Traduction de «statuts rechtsprechenden gewalt verfassungsrechtlich verankert » (Allemand → Néerlandais) :

In den Artikeln 151, 152, 154 und 155 der Verfassung sind die wesentlichen Merkmale des Statuts der rechtsprechenden Gewalt verfassungsrechtlich verankert.
De artikelen 151, 152, 154 en 155 van de Grondwet verankeren de wezenskenmerken van het statuut van de rechterlijke macht in de Grondwet.

Durch diese Bestimmung sowie durch die Artikel 151, 152 und 155 werden in der Verfassung die wesentlichen Merkmale des Statuts der rechtsprechenden Gewalt festgelegt; diese verfassungsmäßige Verankerung bezweckt vor allem, die Unabhängigkeit der rechtsprechenden Gewalt zu gewährleisten, da diese Unabhängigkeit in einem System der Gewaltenteilung wesentlich ist.
Die bepaling, alsook de artikelen 151, 152 en 155 verankeren de wezenskenmerken van het statuut van de rechterlijke macht in de Grondwet; die grondwettelijke verankering beoogt vooral de onafhankelijkheid van de rechterlijke macht te waarborgen, aangezien die onafhankelijkheid essentieel is in een stelsel van scheiding der machten.

Im Ubrigen hat der Verfassungsgeber selbst einen Unterschied zwischen den « Gerichtshöfen und Gerichten » - deren verfassungsrechtliches Statut in den Bestimmungen von Kapitel IV (« Die rechtsprechende Gewalt ») von Titel III (« Die Gewalten ») der Verfassung geregelt wird - und den anderen Rechtsprechungsorganen wie dem Staatsrat, dessen verfassungsrechtliche Grundlage Artikel 160 der Verfassung ist, geschaffen.
Voor het overige heeft de Grondwetgever zelf een onderscheid in het leven geroepen tussen de « hoven en rechtbanken » - waarvan het grondwettelijke statuut wordt geregeld in de bepalingen van hoofdstuk VI (« De rechterlijke macht ») van titel III (« De machten ») van de Grondwet - en de andere rechtscolleges zoals de Raad van State, waarvan de grondwettelijke basis artikel 160 van de Grondwet is.

Ihr verfassungsrechtliches Statut wird in den Bestimmungen von Kapitel VI (« Die rechtsprechende Gewalt ») von Titel III (« Die Gewalten ») der Verfassung geregelt.
Het grondwettelijk statuut ervan is geregeld in de bepalingen van hoofdstuk VI (« De Rechterlijke Macht ») van titel III (« De Machten ») van de Grondwet.