47. begrüßt die Mitgliedschaft Georgiens im UNHRC und die allgemeine regelmäßige Überprüfung zu Georgien aus jüngster Zeit; nimmt die bedeutsamen legislativen Reformen zur Kenntnis, die zu einem gewissen Fortschritt und zu einigen Verbesserungen hinsichtlich der Justiz und des Strafvollzugs, der Staatsanwaltschaft, der Bekämpfung von Misshandlung, der Rechte von Kindern, des Schutzes von Privatsphäre und personenbezogenen Daten sowie hinsichtlich Binnenvertriebener geführt haben; stellt allerdings fest, dass weitere Anstrengungen bezügl
ich insbesondere in Untersuchungshaft erfolgten Misshandlungen und der Rehabilitation von Opfern, im
...[+++]Hinblick auf Rechtsverletzungen durch Strafverfolgungsbehörden, bezüglich Untersuchungen von durch Staatsbeamte in der Vergangenheit begangene Rechtsverletzungen und im Hinblick auf die Rechte von Minderheiten und von Frauen notwendig sind; ist weiterhin besorgt über die Meinungsfreiheit und die Medienfreiheit sowie die Tatsache, dass Beobachtern kein Zugang zu den besetzten Regionen Abchasien und Zchinwali/Südossetien gewährt wird, in denen Menschenrechtsverletzungen weiterhin weit verbreitet sind, und fordert die Regierung von Georgien auf, angemessene Maßnahmen zu ergreifen, um die im Rahmen des Verfahrens der allgemeinen regelmäßigen Überprüfung unterbreiteten Empfehlungen umzusetzen; 47. is ingenomen met het lidmaatschap van Georgië van de VN-Mensenrechtenraad en de recente UPR over Georgië; neemt kennis van de relevante wetswijzigingen die geleid hebben tot een zekere vooruitgang en verbetering op gebieden als justitie en wetshandhaving, het openbaar ministerie, de strijd tegen slechte behandeling, de rechten van het kind, de bescherming van de persoonlijke levenssfeer en persoonsgegevens, en interne ontheemden; stelt overigens vast dat er op het vlak van de strijd tegen
slechte behandeling, met name in het stadium van voorlopige hechtenis en wat rehabilitatie van slachtoffers betreft, van de verantwoordingsplicht
...[+++] voor misstanden door wetshandhavingsagentschappen, van onderzoeken naar misstanden door regeringsfunctionarissen in het verleden en van rechten van minderheden en vrouwen nog verdere inspanningen nodig zijn; blijft bezorgd over de vrijheid van meningsuiting en de mediavrijheid en het feit dat waarnemers geen toegang krijgen tot de bezette gebieden Abchazië en Tsinvali/Zuid-Ossetië, waar mensenrechtenschendingen schering en inslag zijn; roept de regering van Georgië op adequate maatregelen te treffen om ervoor te zorgen dat de in het UPR-proces gedane aanbevelingen worden opgevolgd; 
