Vertaling van "unabhängig des betrags " (Duits → Nederlands) :

TERMINOLOGIE

unabhängige Verriegelung | unabhängige Verriegelung spitzbefahrener Weichen | unabhängiger Verschluss | unabhängiger Weichenriegel
onafhankelijke grendel

rechtsgrundlos gezahlter Betrag | zu Unrecht bezahlter Betrag | zu Unrecht gezahlter Betrag
ten onrechte betaald bedrag | ten onrechte uitgegeven bedrag

einen Betrag abrunden | einen Betrag aufrunden | einen Betrag runden
afronden een bedrag

Gemeinschaft Unabhängiger Staaten [ GUS | Neue Unabhängige Staaten | NUS ]
Gemenebest van onafhankelijke staten [ GOS | nieuwe onafhankelijke staten | NOS ]

anerkannte unabhängige Prüfstelle
erkende onafhankelijke instelling

Grund, der unabhängig von seinem Willen ist
reden onafhankelijk van zijn wil

unabhängiger Patentanspruch
onafhankelijke conclusie

autonom | unabhängig
autonoom | zelfstandig

Lenkflugkörper [ Cruise Missile | Marschflugkörper | MIRV | Rakete mit mehreren unabhängig voneinander zielbaren Wiedereintrittskörpern | Rakete mit Mehrfachsprengkopf ]
geleide raket [ kruisraket | MIRV ]

Papua-Neuguinea [ der Unabhängige Staat Papua-Neuguinea | Neuguinea ]
Papoea-Nieuw-Guinea [ Nieuw-Guinea | Onafhankelijke Staat Papoea-Nieuw-Guinea | Papua-Nieuw-Guinea ]

IN-CONTEXT TRANSLATIONS

Art. 58 - In Abweichung von Artikel 26 § 1 des Dekrets vom 15. Dezember 2011 zur Organisation des Haushaltsplans, der Buchführung und der Berichterstattung der wallonischen öffentlichen Verwaltungseinheiten werden die Ministerin für lokale Behörden, Wohnungswesen und Sportinfrastrukturen und der Minister für Haushalt dazu ermächtigt, die Verpflichtungs- und Ausgabeermächtigungen des Programms 41 des Organisationsbereichs 16 unabhängig von ihrem Betrag auf die Basisartikel 63.01 und 63.02 des Programms 03 des Organisationsbereichs 16 sowie auf die Basisartikel 52.06, 63.08 und 63.09 des Programms 11 des Organisationsbereichs 13 zu übertragen.
Art. 58. In afwijking van artikel 26, § 1, van het decreet van 15 december 2011 houdende organisatie van de begroting, de boekhouding en de verslaggeving van de Waalse overheidsbestuurseenheden, kunnen de vastleggings- en vereffeningskredieten van programma 41van organisatieafdeling 16, ongeacht het bedrag, worden overgedragen door de Minister van de Plaatselijke Besturen, Huisvesting en Sportinfrastucturen en de Minister van Begroting, naar de basisallocaties 63.01 en 63.02 van programma 03 van organisatieafdeling 16 alsook naar de basisallociaties 52.06, 63.08 en 63.09 van programma 11 van organisatieafdeling 13.

Art. 18 - In Abweichung von Artikel 26 § 1 des Dekrets vom 15. Dezember 2011 zur Organisation des Haushaltsplans, der Buchführung und der Berichterstattung der wallonischen öffentlichen Verwaltungseinheiten darf der mit der Raumordnung beauftragte Minister im Rahmen seiner Zuständigkeiten mit der Zustimmung des Haushaltsministers die Verpflichtungsermächtigungen der Basisartikel der Programme 02 und 03 des Organisationsbereichs 16 unabhängig von ihrem Betrag im Rahmen der Umsetzung des WGRSE/GRE von einem Programm auf ein anderes übertragen.
Art. 18. In afwijking van artikel 26, § 1, van het decreet van 15 december 2011 houdende organisatie van de begroting, de boekhouding en de verslaggeving van de Waalse overheidsbestuurseenheden, kunnen de vastleggingskredieten van programma's 02 en 03 van organisatieafdeling 16, worden overgedragen door de Ministers van Ruimtelijke Ordening, Energie, Stedenbeleid en de Minister van Begroting, ongeacht het bedrag, in het kader van de uitvoering van het Wetboek van Ruimtelijke Ordening, Stedenbouw, erfgoed en Energie/het Wetboek van Ruimtelijke Ontwikkeling.

