C. in der Erwägung, dass die Sprachenvielfalt gemäß den Artikeln 21 und 22 der Charta der Grundrechte der Europäischen Union als Grundrecht anerkannt ist, woraus sich ergibt, dass der Versuch, einer einzigen Sprache absoluten Vorrang einzuräumen, eine Einschränkung und Verletzung der Grundwerte der Europäischen Union darstellt;
C. overwegende dat taalkundige verscheidenheid in de artikelen 21 en 22 van het Handvest van de grondrechten wordt erkend als een burgerrecht , hetgeen betekent dat pogingen om één taal als de enig gangbare op te leggen een beperking en een schending van de fundamentele waarden van de Unie impliceren;