22. stellt fest, dass die Wettbewerbspolitik die Strukturpolitik ergänzen, die Entstehung von Kartellen verhindern und dafür sorgen sollte, dass die Verhältnisse es nicht ermöglichen, dass Kleinunternehmen verdrängt werden;
22. merkt op dat het mededingingsbeleid een aanvulling dient te vormen op het structuurbeleid, kartelvorming moet voorkomen en geen omstandigheden mag laten ontstaan waarin kleine bedrijven van de markt kunnen worden verdrongen;