Gemäß Artikel 3 Absatz 2 erster Unterabsatz vierter
Gedankenstrich der Verordnung (EWG) Nr. 3461/85 sind die
Aktionen binnen achtzehn Monaten nach dem Tag der Unterzeichnung des Vertrages durchzuführen. A
ufgrund der bei den durchzuführenden Aktionen einzuhaltenden genauen Fristen sowie der beim Verfahren zur Unterzeichnung der Verträge auftretenden Verzögerungen erscheint es angebracht, vorzusehen, daß der Durchführungszeitraum der Aktionen unbeschadet des späteren Abschlu
...[+++]sses des Vertrags mit dem Zeitpunkt der Einreichung des Programms bei der Kommission beginnt.O
verwegende dat in artikel 3, lid 2, eerste alinea, v
ierde streepje, van Verordening (EEG) nr. 3461/85 de duur voor de uitvoering van de acties op achttien maanden na de datum van ondertekening van het contract is gesteld; dat het wegens de voorgeschreven uitvoeringstermijnen, enerzijds, en wegens de onvermijdelijke vertragingen in verband met de procedure voor de ondertekening van de contracten, anderzijds, wenselijk is te bepalen dat de termijn voor de uitvoering van de acties aanvangt op de datum waarop het programma bij de Commis
...[+++]sie is ingediend, ongeacht de latere sluiting van het contract;