28. betont seine Überzeugung, dass die Glaubwürdigkeit der EU als Verfechterin von Demokratie und Transparenz im Welthandelssystem davon abhängt, dass sie bei der EU - Handelspolitik dieselben Grundsätze beachtet; begrüßt daher die Tatsache, dass der vom Konvent zur Zukunft Eur
opas ausgearbeitete Verfassungsentwurf dem Europäischen Parlament die Befugnis der Zustimmung bei allen Internationalen Handelsabkommen einräumt, bedauert allerdings, dass keine offizielle Funktion des Parlaments bei der Eröffnun
g der Verhandlungen vorgeschlagen wird ...[+++]; fordert die Regierungskonferenz auf, die Befugnis der Zustimmung zu bestätigen und das Parlament an der Festlegung von Verhandlungsdirektiven zu beteiligen;
28. onderstreept zijn opvatting dat de geloofwaardigheid van de EU als advocaat van democratie en transparantie in het internationale handelssysteem afhangt van de naleving van dezelfde beginselen binnen het EU-handelsbeleid; verwelkomt derhalve vol enthousiasme het feit dat het door de Conve
ntie over de toekomst van Europa gepresenteerde ontwerp voor het constitutioneel verdrag het Parlement met betrekking tot alle internationale handelsakkoorden het recht van instemming geeft, maar betreurt dat het niet voorstelt om het Parlement een formele rol te geven bij het starten van onderhandelingen; roept de IGC op het recht van instemming t
...[+++]e bekrachtigen en het Parlement te betrekken bij het vaststellen van onderhandelingsrichtsnoeren;