b)bis zu 10 % ihres Vermögens im Falle von Investmentgesellschaften, sofern es sich um Kredite handelt, die den Erwerb von Immobilien ermöglichen sollen, die für die unmittelbare Ausübung ihrer Tätigkeit unerläßlich sind; in diesem Fall dürfen diese sowie die Kredite nach Buchstabe a) zusammen 15 % ihres Vermögens nicht übersteigen.
b)tot 10 % van de activa, ten aanzien van beleggings- maatschappijen, mits het gaat om leningen voor de verwerving van onroerende goederen die rechtstreeks noodzakelijk zijn voor de uitoefening van hun werkzaamheden. In dat geval mogen deze en de onder a) bedoelde leningen gezamenlijk niet meer bedragen dan 15 % van de activa.