Ihm zufolge werden die Mitgliedstaaten, wenn es um Bodennutzung für landwirtschaftliche Zwecke geht, angehalten, Kulturen und Aufforstungsmethoden zu fördern, die sich positiv auf die organischen Substanzen im Boden und die Bodenfruchtbarkeit auswirken und somit Erdrutsche und Versteppung verhindern können.
Het verplicht de lidstaten, bij gebruik van de bodem voor landbouwdoeleinden, gewassen- en bebossingsmethodes te bevorderen die positieve gevolgen kunnen hebben voor organisch bodemmateriaal en de vruchtbaarheid van de bodem, en dus woestijnvorming en aardverschuivingen voorkomen.