Artikel 4 des Gesetzes vom 20. Februar 1939 über den Schutz des Architektentitels und -berufs und Artikel 1792 des Zivilgesetzbuches verstossen nicht gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, insoweit die Haftung des Architekten, die sich aus diesen Bestimmungen ergibt, der natürlichen Person, die den Titel eines Architekten trägt, obliegt.
Artikel 4 van de wet van 20 februari 1939 op de bescherming van de titel en van het beroep van architect en artikel 1792 van het Burgerlijk Wetboek schenden de artikelen 10 en 11 van de Grondwet niet in zoverre de aansprakelijkheid van de architect, die uit die bepalingen voortvloeit, moet worden gedragen door de natuurlijke persoon die de titel van architect voert.