Die Innenminister und auch die nationalen Politiker sollten sich für einen Moment einmal vorstellen, sie oder ihre Familien müssten von ca. 200 Euro leben und diese Summe fast ganz für ein Visum, ein Schengen-Visum und ein Transitvisum, ausgeben. Sie müssten sich, um das zu bezahlen, auch noch anstellen — manchmal tagelang, manchmal wochenlang.
De ministers van Binnenlandse Zaken en ook de nationale politici zouden zich eens moeten inbeelden dat zij of hun gezinnen van circa 200 euro zouden moeten leven en dat bedrag bijna helemaal zouden moeten uitgeven voor een visum, een Schengenvisum of een doorreisvisum. Om dat te betalen, zouden ze ook nog in de rij moeten gaan staan, soms wel dagen- of wekenlang.
