nach den Artikeln 202 bis 205, 210 oder 211 Anwendung, sofern im Verhalten des Beteiligten weder betrügerische Absicht noch offensichtliche Fahrlässigkeit liegt und dieser nachweist, dass die übrigen Voraussetzungen für die Begünstigung, die Zollfreiheit oder die teilweise Abgabenbefreiung erfuellt sind".
Wanneer de douanewetgeving in een gunstige tariefbehandeling van bepaalde goederen uit hoofde van hun aard of bijzondere bestemming of in een gehele of gedeeltelijke vrijstelling van de in- of uitvoerrechten krachtens de artikelen 21, 82, 145 of 184 tot en met 187 voorziet, is deze gunstige behandeling of vrijstelling eveneens van toepassing in de gevallen waarin uit hoofde van de artikelen 202 tot en met 205, 210 of 211 een douaneschuld ontstaat, indien het gedrag van de belanghebbende niet van frauduleus handelen of van manifeste nalatigheid getuigt en deze laatste aantoont dat aan de overige voorwaarden voor de toekenning van de gunstige tariefbehandeling of de vrijstelling is voldaan".

Sieht das Zollrecht eine Befreiung von den Einfuhr- oder Ausfuhrabgaben gemäß den Artikeln 184 bis 187 vor, so findet diese Befreiung auch in den Fällen der Artikel 202 bis 205, 210 oder 211, in denen eine Zollschuld entsteht, Anwendung, sofern im Verhalten des Zollschuldners weder betrügerische Absicht noch offenkundige Fahrlässigkeit liegt und dieser nachweist, daß die übrigen Voraussetzungen für die Gewährung einer Befreiung erfuellt sind".
Wanneer de douanewetgeving in vrijstelling van de in- of uitvoerrechten krachtens de artikelen 184 tot en met 187 voorziet, dan is deze vrijstelling eveneens van toepassing in de gevallen waarin uit hoofde van de artikelen 202 tot en met 205, 210 of 211 een douaneschuld ontstaat, indien het gedrag van de belanghebbende niet getuigt van frauduleus handelen of van manifeste nalatigheid en deze laatste aantoont dat aan de overige voorwaarden voor de toekenning van de volledige of gedeeltelijke vrijstelling is voldaan".