Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com

Traduction de «strafgesetzbuches verurteilt wurde » (Allemand → Néerlandais) :

« - Artikel 56 Absatz 2 des Strafgesetzbuches in Verbindung mit Artikel 25 desselben Gesetzbuches, mit Artikel 2 des Gesetzes vom 4. Oktober 1867 über die mildernden Umstände und mit Artikel 25 § 2 Buchstabe b) des Gesetzes vom 17. Mai 2006 über die externe Rechtsstellung der zu einer Freiheitsstrafe verurteilten Personen und die dem Opfer im Rahmen der Strafvollstreckungsmodalitäten zuerkannten Rechte verstößt gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, jedoch nur insofern er dazu führt, dass eine Person, die bei Mordversuch wegen ...[+++]

« - Artikel 56, tweede lid, van het Strafwetboek, in samenhang gelezen met artikel 25 van hetzelfde Wetboek, met artikel 2 van de wet van 4 oktober 1867 op de verzachtende omstandigheden en met artikel 25, § 2, b), van de wet van 17 mei 2006 betreffende de externe rechtspositie van de veroordeelden tot een vrijheidsstraf en de aan het slachtoffer toegekende rechten in het raam van de strafuitvoeringsmodaliteiten, schendt de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, doch enkel in zoverre het tot gevolg heeft de persoon die voor een poging to ...[+++]


Art. 23 bis. Eine Person, die aufgrund der Artikel 372, 373 Absatz 2, 375, 376, 377 Absätze 1, 2 und 4 bis 6 des Strafgesetzbuches verurteilt wurde, kann durch das Verurteilungsurteil oder den Verurteilungsentscheid der Regierung während eines Zeitraums von höchstens zehn Jahren nach Ablauf ihrer Strafe überantwortet werden, wenn diese Strafe mehr als ein Jahr ohne Aufschub beträgt.

Art. 23 bis. De veroordeelde op grond van de artikelen 372, 373, tweede lid, 375, 376, 377, eerste en tweede lid, en vierde tot zesde lid, van het Strafwetboek kan, bij het vonnis of het arrest van veroordeling, ter beschikking van de regering worden gesteld gedurende een termijn van maximaal tien jaar na afloop van zijn straf indien die meer dan een jaar zonder uitstel bedraagt.


Der Gerichtshof muss prüfen, ob es mit den Artikeln 10 und 11 der Verfassung vereinbar ist, dass eine Person, die durch das Korrektionalgericht nach Korrektionalisierung wegen Mordversuchs verurteilt wurde und die sich im Zustand des gesetzlichen Rückfalls im Sinne von Artikel 56 Absatz 2 des Strafgesetzbuches befindet, erst nach Ableistung von zwei Dritteln ihrer Strafe für eine bedingte Freilassung in Frage kommt, während eine Person, die wegen Mordversuchs an den Assisenhof verwiesen wurde ...[+++]

Het Hof dient te onderzoeken of het bestaanbaar is met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet dat een persoon die door de correctionele rechtbank, na correctionalisering, is veroordeeld wegens poging tot moord en die zich bevindt in staat van wettelijke herhaling in de zin van artikel 56, tweede lid, van het Strafwetboek, eerst na twee derden van zijn straf te hebben ondergaan in aanmerking komt voor een voorwaardelijke invrijheidstelling, terwijl een persoon die wegens poging tot moord naar het hof van assisen is verwezen en die tot een criminele straf is veroordeeld, al na één derde van zijn straf te hebben ondergaan in aanmerking komt ...[+++]


Artikel 25 § 2 Buchstabe b) des Gesetzes vom 17. Mai 2006 « über die externe Rechtsstellung der zu einer Freiheitsstrafe verurteilten Personen und die dem Opfer im Rahmen der Strafvollstreckungsmodalitäten zuerkannten Rechte » in Verbindung mit den Artikeln 25, 56 Absatz 2 und 80 des Strafgesetzbuches und mit Artikel 2 des Gesetzes vom 4. Oktober 1867 über die mildernden Umstände verstößt gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, indem er zur Folge hat, dass eine Person, die sich in einem Zustand des gesetzlichen Rückfalls im Sinn ...[+++]

Artikel 25, § 2, b), van de wet van 17 mei 2006 « betreffende de externe rechtspositie van de veroordeelden tot een vrijheidsstraf en de aan het slachtoffer toegekende rechten in het raam van de strafuitvoeringsmodaliteiten », in samenhang gelezen met de artikelen 25, 56, tweede lid, en 80 van het Strafwetboek en met artikel 2 van de wet van 4 oktober 1867 op de verzachtende omstandigheden, schendt de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in zoverre het tot gevolg heeft dat een persoon die zich in staat van wettelijke herhaling bevindt in de zin van artikel 56, tweede lid, van het Strafwetboek en die door de correctionele ...[+++]


« Verstößt Artikel 25 § 2 Buchstabe b) des Gesetzes vom 17. Mai 2006 über die externe Rechtsstellung der [zu einer Freiheitsstrafe] verurteilten Personen [und die dem Opfer im Rahmen der Strafvollstreckungsmodalitäten zuerkannten Rechte] in Verbindung mit den Artikeln 25, 56 Absatz 2 und 80 des Strafgesetzbuches und mit Artikel 2 des Gesetzes vom 4. Oktober 1867 über die mildernden Umstände gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, indem er zur Folge hat, dass eine Person, die sich in einem Zustand des gesetzlichen Rückfalls im Si ...[+++]

