Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com

Vertaling van "unzulässig sei insofern darin beantragt " (Duits → Nederlands) :

Die Flämische Regierung führt ferner an, dass die präjudizielle Frage unzulässig sei, insofern darin beantragt werde, die fragliche Bestimmung anhand von Artikel 77 des Dekrets vom 19. Dezember 2003 zur Festlegung von Bestimmungen zur Begleitung des Haushalts 2004 zu prüfen.

De Vlaamse Regering voert eveneens aan dat de prejudiciële vraag onontvankelijk is, in zoverre erin wordt gevraagd de in het geding zijnde bepaling te toetsen aan artikel 77 van het decreet van 19 december 2003 houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 2004.


Der Gerichtshof wird gefragt, ob Artikel 33 des Gesetzes vom 24. Juni 2013 über die kommunalen Verwaltungssanktionen (nachstehend: Gesetz vom 24. Juni 2013) mit den Artikeln 10 und 11 der Verfassung, gegebenenfalls in Verbindung mit der durch Artikel 6 Absatz 2 der Europäischen Menschenrechtskonvention gewährleisteten Unschuldsvermutung, vereinbar sei, insofern darin vorgesehen sei, dass die administrative Geldbuße, die wegen bestimmter Verkehrsverstöße auferlegt werden könne « bei Abwesenhei ...[+++]

Het Hof wordt ondervraagd over de bestaanbaarheid met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, al dan niet in samenhang gelezen met het vermoeden van onschuld zoals gewaarborgd bij artikel 6.2 van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens, van artikel 33 van de wet van 24 juni 2013 betreffende de gemeentelijke administratieve sancties (hierna : de wet van 24 juni 2013) in zoverre daarin zou worden voorzien dat de administratieve geldboete die kan worden opgelegd wegens welbepaalde verkeersinbreuken, « bij afwezigheid van de bestuurder », te allen tijde ten laste wordt gelegd van de houder van de kentekenplaat van het voertuig waarme ...[+++]


Der Ministerrat ist der Auffassung, dass die Vorabentscheidungsfrage unzulässig sei, weil darin nicht die miteinander zu vergleichenden Kategorien von Personen erwähnt würden und die Bezugnahme auf Artikel 6 Absatz 3 Buchstabe c) der Europäischen Menschenrechtskonvention als Referenznorm im Rahmen der Prüfung dieser Frage nicht relevant sei.

De Ministerraad is van mening dat de prejudiciële vraag onontvankelijk is omdat zij niet de categorieën van personen vermeldt die zouden moeten worden vergeleken en omdat de verwijzing naar artikel 6.3, c), van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens, als referentienorm, niet pertinent is in het kader van het onderzoek van die vraag.


Der Ministerrat führt an, dass die Klageschrift unzulässig sei, insofern damit die Nichtigerklärung von Artikel XI. 213 des Wirtschaftsgesetzbuches beantragt werde, da die Darlegung des einzigen Klagegrunds sich in keiner Weise auf diese Bestimmung beziehe.

De Ministerraad voert aan dat het verzoekschrift onontvankelijk is in zoverre daarin de vernietiging van artikel XI. 213 van het WER wordt gevorderd, aangezien de uiteenzetting van het enige middel op geen enkele wijze betrekking heeft op die bepaling.


Der Ministerrat macht auch geltend, dass diese Klagegründe unzulässig seien, insofern darin nicht angegeben sei, inwiefern gegen Artikel 4 der Verfassung und gegen die Artikel 6 und 13 der Europäischen Menschenrechtskonvention verstoßen würde.

De Ministerraad voert tevens aan dat die middelen niet ontvankelijk zijn in zoverre zij niet aangeven in welk opzicht artikel 4 van de Grondwet en de artikelen 6 en 13 van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens zijn geschonden.


