Vertaling van "verhältnis zwischen wto-übereinkommen " (Duits → Nederlands) :

Das Übereinkommen über ein Einheitliches Patentgericht soll gemäß dessen Artikel 89 am ersten Tag des vierten Monats nach Hinterlegung der 13. Ratifikations- oder Beitrittsurkunde, sofern dem Kreis der Vertragsmitgliedstaaten, die ihre Ratifikations- oder Beitrittsurkunden hinterlegt haben, die drei Staaten angehören, in denen es im Jahr vor dem Jahr der Unterzeichnung des Übereinkommens die meisten gültigen europäischen Patente gab, oder aber am ersten Tag des vierten Monats nach dem Inkrafttreten der Änderungen der Verordnung (EU) 1215/2012, die das Verhältnis zwischen jener Verordnung und diesem Übereinkommen betreffen, in Kraft treten.
De Overeenkomst betreffende een eengemaakt octrooigerecht zal krachtens artikel 89 ervan in werking treden de eerste dag van de vierde maand na de dertiende nederlegging - op voorwaarde dat tot de overeenkomstsluitende lidstaten die hun bekrachtigings- of toetredingsakte zullen hebben nedergelegd, de drie staten behoren met het grootste aantal geldende Europese octrooien in het jaar voorafgaand aan het jaar waarin de overeenkomst wordt ondertekend - of op de eerste dag van de vierde maand na de datum van inwerkingtreding van de wijzigingen de verordening (EU) nr. 1215/2012 inzake de verhouding van de verordening tot deze overeenkomst.

38. hält den Erfolg der Entwicklungsagenda von Doha (DDA) nach wie vor für eine der handelspolitischen Prioritäten der EU, bedauert jedoch, dass in der Strategieplanung noch nicht einmal ansatzweise über die WTO-Agenda nach Doha nachgedacht wird, beispielsweise über nicht handelsbezogene Aspekte der Verhandlungen, Global Governance, Reform der WTO, das Verhältnis zwischen WTO-Regeln und anderen internationalen Verträgen und Organisationen wie der ICO;
38. beschouwt een succesvolle afwikkeling van de Ontwikkelingsagenda van Doha (DDA) als een prioriteit voor het handelsbeleid van de EU, maar betreurt het dat in de beleidsstrategie niet reeds wordt nagedacht over aspecten van de WHO-agenda voor na Doha als: niet-handelsaspecten van de onderhandelingen, mondiale governance, hervorming van de WHO, relatie tussen WHO-regels en andere internationale verdragen en organisaties, zoals de IAO;

6. fordert die Kommission auf, einen Standpunkt zum Verhältnis zwischen multilateralen Übereinkommen und regionalen/bilateralen Vereinbarungen auszuarbeiten;
6. verzoekt de Commissie een standpunt in te nemen over de verhouding tussen multilaterale en regionale of bilaterale overeenkomsten;

(3) Dieser Rahmenbeschluss ersetzt im Verhältnis zwischen den Mitgliedstaaten, die die erforderlichen Maßnahmen getroffen haben, um diesen Rahmenbeschluss zu befolgen, und spätestens ab dem 27. April 2012 Artikel 22 des Europäischen Übereinkommens über die Rechtshilfe in Strafsachen, ergänzt durch Artikel 4 des Zusatzprotokolls zu diesem Übereinkommen vom 17. März 1978; die Anwendung dieser Artikel im Verhältnis zwischen den Mitgliedstaaten und Drittstaaten bleibt hiervon unberührt.
3. Onverminderd de toepassing ervan in de betrekkingen tussen lidstaten en derde staten vervangt dit kaderbesluit in de betrekkingen tussen de lidstaten die de noodzakelijke maatregelen hebben genomen om te voldoen aan dit kaderbesluit en uiterlijk met ingang van 27 april 2012 het bepaalde in artikel 22 van het Europees Verdrag aangaande de wederzijdse rechtshulp in strafzaken, zoals aangevuld door artikel 4 van het aanvullende protocol van 17 maart 1978.

Im Verhältnis zwischen den Vertragsstaaten ersetzt dieses Übereinkommen vorbehaltlich des Artikels 56 Absatz 2 das Haager Übereinkommen vom 2. Oktober 1973 über die Anerkennung und Vollstreckung von Unterhaltsentscheidungen und das Haager Übereinkommen vom 15. April 1958 über die Anerkennung und Vollstreckung von Entscheidungen auf dem Gebiet der Unterhaltspflicht gegenüber Kindern, soweit ihr Anwendungsbereich zwischen diesen Staaten mit demjenigen dieses Übereinkommens übereinstimmt.
In de betrekkingen tussen de verdragsluitende staten vervangt dit verdrag, met inachtneming van artikel 56, lid 2, het Haags Verdrag van 2 oktober 1973 inzake de erkenning en de tenuitvoerlegging van beslissingen over onderhoudsverplichtingen en het Haags Verdrag van 15 april 1958 nopens de erkenning en de tenuitvoerlegging van beslissingen over onderhoudsverplichtingen jegens kinderen, voor zover het toepassingsgebied daarvan tussen deze staten samenvalt met het toepassingsgebied van dit verdrag.

