Vertaling van "sozialen marktwirtschaft muss " (Duits → Nederlands) :

In einer sozialen Marktwirtschaft muss ein stärker vereinheitlichter europäischer Dienstleistungsmarkt garantieren, dass die Unternehmen ihre Dienstleistungen insbesondere durch Arbeitnehmerentsendung EU-weit leichter anbieten können, ohne dass dies mit einer Nivellierung nach unten verbunden ist. Gleichzeitig muss die Schaffung von mehr Arbeitsplätzen besserer Qualität und ein hoher Schutz der Arbeitnehmer und ihrer sozialen Rechte gewährleistet werden.
In een sociale markteconomie houdt een sterker geïntegreerde Europese dienstenmarkt in dat ondernemingen hun diensten makkelijker overal in de Europese Unie moeten kunnen aanbieden, zonder dat er daarom van een neerwaartse nivellering sprake is. Dat betekent dat ondernemingen hun werknemers moeten kunnen detacheren, maar dat er tegelijkertijd voor moet worden gezorgd dat meer arbeidsplaatsen van betere kwaliteit worden aangeboden en dat een hoog niveau van bescherming van de werknemers en van hun sociale rechten wordt gegarandeerd.

Damit die EU stärker als zuvor aus der Krise hervorgehen kann, muss sie die Möglichkeiten der europäischen sozialen Marktwirtschaft ganz ausschöpfen, indem sie ihre auf lange Sicht angelegte Reformstrategie weiterverfolgt, um zu einer wettbewerbsfähigeren, innovativen Wirtschaft mit geringem CO2-Ausstoß und mit offenen Arbeitsmärkten zu gelangen, die eine integrativere Gesellschaft mit besseren Arbeitsplätzen bietet.
De EU moet de mogelijkheden van de Europese socialemarkteconomie ten volle benutten om sterker uit de crisis te verrijzen, door vast te houden aan haar hervormingsstrategie voor de lange termijn en de Unie te veranderen in een koolstofarme, meer concurrerende, innovatieve economie met open arbeidsmarkten, zodat er een samenleving met meer integratie en betere banen ontstaat.

11. ist der Auffassung, dass die soziale Dimension der WWU berücksichtigt werden muss, und weist darauf hin, dass nach Artikel 9 AEUV die Union „bei der Festlegung und Durchführung ihrer Politik und ihrer Maßnahmen den Erfordernissen im Zusammenhang mit der Förderung eines hohen Beschäftigungsniveaus, mit der Gewährleistung eines angemessenen sozialen Schutzes und mit der Bekämpfung der sozialen Ausgrenzung (...)“ Rechnung trägt; weist ferner darauf hin, dass nach Artikel 3 EUV die Union auf einer in hohem Maße wettbewerbsfähigen sozialen Marktwirtschaft beruht, die auf Vollbeschäftigung und sozialen Fortschritt abzielt; ist der Auffassung, dass gemäß dem im Vertrag verankerten Grundsatz der Menschenwürde Humanressourcen nicht vergeudet werden sollten, sondern als ein entscheidendes Element der Wettbewerbsfähigkeit betrachtet werden sollten; fordert eine Gleichstellung von sozialen Rechten und Binnenmarktfreiheiten innerhalb der Normenhierarchie;
11. is van mening dat de sociale dimensie van de EMU in aanmerking moet worden genomen en herinnert eraan dat in artikel 9 van het VWEU wordt bepaald dat "de Unie bij de bepaling en de uitvoering van haar beleid en optreden rekening houdt met de eisen in verband met de bevordering van een hoog niveau van werkgelegenheid, de waarborging van een adequate sociale bescherming, de bestrijding van sociale uitsluiting ..". herinnert er tevens aan dat in artikel 3 van het VEU wordt bepaald dat de Unie zich inzet voor "een sociale markteconomie met een groot concurrentievermogen die gericht is op volledige werkgelegenheid en sociale vooruitgang"; is van mening dat het menselijk potentieel overeenkomstig het beginsel van de menselijke waardigheid zoals dat is verankerd in het Verdrag, niet mag worden verspild en moet worden beschouwd als een essentieel element van het concurrentievermogen; dringt erop aan dat in de hiërarchie van normen evenveel gewicht wordt toegekend aan de sociale rechten als aan de vrijheden van de interne markt;

