Vertaling van "stehen fordert weiterhin " (Duits → Nederlands) :

26. begrüßt die Entscheidung des Stiftungsrates, die Ländereien des historischen Klosters Mor Gabriel an die syrisch-orthodoxe Gemeinschaft in der Türkei zurückzugeben, wozu sich die Regierung in ihrem Demokratisierungspaket verpflichtet hatte; betont, dass auch weiterhin ein angemessener Rechtsrahmen für die Wiedererlangung der Eigentumsrechte aller Religionsgemeinschaften bereitgestellt werden muss; betont, dass der Reformprozess im Bereich der Gedanken-, Gewissens- und Religionsfreiheit fortgesetzt werden muss, indem es Religionsgemeinschaften ermöglicht wird, Rechtspersönlichkeit zu erlangen, sämtliche Beschränkungen bei der Ausbildung, Ernennung und Nachfolge von Geistlichen aufgehoben, die einschlägigen Urteile des EGMR und die Empfehlungen der Venedig-Kommission befolgt und alle Formen der Diskriminierung und Benachteiligung aufgrund der Religion beseitigt werden; fordert die türkische Regierung auf, die Forderung der alevitischen Gemeinschaft zu prüfen, die Cemevis als eigenständige Gebetshäuser anzuerkennen; betont, wie wichtig es ist, sämtliche Hindernisse zu beseitigen, die einer zügigen Wiedereröffnung des Seminars von Chalki und einer öffentlichen Verwendung des Kirchentitels des Ökumenischen Patriarchen im Wege stehen; fordert den Kassationshof auf, seine Entscheidung zur Umwandlung der historischen Kirche Hagia Sophia in Trabzon in eine Moschee rückgängig zu machen, und fordert dessen sofortige Wiedereröffnung als Museum;
26. prijst het besluit van de vereniging van stichtingen om de grond van het historische Mor Gabriël-klooster terug te geven aan de Syrische gemeenschap in Turkije, overeenkomstig de belofte van de regering in het democratiseringspakket; benadrukt dat een passend rechtskader moet blijven bestaan voor het herstel van de eigendomsrechten van alle religieuze gemeenschappen; benadrukt dat het van belang is het hervormingsproces op het gebied van de vrijheid van gedachte, geweten en godsdienst voort te zetten door religieuze gemeenschappen in staat te stellen rechtspersoonlijkheid te verwerven, door alle restricties ten aanzien van de opleiding, benoeming en opvolging van geestelijken weg te nemen, door te voldoen aan de desbetreffende arresten van het EHRM en de aanbevelingen van de commissie van Venetië, en door alle vormen van op godsdienst gebaseerde discriminatie of belemmeringen uit te bannen; vraagt de regering van Turkije zich te buigen over het verzoek van de alevitische gemeenschap om erkenning van de cemevis als volwaardige gebedshuizen onderstreept dat alle obstakels voor een spoedige heropening van het Halki-seminarie en het publiek gebruik van de kerkelijke titel van oecumenisch patriarch moeten worden weggenomen; roept het Turks hooggerechtshof op terug te komen op zijn beslissing waarbij de historische Hagia Sophiakerk in Trabzon als een moskee wordt ingericht en aan te dringen op de onmiddellijke heropening als een museum;

