Traduction de «verurteilungen nicht übermittelt » (Allemand → Néerlandais) :

Zwei dieser Länder (HU und LU) sowie SI, das in anderen Mitgliedstaaten ergangene Verurteilungen nicht übermittelt, haben keine Bestimmungen eingeführt, die die Weiterübermittlung von Informationen im Einklang mit den vom Urteilsmitgliedstaat festgelegten Vorschriften einschränken.
Twee van deze landen (HU en LU), en SI, dat geen informatie over in andere lidstaten uitgesproken veroordelingen meedeelt, hebben in hun uitvoeringsbepalingen geen beperkingen voor het verder doorgeven van informatie in lijn met regels van de lidstaat van veroordeling opgenomen.

3. Damit die Maßnahme, eine Person vorübergehend oder dauerhaft von regelmäßige Kontakte mit Kindern beinhaltenden Tätigkeiten auszuschließen, wirksam umgesetzt werden kann, trifft jeder Mitgliedstaat – abweichend von Artikel 7 Absatz 2 und Artikel 9 Absatz 2 des Rahmenbeschlusses 2009/315/JI des Rates über die Durchführung und den Inhalt des Austauschs von Informationen aus dem Strafregister zwischen den Mitgliedstaaten – die erforderlichen Maßnahmen, um sicherzustellen, dass Informationen über das Verbot der Ausübung bestimmter Tätigkeiten aufgrund von Verurteilungen wegen einer Straftat nach den Artikeln 3 bis 7 der Richtlinie auf Antrag nach Artikel 6 des Rahmenbeschlusses von der Zentralbehörde des Mitgliedstaats, dessen Staatsangehörigkeit der Straftäter hat, übermittelt werden und dass personenbezogene Daten im Zusammenhang mit einem derartigen Verbot nach Artikel 7 Absätze 2 und 4 des Rahmenbeschlusses in jedem Fall für derartige Zwecke verwendet werden dürfen; dies trifft insbesondere zu, wenn der Informationen anfordernde Mitgliedstaat den Zugang zu bestimmten Tätigkeiten an Bedingungen knüpft, anhand deren er sicherstellen will, dass potenzielle Kandidaten nicht wegen einer Straftat nach den Artikeln 3 bis 7 dieser Richtlinie rechtskräftig verurteilt wurden.
3. In afwijking van artikel 7, lid 2, en artikel 9, lid 2, van Kaderbesluit 2009/315/JBZ van de Raad betreffende de organisatie en de inhoud van uitwisselingen van gegevens uit het strafregister tussen de lidstaten, neemt elke lidstaat de nodige maatregelen om ervoor te zorgen dat, met het oog op de daadwerkelijke handhaving van het tijdelijke of permanente verbod om activiteiten uit te oefenen waarbij de betrokkene regelmatig in contact komt met kinderen, met name wanneer de verzoekende lidstaat de toegang tot bepaalde activiteiten afhankelijk maakt van voorwaarden die moeten garanderen dat gegadigden niet veroordeeld zijn voor een van de in de artikelen 3 tot en met 7 van deze richtlijn genoemde strafbare feiten, informatie betreffende het verbod dat voortvloeit uit een veroordeling voor een van de in artikelen 3 tot en met 7 van deze richtlijn genoemde strafbare feiten, wanneer daartoe een verzoek overeenkomstig artikel 6 van dat kaderbesluit wordt ingediend, wordt doorgezonden van de centrale autoriteit van de lidstaat waarvan de betrokkene onderdaan is en dat persoonsgegevens betreffende het opgelegde verbod die krachtens artikel 7, leden 2 en 4, van dat kaderbesluit worden verstrekt, steeds voor dat doel mogen worden gebruikt.