gelangt zu dem Schluss, dass wir mehr Europa benötigen; ist der Ansicht, dass dringend eine politische und intellektuelle Führung benötigt wird, um dem europäischen Projekt neue Impulse zu verleihen; ist der Auffassung, dass die Kommission ihre Initiativrechte in vollem Umfange in den Bereichen geteilter Zuständigkeiten ausüben muss, insbesondere in der Energiepolitik, um die EU für die bevorstehenden Herausforderungen zu rüsten; vertritt die Auffassung, dass die Union untermauernde Projekt des ökologisch-sozialen Binnenmarkts vollendet werden muss; weist nachdrücklich darauf hin, dass die Mechanismen für eine Wirtschaftsordnungspolitik innerhalb der Union insbesondere im Hinblick auf eine bessere Krisenbewältigung und wirtschaftspolitische Koordinierung gestärkt werden müssen; weist darauf hin, dass die Reformagenda für den Bereich Finanzen und Aufsicht rasch weiterentwickelt werden muss, um nicht nur die in der Krise zutage getretenen Mängel zu beheben, sondern auch ein Finanzsystem zu konzipieren, das die Realwirtschaft stützt, zur Finanzstabilität beiträgt und zu Wirtschaftswachstum, langfristigen Investitionen, der Schaffung von Arbeitsplätzen, sozialem Zusammenhalt und der Bekämpfung der Armut führt; hält es für erforderlich, die Steuersysteme in fairer Weise so umzugestalten, dass die Anhäufung eines übermäßigen Fremdkapitalanteils verhindert sowie soziale Gerechtigkeit, Unternehmergeist und Innovation gefördert werden; fordert die Wiederbelebung der nachhaltigen sozialen Marktwirtschaft und der Werte, die sie verkörpert;
komt tot de slotsom dat wij meer Europa nodig hebben; is van mening dat er dringend behoefte is aan politieke en intellectuele leiding om het project Europa weer op de rails te krijgen; is van mening dat de Commissie ten volle gebruik moet maken van haar initiatiefrechten in de sectoren gedeelde bevoegdheden, met name in de sector energiebeleid, om te EU in staat te stellen de problemen die voor haar liggen aan te pakken; is van mening dat het klimaat- en maatschappijvriendelijke internemarktproject dat de Unie schraagt moet worden afgerond; dringt erop aan de mechanismen voor economische sturing binnen de Unie uit te breiden, met name vanuit de optiek van betere democratische controle, crisisbeheer, en coördinatie van economisch en werkgelegenheidsbeleid; bevestigt dat de agenda voor herziening van financiën en toezicht snel vooruitgang moet boeken, en dat niet alleen de tekortkomingen moeten worden aangepakt die tijdens de crisis zijn waargenomen, maar eveneens de noodzaak een financieel stelsel op te zetten dat de werkelijke economie steunt, leidt tot financiële stabiliteit en economische groei, langetermijninvesteringen, schepping van werkgelegenheid, maatschappelijke samenhang en bestrijding van armoede oplevert; acht het noodzakelijk het belastingstelsel op eerlijke wijze te herstructureren, zodanig dat het opbouwen van buitensporige marktinvloed wordt ontmoedigd en maatschappelijke gerechtigheid, ondernemersgeest en innovatie worden bevorderd; dringt erop aan de sociale markteconomie en de waarden die deze in zich bergt nieuw leven in te blazen;

