Gemäß Artikel 33 der CCS-Richtlinie müssen die Mitgliedstaaten sicherstellen, dass die Betreiber aller Kraftwerke mit einer elektrischen Nennleistung von mindestens 300 MW geprüft haben, ob folgende Bedingungen erfüllt sind: 1. Verfügbarkeit geeigneter Speicherstätten, 2. technische und wirtschaftliche Realisierbarkeit der Transportanlagen sowie 3. technische und wirtschaftliche Realisierbarkeit der Nachrüstung für die CO2-Abscheidung[32].
Op grond van artikel 33 van de CCS-richtlijn moeten de lidstaten ervoor zorgen dat de exploitanten van alle stookinstallaties met een nominaal elektrisch vermogen van 300 megawatt of meer hebben nagegaan of is voldaan aan de voorwaarden van 1) beschikbaarheid van geschikte opslaglocaties; 2) economische en technische haalbaarheid van transportfaciliteiten en 3) in technisch en economisch opzicht geschikt zijn om voor CO2-afvang te worden aangepast[32].