Art. 57 - In Abweichung von Artikel 26 § 1 des Dekrets vom 15. Dezember 2011 zur Organisation des Haushaltsplans, der Buchführung und der Berichterstattung der wallonischen öffentlichen Verwaltungseinheiten dürfen die Ministerin für Wohnungswesen und der Haushaltsminister die Verpflichtungsermächtigungen der Programme 11 und 12 des Organisationsbereichs 16 unabhängig von ihrem Betrag von einem Programm auf ein anderes übertragen.
Art. 57. In afwijking van artikel 26, 1, van het decreet van 15 december 2011 houdende organisatie van de begroting, de boekhouding en de verslaggeving van de Waalse overheidsbestuurseenheden kunnen de vastleggingskredieten van programma's 11 en 12 van organisatieafdeling 16, ongeacht het bedrag, worden overgedragen van het ene naar het andere programma door de Minister van Huisvesting en de Minister van Begroting.

"Art. 56 - In Abweichung von Artikel 26 § 1 des Dekrets vom 15. Dezember 2011 zur Organisation des Haushaltsplans, der Buchführung und der Berichterstattung der wallonischen öffentlichen Verwaltungseinheiten dürfen der Minister für Wohnungswesen und der Haushaltsminister die Verpflichtungsermächtigungen der Programme 11 und 12 des Organisationsbereichs 16, mit Ausnahme des Basisartikels 34.12 des Programms 11 des Organisationsbereichs 16, unabhängig von ihrem Betrag von einem Programm auf ein anderes übertragen".
« Art. 56. In afwijking van artikel 26, § 1, van het decreet van 15 december 2011 houdende organisatie van de begroting, de boekhouding en de rapportage van de Waalse overheidsbestuurseenheden, kunnen de Minister van Huisvesting en de Minister van Begroting de vastleggingskredieten van de basisallocaties van de programma's 11 en 12 van organisatieafdeling 16 overdragen van een programma naar het andere, ongeacht het bedrag.

"In Abweichung von Artikel 26 § 1 des Dekrets vom 15. Dezember 2011 zur Organisation des Haushaltsplans, der Buchführung und der Berichterstattung der wallonischen öffentlichen Verwaltungseinheiten darf der mit der Raumordnung beauftragte Minister mit der Zustimmung des Haushaltsministers die Verpflichtungsermächtigungen der Basisartikel der Programme 02 und 03 des Organisationsbereichs 16 unabhängig von ihrem Betrag im Rahmen der Umsetzung des WGRSE/GRE von einem Programm auf ein anderes übertragen".
« In afwijking van artikel 26, § 1, van het decreet van 15 december 2011 houdende organisatie van de begroting, de boekhouding en de rapportage van de Waalse overheidsbestuurseenheden, kan de Minister bevoegd voor Ruimtelijke Ordening, mits instemming van de Minister van Begroting, de vastleggingskredieten van de basisallocaties van de programma's 02 en 03 van de organisatieafdeling 16 overdragen van een programma naar het andere, ongeacht het bedrag, in het kader van de tenuitvoerlegging van het Waals Wetboek van Ruimtelijke Ordening, Stedenbouw en Patrimonium/Wetboek van Ruimtelijke Ordening».

Unabhängig des Betrags der beanspruchten Prämie muss der Prämienantrag innerhalb von 120 Tagen ab dem Datum der Schlussrechnung der Arbeiten zur Anbringung des Aussenholzwerks unbeschadet von Absatz 2 eingereicht werden" .
Ongeacht het bedrag van de aangevraagde premie, moet de aanvraag ingediend worden binnen 120 dagen, te rekenen van de datum van de eindfactuur van de buitenschrijnwerken, onverminderd het tweede lid.

Verpflichtungen gegenüber seinen Gemeinschaftsunternehmen, unabhängig vom Betrag anderer Verpflichtungen im Sinne von Paragraph B18–B20;
haar verbintenissen die met haar joint ventures verband houden; deze verbintenissen moeten afzonderlijk van het bedrag van andere verbintenissen worden vermeld zoals gespecificeerd in de alinea's B18, B19 en B20;

Diese Beträge für Haushaltsabfälle werden ab dem Steuerjahr 2012 um einen Betrag von 2 Euro / Tonne erhöht, unabhängig vom und zusätzlich zum auf den Betrag von 2010 angewandten Index».
Deze bedragen betreffende thuisafval worden vanaf het boekjaar 2012 verhoogd met een bedrag van 2 euro/ton, onafhankelijk van en ter aanvulling van de op het bedrag van 2010 toegepaste index ».

