Traduction de «stehen kulturelle » (Allemand → Néerlandais) :

TERMINOLOGIE

religiöse und kulturelle Diät- und Allergievorschriften | religiöse und kulturelle Essens- und Allergieordnungen | religiöse und kulturelle Essens- und Allergiepläne | religiöse und kulturelle Essens- und Allergievorschriften
allergieën en voedselintoleranties | spijswetten | kennis van culturele en religieuze gewoontes op het gebied van voedsel | religieuze culturele diëten en voedselvoorschriften voor allergieën

Kulturpolitik [ kulturelle Entwicklung ]
cultuurbeleid

Agio geniessen | über dem Nennwert stehen | über Pari stehen
agio doen | boven pari staan

Disagio erleiden | unter dem Nennwert stehen | unter Pari stehen
beneden pari staan | onder pari staan

unter Polizeiaufsicht stehen | unter polizeilicher Aufsicht stehen
onder politietoezicht staan

Kulturverband [ kulturelle Institution | Kulturzentrum ]
culturele organisatie [ cultureel centrum | culturele instelling | cultuurcentrum ]

soziokulturelle Gruppe [ sozio-kulturelle Gruppe ]
socio-culturele groep

kulturelle Gepflogenheiten bezüglich der Tierschlachtung | kulturelle Traditionen bezüglich der Tierschlachtung
culturele gebruiken bij het slachten van dieren

kulturelle Gepflogenheiten bezüglich der gesonderten Zubereitung von Teilen von Tieren | kulturelle Traditionen bezüglich der gesonderten Zubereitung von Teilen von Tieren
culturele gebruiken bij het sorteren van dierlijke delen

Föderale Dienste für Wissenschaftliche, Technische und Kulturelle Angelegenheiten
Federale Diensten voor Wetenschappelijke, Technische en Culturele Aangelegenheden

TRADUCTIONS EN CONTEXTE

A. in der Erwägung, dass zahlreiche archäologische, religiöse und kulturelle Stätten in Syrien und im Irak unlängst durch Angriffe extremistischer Gruppen, die insbesondere mit dem Islamischen Staat im Irak und in Syrien (ISIS/Da’isch) in Verbindung stehen, zerstört wurden und dass diese systematischen Angriffe auf das kulturelle Erbe von der Generalsekretärin der UNESCO Irina Bokova als „kulturelle Säuberung“ bezeichnet wurden;
A. overwegende dat diverse archeologische, religieuze en culturele plaatsen in Syrië en Irak onlangs het doelwit zijn geworden van doelgerichte vernielingen door extremistische groeperingen die voornamelijk gelieerd zijn aan de Islamitische Staat in Irak en Syrië (ISIS/Da'esh) en dat deze stelselmatige aanvallen op cultureel erfgoed door Irina Bokova, directeur-generaal van de Unesco, zijn bestempeld als "culturele zuivering";

A. in der Erwägung, dass zahlreiche archäologische, religiöse und kulturelle Stätten in Syrien und im Irak unlängst durch Angriffe extremistischer Gruppen, die insbesondere mit dem Islamischen Staat im Irak und in Syrien (ISIS/Da’isch) in Verbindung stehen, zerstört wurden und dass diese systematischen Angriffe auf das kulturelle Erbe von der Generalsekretärin der UNESCO Irina Bokova als „kulturelle Säuberung“ bezeichnet wurden;
A. overwegende dat diverse archeologische, religieuze en culturele plaatsen in Syrië en Irak onlangs het doelwit zijn geworden van doelgerichte vernielingen door extremistische groeperingen die voornamelijk gelieerd zijn aan de Islamitische Staat in Irak en Syrië (ISIS/Da'esh), en dat deze stelselmatige aanvallen op cultureel erfgoed door Irina Bokova, directeur-generaal van Unesco zijn bestempeld als "culturele zuivering";

A. in der Erwägung, dass zahlreiche archäologische, religiöse und kulturelle Stätten in Syrien, im Irak und in Tunesien unlängst durch Angriffe extremistischer Gruppen, die insbesondere mit dem Islamischen Staat im Irak und in Syrien (ISIS/Da’isch) in Verbindung stehen, zerstört wurden, und in der Erwägung, dass diese systematischen Angriffe auf das kulturelle Erbe von der Generaldirektorin der UNESCO, Irina Bokova, als „kulturelle Säuberung“ bezeichnet wurden;
A. overwegende dat diverse archeologische vindplaatsen en religieuze en culturele monumenten in Syrië, Irak en Tunesië onlangs het doelwit zijn geworden van doelgerichte vernielingen door extremistische groeperingen die met name gelieerd zijn aan de Islamitische Staat in Irak en Syrië (ISIS/Da'esh), en dat deze stelselmatige aanvallen op cultureel erfgoed door Irina Bokova, directeur-generaal van Unesco zijn bestempeld als "culturele zuivering";