223. gelangt zu dem Schluss, dass wir mehr Europa benötigen; ist der Ansicht, dass dringend eine politische und intellektuelle Führung benötigt wird, um dem europäischen Projekt neue Impulse zu verleihen; ist der Auffassung, dass die Kommission ihre Initiativrechte in vollem Umfange in den Bereichen geteilter Zuständigkeiten ausüben muss, insbesondere in der Energiepolitik, um die EU für die bevorstehenden Herausforderungen zu rüsten; vertritt die Auffassung, dass die Union untermauernde Projekt des ökologisch-sozialen Binnenmarkts vollendet werden muss; weist nachdrücklich darauf hin, dass die Mechanismen für eine Wirtschaftsordnungspolitik innerhalb der Union insbesondere im Hinblick auf eine bessere Krisenbewältigung und wirtschaftspolitische Koordinierung gestärkt werden müssen; weist darauf hin, dass die Reformagenda für den Bereich Finanzen und Aufsicht rasch weiterentwickelt werden muss, um nicht nur die in der Krise zutage getretenen Mängel zu beheben, sondern auch ein Finanzsystem zu konzipieren, das die Realwirtschaft stützt, zur Finanzstabilität beiträgt und zu Wirtschaftswachstum, langfristigen Investitionen, der Schaffung von Arbeitsplätzen, sozialem Zusammenhalt und der Bekämpfung der Armut führt; hält es für erforderlich, die Steuersysteme in fairer Weise so umzugestalten, dass die Anhäufung eines übermäßigen Fremdkapitalanteils verhindert sowie soziale Gerechtigkeit, Unternehmergeist und Innovation gefördert werden; fordert die Wiederbelebung der nachhaltigen sozialen Marktwirtschaft und der Werte, die sie verkörpert;
223. komt tot de slotsom dat wij meer Europa nodig hebben; is van mening dat er dringend behoefte is aan politieke en intellectuele leiding om het project Europa weer op de rails te krijgen; is van mening dat de Commissie ten volle gebruik moet maken van haar initiatiefrechten in de sectoren gedeelde bevoegdheden, met name in de sector energiebeleid, om te EU in staat te stellen de problemen die voor haar liggen aan te pakken; is van mening dat het klimaat- en maatschappijvriendelijke internemarktproject dat de Unie schraagt moet worden afgerond; dringt erop aan de mechanismen voor economische sturing binnen de Unie uit te breiden, met name vanuit de optiek van betere democratische controle, crisisbeheer, en coördinatie van economisch en werkgelegenheidsbeleid; bevestigt dat de agenda voor herziening van financiën en toezicht snel vooruitgang moet boeken, en dat niet alleen de tekortkomingen moeten worden aangepakt die tijdens de crisis zijn waargenomen, maar eveneens de noodzaak een financieel stelsel op te zetten dat de werkelijke economie steunt, leidt tot financiële stabiliteit en economische groei, langetermijninvesteringen, schepping van werkgelegenheid, maatschappelijke samenhang en bestrijding van armoede oplevert; acht het noodzakelijk het belastingstelsel op eerlijke wijze te herstructureren, zodanig dat het opbouwen van buitensporige marktinvloed wordt ontmoedigd en maatschappelijke gerechtigheid, ondernemersgeest en innovatie worden bevorderd; dringt erop aan de sociale markteconomie en de waarden die deze in zich bergt nieuw leven in te blazen;

Eine engagierte Politik der sozialen Marktwirtschaft muss sich besonders um Ausgegrenzte kümmern, um Jugendliche ohne ausreichende Schulbildung, um Bürger mit fehlender gesellschaftlicher Integration.
Een proactief beleid gericht op een sociale markteconomie dient zich met name te bekommeren om uitgesloten mensen, om jongeren met een gebrekkige opleiding en om burgers die onvoldoende in de maatschappij geïntegreerd zijn.

Bei diesem Ansatz handelt es sich um einen Ansatz der sozialen Marktwirtschaft. Er geht von der Feststellung aus, dass ein Binnenmarkt sich auf alle Marktakteure stützen muss: Unternehmen, Verbraucher und Arbeitnehmer.
Een dergelijke benadering is een benadering die typerend is voor een sociale markteconomie. Zij vertrekt vanuit de vaststelling dat een eengemaakte markt door alle marktdeelnemers moet worden geschraagd: ondernemingen, consumenten en werknemers.