(1) Sofern ein Mitgliedstaat ausreichende Gründe zu der Annahme hat, daß ein natürliches Mineralwasser nicht mit den Bestimmungen dieser Richtlinie im Einklang steht oder die öffentliche Gesundheit gefährdet, obwohl es in einem oder mehreren Mitgliedstaaten frei gehandelt wird, kann der betreffende Mitgliedstaat vorübergehend den Handel mit diesem Erzeugnis auf seinem Gebiet einschränken oder die Aussetzung des Handels veranlassen.
1. Wanneer een Lid-Staat gegronde redenen heeft om aan te nemen dat een natuurlijk mineraalwater niet aan de bepalingen van deze richtlijn voldoet of gevaar oplevert voor de volksgezondheid, ook al is het in een of meer Lid-Staten vrij in de handel, kan die Lid-Staat de handel in dit produkt op zijn grondgebied tijdelijk beperken of opschorten.