7. stellt erneut fest, dass mit dem internationalen Übereinkommen dafür gesorgt werden sollte, dass in den Industriestaaten eine kollektive Verringerung der Treibhausgasemissionen zu erreichen ist, die am oberen Ende der im Vierten Sachstandsbericht (AR4) des Zwischenstaatlichen Ausschusses für Klimaänderungen (IPCC) empfohlenen Spannweite von 25 bis 40 % bis 2020 gegenüber dem Stand von 1990 liegt, und macht darauf aufmerksam, dass nach aktuellen wissenschaftlichen Daten eine Verringerung der Emissionen um mindestens 40 %, erforderlich ist; fordert, diese Verringerungen im Inland zu erzielen; weist darauf hin, dass der Europäischen Union und den anderen Industriestaaten langfristig ein Reduktionsziel von mindestens 80 % bis 2050 gegenüber dem Stand von 1990 vorgegeben werden sollte; macht darauf aufmerksam, dass die weltweiten Treibhausgasemissionen spätestens 2015 zu sinken beginnen sollten; betont, dass die in dem internationalen Übereinkommen vereinbarten Reduktionsziele mit dem 2 °C-Ziel und mit den neuesten wissenschaftlichen Erkenntnissen in Einklang stehen müssen; fordert deshalb dazu auf, in dem Übereinkommen regelmäßige Überprüfungen im Abstand von fünf Jahren festzuschreiben, damit die Reduktionsziele im Hinblick auf die Erreichung des 2 °C-Ziels hinreichend ambitioniert formuliert werden und auch weiterhin mit den neuesten wissenschaftlichen Erkenntnissen in Einklang stehen; fordert dazu auf, ein weltweites System zur Erfassung von CO2-Emissionen einzurichten;
7. herinnert eraan dat de internationale overeenkomst dient te waarborgen dat er in de ontwikkelde landen collectieve beperkingen van de emissies van broeikasgassen worden bereikt die in 2020 vergeleken bij 1990 bij de hogere waarden van het traject van 25-40% liggen, zoals is aanbevolen in het vierde verslag van het Internationale panel inzake klimaatverandering (IPCC 4AR), en dat recent wetenschappelijk onderzoek erop lijkt te wijzen dat er behoefte is aan een emissiebeperking van ten minste 40%; dringt erop aan dat deze beperking in het binnenland wordt behaald; herinnert eraan dat er voor de EU en de overige ontwikkelde landen een langetermijndoelstelling van tenminste 80% in 2050 ten opzichte van 1990 moet worden vastgesteld; herinnert eraan dat de uitstoot van broeikasgassen in de wereld uiterlijk in 2015 moet gaan dalen; benadrukt de noodzaak dat de reductiedoelen waarover in de internationale overeenkomst overeenstemming is bereikt aansluiten bij de 2°C-doelstelling en stroken met de meest recente wetenschappelijke inzichten; dringt daarom aan op een regelmatige herziening van de overeenkomst om ervoor te zorgen dat de reductiedoelstellingen ambitieus genoeg zijn om de 2°C-doelstelling te halen en dat deze doelstellingen aansluiten bij de meest recente wetenschappelijk inzichten; dringt aan op invoering van een wereldwijd koolstofregistratiemechanisme;

6. stellt erneut fest, dass mit dem internationalen Übereinkommen dafür gesorgt werden sollte, dass in den Industriestaaten eine kollektive Verringerung der Treibhausgasemissionen zu erreichen ist, die am oberen Ende der im Vierten Sachstandsbericht (AR4) des Zwischenstaatlichen Ausschusses für Klimaänderungen (IPCC) empfohlenen Spannweite von 25 bis 40 % bis 2020 gegenüber dem Stand von 1990 liegt, und macht darauf aufmerksam, dass nach aktuellen wissenschaftlichen Daten eine Verringerung der Emissionen um mindestens 40 %, und zwar im Inland, erforderlich ist; weist darauf hin, dass der EU und den anderen Industriestaaten langfristig ein Reduktionsziel von mindestens 80 % bis 2050 gegenüber dem Stand von 1990 vorgegeben werden sollte; macht darauf aufmerksam, dass die weltweiten Treibhausgasemissionen spätestens 2015 zu sinken beginnen sollten; betont, dass die in dem internationalen Übereinkommen vereinbarten Reduktionsziele mit dem 2‑°C-Ziel und mit den neuesten wissenschaftlichen Erkenntnissen in Einklang stehen müssen; fordert deshalb dazu auf, in dem Übereinkommen regelmäßige Überprüfungen im Abstand von fünf Jahren festzuschreiben, damit die Reduktionsziele im Hinblick auf die Erreichung des 2‑°C-Ziels hinreichend ambitioniert formuliert werden und auch weiterhin mit den neuesten wissenschaftlichen Erkenntnissen in Einklang stehen; fordert dazu auf, ein weltweites System zur Erfassung von CO2-Emissionen einzurichten;
6. herinnert eraan dat de internationale overeenkomst dient te waarborgen dat er in de ontwikkelde landen collectieve beperkingen van de emissies van broeikasgassen worden bereikt die in 2020 vergeleken bij 1990 bij de hogere waarden van het traject van 25-40% liggen, zoals is aanbevolen in het vierde verslag van het Internationale panel inzake klimaatverandering (IPCC 4AR), en dat recent wetenschappelijk onderzoek erop lijkt te wijzen dat er behoefte is aan een emissiebeperking van ten minste 40 %; dringt erop aan dat deze beperking in het binnenland wordt behaald; herinnert eraan dat er voor de EU en de overige ontwikkelde landen een langetermijndoelstelling van tenminste 80% in 2050 ten opzichte van 1990 moet worden vastgesteld; herinnert eraan dat de uitstoot van broeikasgassen in de wereld uiterlijk in 2015 moet gaan dalen; benadrukt de noodzaak dat de reductiedoelen waarover in de internationale overeenkomst overeenstemming is bereikt aansluiten bij de 2°C-doelstelling en stroken met de meest recente wetenschappelijke inzichten; dringt daarom aan op een regelmatige herziening van de overeenkomst om ervoor te zorgen dat de reductiedoelstellingen ambitieus genoeg zijn om de 2°C- doelstelling te halen en dat deze doelstellingen aansluiten bij de meest recente wetenschappelijk inzichten; dringt aan op invoering van een wereldwijd koolstofregistratiemechanisme;