« Schendt artikel 25, § 2, b), van de wet van 17 mei 2006 betreffende de externe rechtspositie van de veroordeelden [tot een vrijheidsstraf en de aan het slachtoffer toegekende rechten in het raam van de strafuitvoeringsmodaliteiten], in samenhang gelezen met de artikelen 25, 56, tweede lid, en 80 van het Strafwetboek en met artikel 2 van de wet van 4 oktober 1867 op de verzachtende omstandigheden, de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in zoverre het tot gevolg heeft dat een persoon die zich in staat van wettelijke herhaling bevindt in de zin van artikel 56, tweede lid, van het Strafwetboek en die door de correctionele ...[+++]


Der vorlegende Richter fragt, ob die in Rede stehende Bestimmung mit den Artikeln 10 und 11 der Verfassung vereinbar sei, insofern sie « zur Folge hat, dass eine Person, die sich in einem Zustand des gesetzlichen Rückfalls im Sinne von Artikel 56 Absatz 2 des Strafgesetzbuches befindet und durch das Korrektionalgericht wegen eines mit Zuchthausstrafe von fünfzehn bis zu zwanzig Jahren bedrohten Verbrechens, das korrektionalisiert worden ist, verurteilt wird, eine bedingte Freilassung erst dann beanspruchen kann, wenn sie zwei Drittel ...[+++]

De verwijzende rechter vraagt of de in het geding zijnde bepaling bestaanbaar is met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in zoverre zij « tot gevolg heeft dat een persoon die zich in staat van wettelijke herhaling bevindt in de zin van artikel 56, tweede lid, van het Strafwetboek en die door de correctionele rechtbank wordt veroordeeld wegens een met opsluiting van vijftien tot twintig jaar strafbare misdaad die is gecorrectionaliseerd, pas aanspraak kan maken op een voorwaardelijke invrijheidstelling nadat hij twee derden van zijn straf heeft ondergaan, terwijl een persoon die wegens dezelfde misdaad die in dezel ...[+++]


« Verstößt Artikel 25 § 2 Buchstabe b) des Gesetzes vom 17. Mai 2006 über die externe Rechtsstellung der zu einer Freiheitsstrafe verurteilten Personen und die dem Opfer im Rahmen der Strafvollstreckungsmodalitäten zuerkannten Rechte, in Verbindung mit den Artikeln 25, 56 Absätze 2 und 3 und 80 des Strafgesetzbuches und Artikel 2 des Gesetzes vom 4. Oktober 1867 über die mildernden Umstände, gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, insofern er zur Folge hat, dass eine Person, die durch ein Korrektionalgericht wegen eines im Zusta ...[+++]

« Schendt artikel 25, § 2, b), van de wet van 17 mei 2006 betreffende de externe rechtspositie van de veroordeelden tot een vrijheidsstraf en de aan het slachtoffer toegekende rechten in het raam van de strafuitvoeringsmodaliteiten, in samenhang gelezen met de artikelen 25, 56, tweede en derde lid, en 80 van het Strafwetboek en met artikel 2 van de wet van 4 oktober 1867 op de verzachtende omstandigheden, de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in zoverre het tot gevolg heeft dat een persoon die door een correctioneel rechtscollege is ...[+++]


Diese Frist wird jedoch auf mindestens sechs Jahre verlängert, wenn der Antragsteller wegen gesetzlicher Wiederholung gemäss den Artikeln 54 bis 57 des Strafgesetzbuches verurteilt wurde oder wenn er gemäss Artikel 23 Absatz 2 des Gesetzes vom 9. April 1930 in der durch das Gesetz vom 1. Juli 1964 über den Schutz der Gesellschaft vor Geistesgestörten und Gewohnheitsverbrechern abgeänderten Fassung der Regierung zur Verfügung gestellt wurde.

Die termijn wordt echter op ten minste zes jaar gebracht, indien de verzoeker wegens wettelijke herhaling veroordeeld is overeenkomstig de artikelen 54 tot 57 van het Strafwetboek of indien hij ter beschikking van de Regering is gesteld ingevolge artikel 23, tweede lid, van de wet van 9 april 1930, zoals deze is gewijzigd bij de wet van 1 juli 1964 tot bescherming van de maatschappij tegen abnormalen en gewoontemisdadigers.


Diese Frist wird jedoch auf mindestens zehn Jahre verlängert, wenn der Antragsteller wegen gesetzlicher Wiederholung gemäss den Artikeln 54 bis 57 des Strafgesetzbuches verurteilt wurde oder wenn er gemäss Artikel 23 Absatz 2 des Gesetzes vom 9. April 1930 in der durch das Gesetz vom 1. Juli 1964 über den Schutz der Gesellschaft vor Geistesgestörten und Gewohnheitsverbrechern abgeänderten Fassung der Regierung zur Verfügung gestellt wurde.

Die termijn wordt echter op ten minste tien jaar gebracht, indien de verzoeker wegens wettelijke herhaling veroordeeld is overeenkomstig de artikelen 54 tot 57 van het Strafwetboek of indien hij ter beschikking van de regering is gesteld ingevolge artikel 23, tweede lid, van de wet van 9 april 1930, als gewijzigd bij de wet van 1 juli 1964 tot bescherming van de maatschappij tegen abnormalen en gewoontemisdadigers.


- der nicht im Sinne der Titel VII und IX des Strafgesetzbuches verurteilt wurde;

- die niet is veroordeeld op grond van de titels VII en IX van het Strafwetboek;




datacenter (6): www.wordscope.be (v4.0.br)

'strafgesetzbuches verurteilt wurde' ->

Date index: 2025-01-18
w