6. begrüßt die Qualität der Aussprache zwischen dem für den Haushalt verantwortlichen Vizepräsidenten, dem Generalsekretär und den Vertretern des Haushaltskontrollausschusses vom 22. Januar 2013, die im Rahmen der Entlastung des Parlament
s für das Jahr 2011 stattfand; weist wiederholt darauf hin, dass die Verwaltung des Parlaments innerhalb dieses gesamten Prozesses rechenschaftspflichtig ist und dass die Entlastungsberichte über die Haushaltsdurchführung des Parlaments und die Tätigkeiten seines Haushaltskontrollausschusses in den vergangenen zehn Jahren eine wichtige Roll
...[+++]e gespielt und sehr positive Entwicklungen in der Finanzverwaltung angestoßen haben, wie zum Beispiel das Abgeordnetenstatut und das Assistentenstatut; ist der festen Überzeugung, diese positive Entwicklung hin zu Fachkompetenz und Transparenz bei der öffentlichen Finanzverwaltung fortzusetzen; 6. merkt tot zijn tevredenheid op dat de gedachtewisseling tussen de ondervoorzitter verantwoordelijk voor begrotingsaangelegenheden, de secretaris-generaal en de Commissie begrotingscontrole op 22 januari 2013 in de context van de kwijting van het Parlement voor 2011 bijzonder
nuttig is geweest; wijst er nogmaals op dat dit proces het mogelijk maakt om de administratie van het Parlement verantwoordelijk te stellen en dat de kwijtingsverslagen inzake de uitvoering van de begroting van het Parlement en de werkzaamheden van de Commissie begrotingscontrole over de laatste tien jaar een belangrijke rol hebben gespeeld en zeer positieve ontw
...[+++]ikkelingen in het financieel beheer van het Parlement op gang hebben gebracht, zoals het statuut van de leden en dat van de medewerkers; is vastbesloten deze bemoedigende ontwikkeling naar excellentie en transparantie bij het financieel beheer van overheidsgeld voort te zetten;