3. Damit die Maßnahme, eine Person vorübergehend oder dauerhaft von regelmäßige Kontakte mit Personen unter 18 Jahren beinhaltenden Tätigkeiten auszuschließen, wirksam umgesetzt werden kann, trifft jeder Mitgliedstaat – abweichend von Artikel 7 Absatz 2 und Artikel 9 Absatz 2 des Rahmenbeschlusses 2009/315/JI des Rates über die Durchführung und den Inhalt des Austauschs von Informationen aus dem Strafregister zwischen den Mitgliedstaaten – die erforderlichen Maßnahmen, um sicherzustellen, dass Informationen über das Verbot der Ausübung bestimmter Tätigkeiten aufgrund von Verurteilungen wegen einer Straftat nach den Artikeln 3 bis 7 der Richtlinie auf Antrag nach Artikel 6 des Rahmenbeschlusses von der Zentralbehörde des Mitgliedstaats, dessen Staatsangehörigkeit der Straftäter hat, übermittelt werden und dass personenbezogene Daten im Zusammenhang mit einem derartigen Verbot nach Artikel 7 Absätze 2 und 4 des Rahmenbeschlusses in jedem Fall für derartige Zwecke verwendet werden dürfen; dies trifft insbesondere zu, wenn der Informationen anfordernde Mitgliedstaat den Zugang zu bestimmten Tätigkeiten an Bedingungen knüpft, anhand deren er sicherstellen will, dass potenzielle Kandidaten nicht wegen einer Straftat nach den Artikeln 3 bis 7 dieser Richtlinie rechtskräftig verurteilt wurden.
3. In afwijking van artikel 7, lid 2, en artikel 9, lid 2, van Kaderbesluit 2009/315/JBZ van de Raad betreffende de organisatie en de inhoud van uitwisselingen van gegevens uit het strafregister tussen de lidstaten, neemt elke lidstaat de nodige maatregelen om ervoor te zorgen dat, met het oog op de daadwerkelijke handhaving van het tijdelijke of permanente verbod om activiteiten uit te oefenen waarbij de betrokkene regelmatig in contact komt met personen onder de 18 jaar, met name wanneer de verzoekende lidstaat de toegang tot bepaalde activiteiten afhankelijk maakt van voorwaarden die moeten garanderen dat gegadigden niet veroordeeld zijn voor een van de in de artikelen 3 tot en met 7 van deze richtlijn genoemde strafbare feiten, informatie betreffende het verbod dat voortvloeit uit een veroordeling voor een van de in artikelen 3 tot en met 7 van deze richtlijn genoemde strafbare feiten, wanneer daartoe een verzoek overeenkomstig artikel 6 van dat kaderbesluit wordt ingediend, wordt doorgezonden van de centrale autoriteit van de lidstaat waarvan de betrokkene onderdaan is en dat persoonsgegevens betreffende het opgelegde verbod die krachtens artikel 7, leden 2 en 4, van dat kaderbesluit worden verstrekt, steeds voor dat doel mogen worden gebruikt.

Zwei Mitgliedstaaten sehen die obligatorische Streichung von im Ausland gegen ihre Bürger ergangenen Verurteilungen nach höchstens fünf Jahren (DE) oder 20 Jahren (SE) vor, wenn nicht zwischenzeitlich die Streichung der Informationen durch den Urteilsmitgliedstaat übermittelt wurde.
Twee lidstaten hebben vastgelegd dat informatie over veroordelingen van eigen staatsburgers in het buitenland uiterlijk vijf (DE) of twintig (SE) jaar na de datum van veroordeling moet worden geschrapt als in de tussentijd van de lidstaat van veroordeling geen informatie over schrapping is ontvangen.

Der Urteilsmitgliedstaat kann beispielsweise um Informationen über Verurteilungen ersucht werden, die vor dem Inkrafttreten des Rahmenbeschlusses ergangen sind und gegebenenfalls nicht dem Herkunftsmitgliedstaat übermittelt wurden. Ein Ersuchen kann zudem auch einen Drittstaatsangehörigen betreffen, der keine EU-Staatsangehörigkeit besitzt.
Zo kan de lidstaat van veroordeling worden verzocht om informatie over veroordelingen die dateren van voor de inwerkingtreding van het kaderbesluit en die mogelijk niet aan de lidstaat van nationaliteit zijn meegedeeld, of kan een verzoek betrekking hebben op een onderdaan van een derde land die niet tevens EU-burger is.

In der Vergangenheit stützten sich die Mitgliedstaaten auf das Übereinkommen des Europarates über die Rechtshilfe in Strafsachen, wenn sie Informationen über strafrechtliche Verurteilungen austauschen wollten, doch erwies sich dieses System als ineffizient[45]. Der Rat nahm als ersten Reformschritt den Beschluss 2005/876/JI des Rates an, wonach jeder Mitgliedstaat eine Zentralbehörde benennt, die in regelmäßigen Abständen die strafrechtlichen Verurteilungen von Personen, die nicht die Staatsangehörigkeit dieses Mitgliedstaats besitzen, an den oder die Mitgliedstaat(en) übermittelt, deren Staatsangehörige(r) die betreffende Person ist[46]. Mit diesem Instrument konnten die Mitgliedstaaten auch erstmals und vorbehaltlich der nationalen Bestimmungen, Informationen über frühere Verurteilungen ihrer eigenen Staatsangehörigen in einem anderen Mitgliedstaat anfordern.
In het verleden maakten de lidstaten gebruik van het Verdrag aangaande de wederzijdse rechtshulp in strafzaken van de Raad van Europa om informatie uit te wisselen over veroordelingen van hun onderdanen, maar dit systeem bleek niet efficiënt te werken[45]. De Raad zette een eerste stap op weg naar verbetering met de goedkeuring van Besluit 2005/876/JBZ van de Raad, dat de lidstaten verplichtte een centrale autoriteit aan te wijzen die regelmatig gegevens over veroordelingen van niet-onderdanen moest verstrekken aan de lidstaat of lidstaten waarvan de betrokkene de nationaliteit had[46]. Dit instrument bood de lidstaten ook voor het eerst de mogelijkheid om, volgens de voorwaarden van het nationale recht, gegevens te verkrijgen over eerdere veroordelingen van hun onderdanen in andere lidstaten.