Nach den Leitlinien von 1997 sollten die Förderhöchstsätze in den strukturschwächsten Gebieten (sogenannte Artikel 87 (3) (a)-Gebiete) in der Regel 50 % nach Steuern (bisher 75 %) nicht überschreiten.
In de richtsnoeren van 1997 is bepaald dat de steunintensiteitsplafonds in de meest achtergebleven gebieden (de zogenaamde regio's van artikel 87, lid 3, onder a)) na belasting hoogstens 50 % mogen bedragen (voorheen 75 %).