In Artikel 67 des neuen Gesetzbuches ist präzisiert, dass sie Aufgaben des öffentlichen Dienstes erfüllen, insbesondere: « 1. Personen, die die Zugangsbedingungen zum sozialen Wohnungswesen erfüllen, eine Wohnung bieten, die als Hauptwohnort bestimmt ist unter den in diesem Gesetzbuch und durch die Regierung festgelegten Bedingungen; 2. unbewegliche Güter kaufen, umbauen, sanieren, renovieren oder unterhalten, um sie an Personen zu vermieten, die die Zugangsbedingungen zum sozialen Wohnungswesen erfüllen, insbesondere indem sie darauf achten, dass die gemeinsamen Flächen und der Bering der Sozialwohnungen so gegliedert und gestaltet werden, dass sie das Wohlbefinden der Mieter verbessern, unter anderem durch architektonische Innovationen kultureller Art; 3. die Berücksichtigung der sozialen Schwierigkeiten der Mieter begünstigen, insbesondere im Rahmen von Partnerschaften, und eine Mietverwaltung unter Berücksichtigung der Bedürfnisse der Mieter gewährleisten; 4. die Aufgaben, die ihnen im Rahmen des Geschäftsführungsvertrags im Sinne von Abschnitt 5 von Kapitel I oder, falls ein solcher nicht besteht, der durch die Wohnungsbaugesellschaft der Brüsseler Region ausgearbeiteten Ordnung anvertraut werden; 5. jährlich einen Bericht über ihre Arbeitsweise und ihre Tätigkeiten erstellen, der bei der Wohnungsbaugesellschaft der Brüsseler Region hinterlegt wird; 6. mit dem vorherigen Einverständnis der Wohnungsbaugesellschaft der Brüsseler Region alle Tätigkeiten ausführen, die im Zusammenhang mit den in diesem Gesetzbuch aufgezählten Aufgaben stehen; 7. ihr Recht der öffentlichen Geschäftsführung gemäß den Artikeln 15 bis 19 ausüben; 8. mit dem Einverständnis der Wohnungsbaugesellschaft der Brüsseler Region Vereinbarungen zur prekären Bewohnung von Wohnungen schließen, deren Renovierung programmiert ist und deren Bewohner dann sozial begleitet werden durch eine nicht zur Immobiliengesellschaften öffentlichen Dienstes gehörende Kraft; 9. mit dem Einverständnis der W ...
Artikel 67 van de nieuwe Code preciseert dat zij opdrachten van openbaredienstverlening uitvoeren, inzonderheid : « 1° personen die beantwoorden aan de toegangsvoorwaarden tot de sociale huisvesting een woning verschaffen, bestemd als hoofdverblijfplaats, binnen de voorwaarden bepaald door deze Code en door de Regering; 2° onroerende goederen aankopen, verbouwen, saneren, renoveren of onderhouden om ze te verhuren aan personen die beantwoorden aan de toegangsvoorwaarden tot de sociale huisvesting, waarbij ze er inzonderheid op toe dienen te zien dat de gemeenschappelijke ruimten en de onmiddellijke omgeving van de sociale woningen worden ingericht en aangelegd met een beter welzijn van de huurders voor ogen, meer bepaald via architecturale vernieuwingen van culturele aard; 3° bevorderen dat rekening wordt gehouden met de sociale moeilijkheden waarmee de huurders kampen, inzonderheid via partnerschap, en een huurbeheer voeren dat rekening houdt met de behoeften van de huurders; 4° de opdrachten uitvoeren die haar werden toevertrouwd binnen de beheersovereenkomst bedoeld in afdeling 5 van het eerste hoofdstuk of, bij gebrek hieraan, door het reglement dat door de BGHM is opgesteld; 5° jaarlijks een werkings- en activiteitenverslag opstellen dat bij de BGHM wordt ingediend; 6° met voorafgaande instemming van de BGHM, alle operaties uitvoeren die verband houden met deze welke in deze Code worden opgesomd; 7° hun openbaar beheersrecht uitoefenen, overeenkomstig de artikelen 15 tot 19; 8° het afsluiten, middels het akkoord van de BGHM, van overeenkomsten voor precaire bewoning van woningen waarvoor een renovatie werd geprogrammeerd en waarvan de bewoners desgevallend het voorwerp uitmaken van een maatschappelijke begeleiding die wordt gewaarborgd door een actor die geen deel uitmaakt van de OVM; 9° het, middels het akkoord van de BGHM, te huur stellen van bescheiden en middelgrote woningen (in de zin van artikel 2, § 2 van deze Code) in het kader van bouw- en reno ...