« Verstösst Artikel 215 Absatz 3 Nr. 4 des Einkommensteuergesetzbuches 1992, dahingehend ausgelegt, dass er nur Anwendung findet auf die Entlohnungen der Verwaltungsratsmitglieder oder der aktiven Teilhaber im engen Sinne des Wortes, gegen die Artikel 10, 11 und 172 der koordinierten Verfassung, insofern er zu einer Diskriminierung führt zwischen einerseits den Gesellschaften, die den in Artikel 215 bestimmten Betrag einem Verwaltungsratsmitglied oder einem aktiven Teilhaber als Entlohnung gewähren, unabhängig davon, ob dies aufgrund von Artikel 32 des Einkommensteuergesetzbuches 1992 oder aufgrund von Artikel 31 desselben Gesetzbuches geschieht, wobei die Entlohnung zum progressiven Satz der Steuer der natürlichen Personen besteuert wird und den Sozialabgaben unterliegt, und andererseits den Gesellschaften, die den in Artikel 215 bestimmten Betrag einem Verwaltungsratsmitglied oder einem aktiven Teilhaber, allerdings in einer anderen Form, wie z.B. Profite, gewähren, wobei diese Beträge ebenfalls zum progressiven Satz der Steuer der natürlichen Personen besteuert und den Sozialabgaben unterliegen würden, und während das Ziel der Bestimmung sowohl im ersten als auch im zweiten Fall in geeigneter Weise erfüllt wäre? ».
« Schendt artikel 215, derde lid, 4°, van het WIB 1992, in de interpretatie volgens welke het alleen betrekking zou hebben op de bezoldigingen van bestuurders of werkende vennoten in de strikte zin van het woord, de artikelen 10, 11 en 172 van de gecoördineerde Grondwet in zoverre het aanleiding geeft tot discriminatie tussen, enerzijds, de vennootschappen die het in artikel 215 bepaalde bedrag toekennen aan een bestuurder of werkend vennoot als bezoldiging, ongeacht of dat op grond van artikel 32 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 gebeurt dan wel op grond van artikel 31 van datzelfde Wetboek, bezoldiging die wordt belast tegen het progressieve tarief van de personenbelasting en die onderworpen is aan sociale bijdragen, en, anderzijds, de vennootschappen die het in artikel 215 bepaalde bedrag toekennen aan een bestuurder of werkend vennoot, maar in een andere vorm, zoals bijvoorbeeld baten, terwijl die bedragen eveneens zouden worden belast tegen het progressieve tarief van de personenbelasting en eveneens zouden zijn onderworpen aan sociale bijdragen, en terwijl het doel van de bepaling op adequate wijze zou worden verwezenlijkt, zowel in het eerste als in het tweede geval ? ».

« Verstösst Artikel 215 Absatz 3 Nr. 4 des Einkommensteuergesetzbuches 1992, dahingehend ausgelegt, dass er nur Anwendung findet auf die Entlohnungen der Verwaltungsratsmitglieder oder der aktiven Teilhaber im engen Sinne des Wortes, gegen die Artikel 10, 11 und 172 der koordinierten Verfassung, insofern er zu einer Diskriminierung führt zwischen einerseits den Gesellschaften, die den in Artikel 215 bestimmten Betrag einem Verwaltungsratsmitglied oder einem aktiven Teilhaber als Entlohnung gewähren, unabhängig davon, ob dies aufgrund von Artikel 32 des Einkommensteuergesetzbuches 1992 oder aufgrund von Artikel 31 desselben Gesetzbuches geschieht, wobei die Entlohnung zum progressiven Satz der Steuer der natürlichen Personen besteuert wird und den Sozialabgaben unterliegt, und andererseits den Gesellschaften, die den in Artikel 215 bestimmten Betrag einem Verwaltungsratsmitglied oder einem aktiven Teilhaber, allerdings in einer anderen Form, wie z.B. Profite, gewähren, wobei diese Beträge ebenfalls zum progressiven Satz der Steuer der natürlichen Personen besteuert und den Sozialabgaben unterliegen würden, und während das Ziel der Bestimmung sowohl im ersten als auch im zweiten Fall in geeigneter Weise erfüllt wäre? ».
« Schendt artikel 215, derde lid, 4°, van het W.I. B. 1992, in de interpretatie volgens welke het alleen betrekking zou hebben op de bezoldigingen van bestuurders of werkende vennoten in de strikte zin van het woord, de artikelen 10, 11 en 172 van de gecoördineerde Grondwet in zoverre het aanleiding geeft tot discriminatie tussen, enerzijds, de vennootschappen die het in artikel 215 bepaalde bedrag toekennen aan een bestuurder of werkend vennoot als bezoldiging, ongeacht of dat op grond van artikel 32 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 gebeurt dan wel op grond van artikel 31 van datzelfde Wetboek, bezoldiging die wordt belast tegen het progressieve tarief van de personenbelasting en die onderworpen is aan sociale bijdragen, en, anderzijds, de vennootschappen die het in artikel 215 bepaalde bedrag toekennen aan een bestuurder of werkend vennoot, maar in een andere vorm, zoals bijvoorbeeld baten, terwijl die bedragen eveneens zouden worden belast tegen het progressieve tarief van de personenbelasting en eveneens zouden zijn onderworpen aan sociale bijdragen, en terwijl het doel van de bepaling op adequate wijze zou worden verwezenlijkt, zowel in het eerste als in het tweede geval ? ».