Die Artikel 20, 39 Nr. 1 und 40 § 4 des Gesetzes vom 7. Dezember 1988 zur Reform der Einkommensteuer und Änderung der der Stempelsteuer gleichgesetzten Steuern verstossen nicht gegen die Artikel 10, 11 und 172 der Verfassung, indem sie zur Folge haben, dass die Höhe des Investitionsabzugs für in den Kalenderjahren 1988 und 1989 getätigte Investitionen je nach der Buchführungsart unterschiedlich ist.
De artikelen 20, 39, 1°, en 40, § 4, van de wet van 7 december 1988 houdende hervorming van de inkomstenbelasting en wijziging van de met het zegel gelijkgestelde taksen schenden de artikelen 10, 11 en 172 van de Grondwet niet doordat ze tot gevolg hebben dat de omvang van de investeringsaftrek voor investeringen gedaan in de kalenderjaren 1988 en 1989, verschillend is naar gelang van de wijze van boekhouden.