Unbeschadet der Anwendung von strengeren, in den Artikeln 269 und 275 des Strafgesetzbuches bestimmten Strafen wird jeder, der die Ausübung des im vorherigen Absatz vorgesehenen Haussuchungsrechts verhindert oder behindert, mit einer Gefängnisstrafe von acht bis fünfzehn Tagen und einer Geldbusse von 50 bis 300 EUR oder mit einer dieser Strafen belegt.
Onverminderd het opleggen van de zwaarste straffen bepaald in de artikelen 269 en 275 van het Strafwetboek, zal eenieder die het uitoefenen van het hierboven vastgestelde bezoekrecht in de weg staat, worden gestraft met een gevangenisstraf van acht tot vijftien dagen en een boete van 50 tot 300 EUR of van één van die straffen alleen.