(1) Die Kommission legt nach dem Verfahren des Artikels 36 und im Benehmen mit den betroffenen Mitgliedstaaten fest, für welche Fischereien, an der zwei oder mehr Mitgliedstaaten beteiligt sind, ein spezifisches Kontrollprogramm mit einer Laufzeit von höchstens zwei Jahren durchgeführt wird, und welche Bedingungen für die Durchführung solcher Programme gelten.
1. De Commissie bepaalt overeenkomstig de procedure van artikel 36 en in overleg met de betrokken lidstaten voor welke visserijtakken waarbij twee of meer lidstaten zijn betrokken, specifieke controleprogramma's met een looptijd van ten hoogste twee jaar worden uitgevoerd en aan welke voorwaarden deze programma's moeten voldoen.