(1) Bei allen für den Bezugszeitraum geltenden wesentlichen Leistungsindikatoren ist die Warnschwelle, bei deren Überschreiten das in Artikel 18 der Verordnung (EU) Nr. 691/2010 genannte Warnverfahren ausgelöst werden kann, erreicht, wenn das vom Leistungsüberprüfungsgremium registrierte tatsächliche Verkehrsaufkommen über ein Kalenderjahr um mindestens 10 % von den Verkehrsannahmen in Artikel 3 abweicht.
1) Voor alle prestatiekernindicatoren die van toepassing zijn op de prestatiereferentieperiode wordt het in artikel 18 van Verordening (EU) nr. 691/2010 vermelde waarschuwingsmechanisme geactiveerd wanneer, over een kalenderjaar, het door het prestatiebeoordelingsorgaan geregistreerde werkelijke verkeer minstens 10 % afwijkt van de in artikel 3 vermelde verkeersramingen (de waarschuwingdrempel).