64. fordert die Kommission auf, nur noch ISPA-Projekte zu genehmigen, die in Übereinstimmung mit den Nationalen Entwicklungsplänen, mit realen Entwicklungspotenzialen sowie den EU-Querschnittspolitiken, insbesondere der Richtlinien 97/11/EG, 2001/42/EG, 2000/60/EG, 92/43/EWG stehen; fordert weiterhin, dass im Bereich Verkehr der Korridor-Ansatz durch den Gebietsansatz ersetzt wird, um Kohäsionseffekte zu erreichen, die den Zugang zur Infrastruktur einzuschließen; fordert schließlich, dass Investitionen im Verkehrsmanagement vorrangig gefördert werden, da es kosteneffizienter ist;
64. roept de Commissie op alleen nog ISPA-projecten goed te keuren die in overeenstemming zijn met de nationale ontwikkelingsplannen, het reële ontwikkelingspotentieel, alsook met de horizontale EU-wetgeving, in het bijzonder Richtlijnen 97/11/EG, 2001/42/EG, 2000/60/EG en 92/43/EEG; verzoekt de Commissie verder met klem op vervoersvlak de corridorbenadering door de gebiedsbenadering te vervangen om cohesie-effecten tot stand te brengen, met inbegrip van toegang tot infrastructuur; wenst tot slot dat investeringen in verkeersmanagement tot prioriteit worden gemaakt, aangezien dat kostenefficiënter is;

Die spanische Delegation forderte nachdrücklich, dass diese Ressourcen im Kampf gegen Hunger und Armut weiterhin zur Verfügung stehen.
De Spaanse delegatie beklemtoonde dat deze hulpbronnen beschikbaar moeten worden gehouden met het oog op het bestrijden van honger en armoede.

Die Europäische Union begrüßt die Entschlossenheit der politischen und militärischen Führer des Landes, auch weiterhin loyal zu den rechtmäßigen Institutionen des Staates zu stehen, und fordert sie nachdrücklich auf, alles daran zu setzen, damit die verfassungsmäßige Ordnung respektiert wird und die Wahlen zum vorgesehenen Termin stattfinden können.
De Europese Unie heeft lof voor de vaste wil van de politieke en militaire leiders van Guinee-Bissau om loyaal te blijven aan de legitieme staatsinstellingen en spoort hen met klem aan alles te doen om ervoor te zorgen dat de constitutionele orde bewaard blijft en de verkiezingen op de geplande datum doorgang kunnen vinden.

In diesem Unterfangen stehen wir auch weiterhin an der Seite der Vereinigten Staaten und aller anderen Länder und werden uns bemühen, eine gerechte internationale Ordnung aufzubauen, die Frieden und Wohlstand für alle fördert.
Wij zullen de Verenigde Staten en alle andere landen bij deze onderneming terzijde blijven staan, en wij zullen ons ervoor beijveren een rechtvaardige internationale orde op te bouwen, die voor allen vrede en voorspoed zal brengen.

Die EU wird sich weiterhin mit der Arabischen Liga in diesen Angelegenheiten abstimmen und fordert die internationale Gemeinschaft auf, sich der EU und der Arabischen Liga in ihren Anstrengungen anzuschließen, um gegen jene vorzugehen, die für die gewaltsame Unterdrückung verantwortlich sind oder damit in Verbindung stehen bzw. die das Regime unterstützen oder von ihm profitieren.
De EU zal hierover nauw overleg blijven voeren met de Arabische Liga en roept de internationale gemeenschap op samen met de Arabische Liga degenen te vervolgen die verantwoordelijk zijn voor of betrokken waren bij de geweld­dadige onderdrukking, alsmede degenen die het bewind steunen of er profijt van hebben.

Sollten allerdings bestimmte Maßnahmen außerhalb des Anwendungsbereichs der genannten Verordnungen stehen und die deutschen Behörden weiterhin die Absicht haben, diese Maßnahmen in Form von staatlichen Beihilfen anzuwenden, so fordert die Kommission die deutschen Behörden auf, ihr die betreffenden Maßnahmen gemäß Artikel 93 Absatz 3 EWGV mitzuteilen.
Indien daarbij blijkt dat bepaalde voorschriften niet helemaal in de bedoelde verordeningen passen, en de Duitse autoriteiten deze toch nog willen invoeren in de vorm van steunmaatregelen van de Staat, moeten zij aan de Commissie worden gemeld op grond van artikel 93, lid 3, van het EEG-Verdrag.