Der Kandidat, der dem in Absatz 2 erwähnten Verbot zuwiderhandelt, wird mit einer Gefängnisstrafe von 8 bis 15 Tagen oder einer Geldbuße von 26 bis 200 Euro bestraft.
De kandidaat die het verbod vermeld in het tweede lid overtreedt, wordt bestraft met een gevangenisstraf van 8 tot 15 dagen of met een geldboete van 26 tot 200 euro.