Vertaling van "sozial benachteiligten regionen umso stärker ausgeprägt " (Duits → Nederlands) :

8. betont, dass die bestehende Ungleichheit der Chancen für Frauen und Männer auf dem Gebiet einer qualitativ hochwertigen Ausbildung und des lebenslangen Lernens in den Inselregionen sowie den geografisch und sozial benachteiligten Regionen umso stärker ausgeprägt ist; fordert daher intensivere Bemühungen zur Förderung der Bildungsinitiativen im Rahmen der Regionalpolitik;
8. wijst erop dat de reëel ongelijke kansen van mannen en vrouwen in levenslange leer- en opleidingsprocessen van hoge kwaliteit zoveel merkbaarder zijn op de eilanden en in geografisch en sociaal benadeelde gebieden; dringt daarom op meer aandacht voor onderwijsinitiatieven in het regionaal beleid aan;

8. betont, dass die bestehende Ungleichheit der Chancen für Frauen und Männer auf dem Gebiet einer qualitativ hochwertigen Ausbildung und des lebenslangen Lernens in den Inselregionen sowie den geografisch und sozial benachteiligten Regionen umso stärker ausgeprägt ist; fordert daher intensivere Bemühungen zur Förderung der Bildungsinitiativen im Rahmen der Regionalpolitik;
8. wijst erop dat de reëel ongelijke kansen van man en vrouw in levenslange leer- en opleidingsprocessen zoveel merkbaarder zijn op de eilanden en in geografisch en sociaal benadeelde gebieden; dringt daarom op meer aandacht voor onderwijsinitiatieven in het regionaal beleid aan;

3. betont, dass die bestehende Ungleichheit der Chancen für Frauen und Männer auf dem Gebiet einer qualitativ hochwertigen Ausbildung und des lebenslangen Lernens in den Inselregionen sowie den geografisch und sozial benachteiligten Regionen umso stärker ausgeprägt ist; fordert daher intensivere Bemühungen zur Förderung der Bildungsinitiativen im Rahmen der Regionalpolitik;
3. wijst erop dat de kansenongelijkheid tussen vrouwen en mannen op het vlak van de toegang tot kwaliteitsonderwijs en permanente educatie merkbaarder is in de eilandregio's en de regio's met geografische en sociale handicaps; dringt daarom aan op meer inspanningen ter bevordering van de onderwijsinitiatieven in het kader van het regionaal beleid;

1. bedauert, dass die Schulabbrecherquote in der EU derzeit 14,4 % beträgt und dass 17,4 % davon sogar nur die Grundschule abgeschlossen haben; weist darauf hin, dass die Senkung der Schulabbrecherquote seit vielen Jahren ein Ziel der EU und der Mitgliedstaaten ist, dass jedoch keine ausreichenden Fortschritte erzielt wurden, da die Schulabbrecherquote in manchen Mitgliedstaaten bei über 30 % liegt; weist darauf hin, dass die Schulabbruchquote zwischen den Mitgliedstaaten drastisch divergiert und dass die Rahmenbedingungen – wie etwa Migrationsbewegungen und Bildungsstand der Familien – zwischen verschiedenen Regionen und Mitgliedstaaten nur schwer vergleichbar sind; stellt fest, dass diese Kinder zumeist einen familiären Hintergrund mit geringem Bildungsniveau aufweisen oder aus einem sozial benachteiligten Umfeld stammen, wobei Jungen im Vergleich zu Mädchen häufiger von Schulabbruch betroffen sind; fordert deshalb stärkere Bemühungen der Mitgliedstaaten sowie eine strengere Überwachung vonseiten der Kommission, um sicherzustellen, dass die Mitgliedstaaten Strategien entwickeln und umsetzen, um die Zahl der Schulabbrüche zu senken; warnt vor den negativen Folgen möglicher Kürzungen der öffentlichen Investitionen in die Bildung aufgrund der Wirtschaftskrise und der von den Mitgliedstaaten verfolgten haushaltspolitischen Sparmaßnahmen, da diese zu einem weiteren Anstieg der Zahl der Schulabbrüche in der EU führen werden;
1. betreurt het dat het percentage voortijdige schoolverlaters in de EU momenteel op 14,4% ligt en dat 17,4% van die groep zelfs alleen maar de lagere school heeft gedaan; wijst erop dat het terugdringen van schooluitval reeds vele jaren een doelstelling van de EU en de lidstaten is, maar dat er op dit gebied onvoldoende vooruitgang is geboekt, aangezien in sommige lidstaten het percentage voortijdige schoolverlaters boven de 30% ligt; wijst erop dat er tussen de lidstaten zeer grote verschillen bestaan in de percentages voortijdige schoolverlaters en dat het buitengewoon moeilijk is de omgevingsfactoren in de verschillende regio's en lidstaten, zoals migratiebewegingen of het opleidingsniveau binnen het gezin, met elkaar te vergelijken; benadrukt dat deze kinderen veelal afkomstig zijn uit laaggeschoolde of kansarme milieus, en dat jongens vaker voortijdige schoolverlaters zijn dan meisjes; dringt daarom aan op een grotere handelingsbereidheid bij de lidstaten alsmede een scherper toezicht door de Commissie, om ervoor te zorgen dat de lidstaten strategieën ontwikkelen en uitvoeren ter vermindering van schooluitval; waarschuwt voor de schadelijke effecten van de mogelijke bezuinigingen in het onderwijs ten gevolge van de economische crisis en de budgettaire besparingen die de lidstaten momenteel doorvoeren, omdat daardoor de aantallen voortijdige schoolverlaters in de EU verder zullen stijgen;