A. eingedenk dessen, dass zahlreiche archäologische, religiöse und kulturelle Stätten in Syrien, im Irak und in Tunesien unlängst durch Angriffe extremistischer Gruppen, die insbesondere mit dem Islamischen Staat im Irak und in Syrien (ISIS/Da’isch) in Verbindung stehen, zerstört wurden und dass diese systematischen Angriffe auf das Kulturerbe von Irina Bokowa, Generalsekretärin der UNESCO, als „kulturelle Säuberung“ bezeichnet wurden;
A. overwegende dat diverse archeologische, religieuze en culturele plaatsen in Syrië, Irak en Tunesië onlangs het doelwit zijn geworden van gerichte vernielingsacties door extremistische groeperingen die voornamelijk gelieerd zijn aan de Islamitische Staat in Irak en Syrië (ISIS/Da'esh), en dat deze stelselmatige aanvallen op het cultureel erfgoed door Irina Bokova, directeur-generaal van Unesco, zijn bestempeld als "culturele zuivering";

Wie in B.4.2 in Erinnerung gerufen wurde, verbietet es Artikel 13 Absatz 2 Buchstabe c) des Internationalen Paktes über wirtschaftliche, soziale und kulturelle Rechte dem Königreich Belgien, nach dem 21. Juli 1983 Massnahmen zu ergreifen, die im Widerspruch zum Ziel der schrittweisen Einführung der Unentgeltlichkeit des Zugangs zum Hochschulunterricht stehen würden.
Zoals eraan wordt herinnerd in B.4.2, verbiedt artikel 13, lid 2, c), van het Internationaal Verdrag inzake economische, sociale en culturele rechten het Koninkrijk België om, na 21 juli 1983, maatregelen te nemen die ingaan tegen het doel van de geleidelijke invoering van de kosteloosheid van de toegang tot het hoger onderwijs.

Die klagenden Parteien erachten es als diskriminierend und in bestimmten Teilen des Klagegrunds auch als im Widerspruch zur Vereinigungsfreiheit und zur freien Wahl der Berufstätigkeit stehend -, dass die Gesetze nur auf die Arbeitgeber und nicht die Arbeitnehmer Anwendung fänden (erster Teil), sowie nur auf die Personen, die eine Gesellschaft oder einen Zusammenschluss selbständiger Berufe bildeten, und nicht auf die Personen, die einer solchen Gesellschaft oder einem solchen Zusammenschluss beitreten möchten (zweiter Teil), nur auf die Anbieter von Gütern und Dienstleistungen, die der Öffentlichkeit zur Verfügung stehen, und nicht auf die Abnehmer solcher Güter und Dienstleistungen (dritter Teil), nur auf die Erbringer der Gesundheitspflege, und nicht auf deren Nutzniesser (vierter Teil), und nur auf die Personen, die Tätigkeiten wirtschaftlicher, sozialer, kultureller oder politischer Art organisierten, und nicht auf die an diesen Tätigkeiten teilnehmenden Personen (fünfter Teil).
De verzoekende partijen achten het discriminerend - en in bepaalde onderdelen van het middel ook strijdig met de vrijheid van vereniging en de vrije keuze van beroepsarbeid - dat enkel de werkgevers en niet de werknemers onder het toepassingsgebied van de wetten vallen (eerste onderdeel), alsook enkel de personen die een vennootschap of maatschap van zelfstandige beroepen vormen en niet de personen die tot een dergelijke vennootschap of maatschap wensen toe te treden (tweede onderdeel), enkel de aanbieders van goederen en diensten die publiekelijk beschikbaar zijn en niet de afnemers van dergelijke goederen en diensten (derde onderdeel), enkel de verstrekkers van gezondheidszorg en niet de genieters ervan (vierde onderdeel) en enkel de personen die activiteiten van economische, sociale, culturele of politieke aard organiseren en niet de deelnemers aan die activiteiten (vijfde onderdeel).

Diese Bestimmungen könnten nicht im Widerspruch stehen zum Internationalen Pakt über wirtschaftliche, soziale und kulturelle Rechte.
Die bepalingen zouden niet strijdig kunnen zijn met het Internationaal Verdrag inzake economische, sociale en culturele rechten.

Im übrigen beweisen die Parteien nicht und erkennt der Hof nicht, inwiefern die angefochtenen Bestimmungen des Dekrets im Widerspruch zu der Stillhalteverpflichtung stehen, die sich aus der Verbindung von Artikel 24 § 3 der Verfassung mit Artikel 13 Absatz 2 des Internationalen Paktes über wirtschaftliche, soziale und kulturelle Rechte ergibt.
De partijen geven overigens niet aan en het Hof ziet niet in in welk opzicht de bestreden bepalingen van het decreet afbreuk doen aan de standstill-verplichting die voortvloeit uit de combinatie van artikel 24, § 3, van de Grondwet met artikel 13.2 van het Internationaal Verdrag inzake economische, sociale en culturele rechten.