(2) Jeder Vertragsstaat kann mit einem oder mehreren Vertragsstaaten Vereinbarungen, die Bestimmungen über in diesem Übereinkommen geregelte Angelegenheiten enthalten, schließen, um die Anwendung des Übereinkommens zwischen ihnen zu verbessern, vorausgesetzt, dass diese Vereinbarungen mit Ziel und Zweck des Übereinkommens in Einklang stehen und die Anwendung des Übereinkommens im Verhältnis zwischen diesen Staaten und anderen Vertragsstaaten unberührt lassen.
2. Elke verdragsluitende staat kan met een of meer verdragsluitende staten verdragen sluiten die bepalingen bevatten inzake in dit verdrag geregelde aangelegenheden teneinde de toepassing van dit verdrag tussen hen te verbeteren, mits deze verdragen verenigbaar zijn met de doelstellingen van dit verdrag en de toepassing van de bepalingen van dit verdrag in de betrekkingen van deze staten met andere verdragsluitende staten onverlet laten.

Im Verhältnis zwischen den Vertragsstaaten ersetzt dieses Übereinkommen das Übereinkommen der Vereinten Nationen vom 20. Juni 1956 über die Geltendmachung von Unterhaltsansprüchen im Ausland, soweit sein Anwendungsbereich zwischen diesen Staaten dem Anwendungsbereich dieses Übereinkommens entspricht.
In de betrekkingen tussen de verdragsluitende staten vervangt dit verdrag het Verdrag van de Verenigde Naties van 20 juni 1956 inzake het verhaal in het buitenland van uitkeringen tot onderhoud, voor zover het toepassingsgebied daarvan tussen deze staten samenvalt met het toepassingsgebied van dit verdrag.

41. fordert, dass die Zusammenarbeit der WTO mit anderen multilateralen Organisationen verstärkt wird, insbesondere mit denen, die sich mit Sozial- und Umweltnormen befassen; diesen Organisationen sollte bei der WTO Beobachterstatus eingeräumt werden und es sollten die Modalitäten für deren Beteiligung an ihren Organen festgelegt werden; fordert die Aufstellung klarer Regeln über das Verhältnis zwischen WTO-Übereinkommen und multilateralen Umweltübereinkommen, damit die WTO-Regeln kein Hindernis für die Einhaltung der multilateralen Umweltübereinkommen darstellen;
41. dringt erop aan dat de betrekkingen tussen de WTO en de overige multilaterale organisaties worden versterkt, met name met de organisaties die bevoegd zijn op het gebied van sociale en milieunormen; dat aan hen de waarnemersstatus wordt toegekend binnen de WTO en dat wordt vastgesteld op welke wijze zij kunnen deelnemen aan de werkzaamheden van de WTO-organen; verzoekt om opstelling van duidelijke regels inzake de relatie tussen WTO-verdragen en multilaterale milieuovereenkomsten, zodat WTO-regels geen belemmering vormen voor de uitvoering van zulke milieuovereenkomsten;

43. fordert, dass die Zusammenarbeit der WTO mit anderen multilateralen Organisationen verstärkt wird, insbesondere mit denen, die sich mit Sozial- und Umweltnormen befassen; diesen Organisationen sollte bei der WTO Beobachterstatus eingeräumt werden und es sollten die Modalitäten für deren Beteiligung an ihren Organen festgelegt werden; fordert die Aufstellung klarer Regeln über das Verhältnis zwischen WTO-Übereinkommen und multilateralen Umweltübereinkommen, damit die WTO-Regeln kein Hindernis für die Einhaltung der multilateralen Umweltübereinkommen darstellen;
42. dringt erop aan dat de betrekkingen tussen de WTO en de overige multilaterale organisaties worden versterkt, met name met de organisaties die bevoegd zijn op het gebied van sociale en milieunormen; dat aan hen de waarnemersstatus wordt toegekend binnen de WTO en dat wordt vastgesteld op welke wijze zij kunnen deelnemen aan de werkzaamheden van de WTO-organen; verzoekt om opstelling van duidelijke regels inzake de relatie tussen WTO-verdragen en multilaterale milieuovereenkomsten, zodat WTO-regels geen belemmering vormen voor de uitvoering van zulke milieuovereenkomsten;

26. vertritt die Auffassung, dass sich die Europäische Union weiterhin für mehr rechtliche Klarheit über das Verhältnis zwischen WTO-Vorschriften und aufgrund multilateraler Umweltübereinkommen getroffenen handelspolitischen Maßnahmen einsetzen sollte, dass beide Rechtssysteme sich gegenseitig im Sinn einer nachhaltigen Entwicklung unterstützen sollten und das Handelssystem geeignet sein muss, die weltweite umweltpolitische Zusammenarbeit zu fördern, und dass die Europäische Union entsprechend der Entschließung des Rates vom 4. Dezember 2000 auch auf die Anerkennung des Vorsorgeprinzips im Rahmen der WTO hinwirken und dafür sorgen sollte, dass es in berechenbarer und transparenter Weise ohne Diskriminierungen und anhand objektiver wissenschaftlicher Kriterien angewandt wird;
26. is van mening dat de EU moet blijven streven naar meer juridische duidelijkheid over de verhouding tussen WTO-voorschriften en handelsmaatregelen uit hoofde van multilaterale milieuovereenkomsten; is van mening dat beide juridische systemen elkaar moeten steunen ten voordele van duurzame ontwikkeling en dat het handelsstelsel de mondiale milieusamenwerking moet kunnen steunen; overeenkomstig de op 4 december 2000 aangenomen resolutie van de Raad moet de EU zich eveneens inzetten voor erkenning van het preventiebeginsel in de WTO en erop toezien dat het op basis van objectieve en wetenschappelijke criteria op voorspelbare, doorzichtige en niet-discriminerende wijze wordt toegepast;