Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com
über steuerrechtliche Streitsachen

Vertaling van "tatsächlich getrennten ehegatten " (Duits → Nederlands) :

1. « Verstossen die kombinierten Artikel 24, 33 und 97 des Gesetzes vom 15. März 1999 [über steuerrechtliche Streitsachen] gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, insofern das Widerspruchsrecht (festgelegt in Artikel 366 des Einkommensteuergesetzbuches 1992) oder der Antrag auf Nachlass von Amts wegen nach Mitteilung der Uberbesteuerungen im Sinne von Artikel 376 des Einkommensteuergesetzbuches 1992, die dem tatsächlich getrennten Ehegatten, auf dessen Güter die Steuer, die auf den Namen des anderen Ehegatten festgelegt ist, eingetrieben wird, gewährt werden, erst ab dem 27. März 1999 Anwendung finden?

1. « Schenden de artikelen 24, 33 en 97 van de wet van 15 maart 1999 [betreffende de beslechting van fiscale geschillen], samen gelezen, de artikelen 10 en 11 van de Grondwet inzoverre het recht van bezwaar (zoals bedoeld in artikel 366 Wetboek van inkomstenbelastingen 1992) of het verzoek om ambtshalve ontheffing te verlenen na het ter kennis brengen van overbelastingen, bedoeld in artikel 376 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, toegekend aan de feitelijk gescheiden echtgenoot op wiens goederen de aanslag, gevestigd op naam van de andere echtgenoot wordt ingevorderd, slechts van toepassing is vanaf 27 maart 1999 ?


Die vorlegenden Richter fragen den Hof, ob die Artikel 6 und 8 des Gesetzes vom 4. Mai 1999 zur Festlegung steuerrechtlicher und anderer Bestimmungen, durch die ein Artikel 393bis in das Einkommensteuergesetzbuch 1992 eingefügt wurde, der ab dem Steuerjahr 2000 in Kraft getreten ist, mit den Artikeln 10 und 11 der Verfassung vereinbar seien, indem sie einen Behandlungsunterschied zwischen tatsächlich getrennten Ehegatten, auf deren Güter die auf den Namen des anderen Ehegatten festgelegte Steuer eingetrieben werde, einführten, je nachdem, ob diese Steuer die Steuerjahre 1999 und davor oder aber 2000 und danach betreffe.

De verwijzende rechters vragen het Hof of de artikelen 6 en 8 van de wet van 4 mei 1999 houdende fiscale en andere bepalingen, waarbij een artikel 393bis in het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 wordt ingevoegd, dat in werking treedt vanaf het aanslagjaar 2000, bestaanbaar zijn met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, doordat ze een verschil in behandeling in het leven roepen tussen feitelijk gescheiden echtgenoten op wier goederen de aanslag, gevestigd op naam van de andere echtgenoot, wordt ingevorderd, naargelang die belasting betrekking heeft op de aanslagjaren 1999 en vorige, dan wel 2000 en volgende.


Der vorlegende Richter fragt den Hof, ob die Artikel 24, 33 und 97 des Gesetzes vom 15. März 1999 über steuerrechtliche Streitsachen mit den Artikeln 10 und 11 der Verfassung vereinbar seien, da die Artikel 24 und 33, die tatsächlich getrennten Ehegatten Rechte verliehen, aufgrund von Artikel 97 zum 27. März 1999 in Kraft träten.

De verwijzende rechter vraagt het Hof of de artikelen 24, 33 en 97 van de wet van 15 maart 1999 betreffende de beslechting van fiscale geschillen bestaanbaar zijn met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, doordat de artikelen 24 en 33, die rechten verlenen aan feitelijk gescheiden echtgenoten, krachtens artikel 97 in werking treden vanaf 27 maart 1999.


1. « Verstossen die kombinierten Artikel 24, 33 und 97 des Gesetzes vom 15. März 1999 [über steuerrechtliche Streitsachen] gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, insofern das Beschwerderecht (festgelegt in Artikel 366 des Einkommensteuergesetbuches 1992) oder der Antrag einer Befreiung von Amts wegen nach Mitteilung der Steuerüberzahlungen im Sinne von Artikel 376 des Einkommensteuergesetzbuches 1992, die dem tatsächlich getrennten Ehegatten, auf dessen Güter die Steuer, deren Veranlagung auf den Namen des anderen Ehegatten festgesetzt ist, erhoben wird, gewährt wird, erst ab dem 27. März 1999 Anwendung findet?

1. « Schenden de artikelen 24, 33 en 97 van de wet van 15 maart 1999 [betreffende de beslechting van fiscale geschillen], samen gelezen, de artikelen 10 en 11 van de Grondwet inzoverre het recht van bezwaar (zoals bedoeld in artikel 366 Wetboek van inkomstenbelastingen 1992) of het verzoek om ambtshalve ontheffing te verlenen na het ter kennis brengen van overbelastingen, bedoeld in artikel 376 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, toegekend aan de feitelijk gescheiden echtgenoot op wiens goederen de aanslag, gevestigd op naam van de andere echtgenoot wordt ingevorderd, slechts van toepassing is vanaf 27 maart 1999 ?


« Ruft Artikel 394 des Einkommensteuergesetzbuches, wenn er dahingehend ausgelegt wird, dass er es dem Beklagten ermöglicht, die Personensteuer auf jeden Fall zu Lasten des Vermögens getrenntlebender Ehegatten, die getrennten Eintragungen in die Heberolle unterliegen, zu erheben, keine unverhältnismässige und somit im Widerspruch zu den Artikeln 10 und 11 der Verfassung stehende Diskriminierung den tatsächlich zusammenlebenden Ehegatten gegenüber hervor?

« Leidt artikel 394 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen, indien het zo dient te worden geïnterpreteerd dat het het de verweerder mogelijk maakt de personenbelasting in ieder geval te innen op het vermogen van feitelijk gescheiden en aan afzonderlijke inkohieringen onderworpen echtgenoten, ten aanzien van feitelijke echtgenoten niet tot een onevenredige discriminatie, die bijgevolg strijdig is met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet ?




datacenter (6): www.wordscope.be (v4.0.br)

'tatsächlich getrennten ehegatten' ->

Date index: 2024-02-11
w