Die klagenden Parteien fordern die Nichtigerklärung von Artikel 9 Nr. 4 in fine des Gesetzes vom 10. Juni 2001 zur Abänderung des Gesetzes vom 10. April 1990 über Wachunternehmen, Sicherheitsunternehmen und interne Wachdienste, insofern es, abgesehen von den durch den König festgelegten Bedingungen und Modalitäten, den Wachleuten, einschliesslich der selbständig tätigen Führungskräfte von Wachunternehmen, untersage, Trinkgelder oder sonstige Vergütungen von Dritten entgegenzunehmen.
De verzoekende partijen vorderen de vernietiging van artikel 9, 4, in fine , van de wet van 10 juni 2001 tot wijziging van de wet van 10 april 1990 op de bewakingsondernemingen, de beveiligingsondernemingen en de interne bewakingsdiensten, doordat het, behoudens onder de voorwaarden en volgens de modaliteiten bepaald door de Koning, de bewakingsagenten, met inbegrip van de leiders van bewakingsondernemingen die hun activiteit op zelfstandige basis uitoefenen, verbiedt fooien of andere vergoedingen van derden te ontvangen.
