Der Reorganisationsplan wird erst für alle Aufschubgläubiger zwingend, wenn er durch das Handelsgericht homologiert wird, das diese Homologierung aufgrund von Artikel 55 Absatz 2 des Gesetzes über die Kontinuität der Unternehmen nur dann, « wenn die durch vorliegendes Gesetz auferlegten Formalitäten nicht erfüllt werden oder gegen die öffentliche Ordnung verstossen wird », ablehnen kann.
Het reorganisatieplan wordt pas bindend voor alle schuldeisers in de opschorting, wanneer het wordt gehomologeerd door de rechtbank van koophandel, die die homologatie, krachtens artikel 55, tweede lid van de WCO, slechts kan weigeren « in geval van niet naleving van de pleegvormen door deze wet opgelegd of wegens schending van de openbare orde ».