Daraus ergibt sich, dass die Personen, die der in den Artikeln 11bis, 12bis und 15ter des königlichen Erlasses Nr. 5 vom 23. Oktober 1978 über die Führung der Sozialdokumente aufgeführten Taten bezichtigt werden, anders behandelt wurden als andere Angeschuldigte.
Daaruit volgt dat de personen die ervan beticht worden de feiten bedoeld in de artikelen 11bis, 12bis en 15ter van het koninklijk besluit nr. 5 van 23 oktober 1978 betreffende het bijhouden van sociale documenten te hebben gepleegd, anders werden behandeld dan andere beklaagden.