Vertaling van " birkenwald " (Duits → Nederlands) :

In den Laubwaldgebieten herrschen Buchenwälder und Eichenwälder mit Hainsimsen vor, doch sind auch Eichen- Birkenwälder mit blauem Pfeifengras, Moorbirkenwälder, Auenwälder vorzufinden. Es umfasst außerdem zahlreiche offene Gebiete mit feuchten Heiden, trockenen Heiden sowie aktiven und degradierten Hochmooren.
Loofbosgebieden worden ingenomen door beuken- en eikenbossen met veldbies, maar er worden ook eiken-berkenbossen met pijpestrootjes, veenachtige berkenbossen, elkenbossen, .waargenomen. Ze omvat bovendien verschillende open gebieden ingenomen door vochtige heiden, droge heiden, alsook actieve en beschadigde hoogvenen.

Das wichtigste Forstgebiet ist der Eichen- und Birkenwald mit blauem Pfeifengras.
Het voornamelijk boshabitat is het eiken-berkenbos met pijpestrootje.

Mit einer noch kleineren Fläche weist das Gebiet des Ulftals einige bewaldete Flächen auf, die der Art der Auenwälder, Birkenwälder mit blauem Pfeifengras und der säureliebenden Eichen- Hainbuchenwälder gehören.
De locatie « Vallée de l'Ulf » omvat enkele kleinere bosgebieden met alluviale bossen, eiken-berkenbossen met pijpestrootje en acidocliene eiken-haagbeukenbossen.

In dem Gebiet befinden sich auch kleinere Eichen- und Birkenwälder mit blauem Pfeifengras und Wälder des Carpinion betuli.
Op de locatie worden eveneens stukken eiken-berkenbos met pijpestrootje aangetroffen, evenals wouden behorend tot het Carpinion-betuli.

Es kennzeichnet sich durch Eichen- und Birkenwälder mit blauem Pfeifengras aus, die den am meisten vertretenen Lebensraum von gemeinschaftlichem Interesse auf diesem Gebiet darstellen.
Ze wordt door het eiken-berkenbos met pijpestrootje gekenmerkt, een habitat met gemeenschappelijk belang die de meest vertegenwordigd is in deze locatie.

In den feuchteren Teilen (auf weißer Tonerde, in Talgründen, .), werden die Buchenwälder durch Stieleichen- und Birkenwälder (9190) oder in den reicheren Gebieten durch mitteleuropäische säureliebende Eichen- Hainbuchenwälder (9160) ersetzt.
In de vochtigere gebieden (op witbakkende klei, onderin de valleien,..) wordt de beukenbos vervangen door de eikenbos met zomereik (9190) of de acidocliene midden-Europese eiken-haagbeukenbossen (9160) in de rijkere gebieden.

g) Wälder des Metaklimax der feuchten bodensauren Eichen- und Birkenwälder (9190);
g) bossen van de meta-climax van de vochtige zuurminnende eiken-berkenbossen (9190);

d) auf Ebene des Gebiets besonders seltene und verstreute Lebensraumelemente (Eichen- Hainbuchenwälder und feuchte Eichen- und Birkenwälder (9160, 9190), thermophile Wälder des Quercion pubescentis und des Antherico-Carpinetum);
d) zeldzame en op schaal van de locatie verspreide bestanddelen van habitats (eiken-haagbeukenbossen en vochtige eiken-berkenbossen (9160, 9190), thermofiele bossen van de Quercion pubescentis en van de Antherico-Carpinetum);

c) auf Ebene des Gebiets besonders seltene und verstreute Lebensraumelemente (Eichen- Hainbuchenwälder und feuchte Eichen- und Birkenwälder (9160, 9190), thermophile Wälder des Quercion pubescentis und des Antherico-Carpinetum, Sumpfwälder);
c) bijzonder zeldzame en op schaal van de locatie verspreide bestanddelen van habitats (eiken-haagbeukenbossen en vochtige eiken-berkenbossen (9160, 9190), thermofiele bossen van de Quercion pubescentis en van de Antherico-Carpinetum, moerassige bossen);