I
n ihrem zweiten Klagegrund w
erfen die klagenden Parteien Artikel 136 desselben Dekrets vor, er verstosse gegen die Artikel 10, 11, 23 Absatz 3 Nr. 1 und 24 § 4 der Verfassung, vorkommendenfalls in Verbindung mit dem Grundsatz der Rechtssicherheit, indem er einerseits die Situation bestimmter Schulleiter des subventionierten Unterrichtswesens mit einem Dienstalter von mindestens 720 Tagen regle, aber andererseits keinerlei Massnahmen vorsehe, die es den am Tag des Inkrafttretens
des Dekrets im Amt befindlichen ...[+++] Schulleitern, die keine Mitglieder des subventionierten Personals seien und die das gleiche Dienstalter hätten, ermöglichen würden, ihre Stelle in dem von ihnen besetzten Amt als Schulleiter zu behalten, ohne dass der von ihnen geleiteten Schule jede Subvention versagt würde.Met hun tweede middel verwi
jten de verzoekende partijen artikel 136 van hetzelfde decreet dat het de artikelen 10, 11, 23, derde lid, 1°, en 24, § 4, van de Grondwet schendt, in voorkomend geval in samenhang gelezen met het beginsel van rechtszekerheid, doordat het, terwijl het de situatie regelt van sommige directeurs van het gesubsidieerde onderwijs met ten minste 720 dagen anciënniteit, niet in een maatreg
el voorziet dankzij welke de op de dag van de inwerkingtreding van het decreet in functie zijnde directeurs die geen gesubsidiee
...[+++]rde personeelsleden zijn en die dezelfde anciënniteit genieten, hun betrekking in de door hen beklede functie van directeur kunnen behouden zonder dat de school die zij leiden elke subsidie wordt ontzegd.