(2) Die Teilnehmerländer integrieren gegebenenfalls das in Absatz 1 Buchstabe a genannte, gemeinsam entwickelte E-Learning in ihre nationalen Fortbildungsprogramme.
2. De deelnemende landen nemen de gemeenschappelijk ontwikkelde e-learningmodules bedoeld in lid 1, onder a), voor zover dienstig op in hun nationale opleidingsprogramma’s.