In der Vorabentscheidungsfrage wird der Gerichtshof gefragt, ob Artikel 162bis Absatz 2 des Strafprozessgesetzbuches mit den Artikeln 10 und 11 der Verfassung vereinbar sei, insofern die Zivilpartei, die nicht die Initiative zur Verfolgung ergriffen habe und gegen ein Urteil, mit dem ihre Klage für unzulässig erklärt worden sei, nachdem der Angeklagte auf die Strafverfolgung hin verurteilt worden sei, Berufung einlege, nicht zur Za ...[+++]

In de prejudiciële vraag wordt aan het Hof gevraagd of artikel 162bis, tweede lid, van het Wetboek van strafvordering bestaanbaar is met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet in zoverre de burgerlijke partij, die niet het initiatief tot vervolging heeft genomen en die hoger beroep instelt tegen een vonnis waarbij haar vordering onontvankelijk wordt verklaard nadat de beklaagde op de strafvordering werd veroordeeld, niet tot de rechtsplegingsvergoeding kan worden veroordeeld indien zij in hoger beroep in het ongelijk wordt gesteld.


Der Gerichtshof wird zur Vereinbarkeit der in Rede stehenden Bestimmung mit den Artikeln 10, 11 und 16 der Verfassung in Verbindung mit Artikel 1 des ersten Zusatzprotokolls zur Europäischen Menschenrechtskonvention befragt, insofern darin keine Aussetzung der Verfallfrist der Umweltgenehmigung während der Anhängigkeit der Nichtigkeitsklage beim Staatsrat vorgesehen sei, während in Artikel 4.6.2 § 1 Absatz 2 des Flämischen Raumordnungskodex vorgesehen ...[+++]

Het Hof wordt ondervraagd over de bestaanbaarheid van de in het geding zijnde bepaling met de artikelen 10, 11 en 16 van de Grondwet, in samenhang gelezen met artikel 1 van het Eerste Aanvullend Protocol bij het Europees Verdrag voor de rechten van de mens, in zoverre zij niet voorziet in een schorsing van de vervaltermijn van de milieuvergunning tijdens het beroep tot nietigverklaring bij de Raad van State, terwijl artikel 4.6.2, § 1, tweede lid, van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening bepaalt dat de vervaltermijn van een stedenbouwkundige vergunning wel wordt geschorst tijdens het beroep tot vernietiging bij de Raad voor Vergunningsb ...[+++]


Assuralia führt an, dass der erste Klagegrund in derselben Rechtssache, insofern er aus einem Verstoss gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung abgeleitet sei, ebenfalls unzulässig sei, weil darin nicht ausreichend präzise die Kategorien von Personen definiert würden, um deren Vergleich der Hof gebeten werde.

Assuralia stelt dat, in zoverre het is afgeleid uit de schending van de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, het eerste middel in dezelfde zaak eveneens onontvankelijk is omdat het de categorieën van personen die het Hof moet vergelijken niet voldoende precies omschrijft.


Die Regierung der Französischen Gemeinschaft ist der Auffassung, dass der erste Klagegrund unzulässig sei, insofern darin gleichzeitig ein Verstoss gegen Artikel 2 des königlichen Erlasses vom 10. Januar 1992 über den Hörfunk auf Ultrakurzwelle im Frequenzbereich 87,5 MHz - 108 MHz (A.7) angeführt werde.

De Franse Gemeenschapsregering is van mening dat het eerste middel niet ontvankelijk is, in zoverre het tevens de schending aanvoert van artikel 2 van het koninklijk besluit van 10 januari 1992 betreffende de klankradio-omroep in frequentiemodulatie in de band 87,5 MHz - 108 MHz (A.7).


Der Ministerrat weist an erster Stelle darauf hin, dass der erste Klagegrund unzulässig sei, insofern darin ein Verstoss gegen die Artikel 52 ff. des Römer Vertrags geltend gemacht werde, da nicht angegeben werde, in welcher Hinsicht diese Artikel verletzt worden wären.

De Ministerraad stelt allereerst vast dat het eerste middel onontvankelijk is in zoverre het de schending van de artikelen 52 en volgende van het Verdrag van Rome aanvoert, aangezien niet is aangegeven hoe die artikelen zouden zijn geschonden.


w