Vertaling van "sieht sich serbien " (Duits → Nederlands) :

TERMINOLOGIE

Serbien und Montenegro | Staatenbund Serbien und Montenegro
Servië en Montenegro

Serbien [ Republik Serbien ]
Servië [ Republiek Servië ]

Die Bewerberländer Türkei, ehemalige jugoslawische Republik Mazedonien*, Montenegro*, Serbien* und Albanien*, das Land des Stabilisierungs- und Assoziierungsprozesses und potenzielle Bewerberland Bosnien und Herzegowina und die dem Europäischen Wirtschaftsraum angehörenden EFTA-Länder Island, Liechtenstein und Norwegen sowie die Ukraine, die Republik Moldau, Armenien, Aserbaidschan und Georgien schließen sich dieser Erklärung an.*Die ehemalige jugoslawische Republik Mazedonien, Montenegro, Serbien und Albanien nehmen weiterhin am Stabilisierungs- und Assoziierungsprozess teil.
De kandidaat-lidstaten Turkije, de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië*, Montenegro*, Servië* en Albanië*, het land van het stabilisatie- en associatieproces en mogelijke kandidaat-lidstaat Bosnië en Herzegovina, en de EVA-landen IJsland, Liechtenstein en Noorwegen, die lid zijn van de Europese Economische Ruimte, alsmede Oekraïne, de Republiek Moldavië, Armenië, Azerbeidzjan en Georgië, sluiten zich bij deze verklaring aan.* De voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië, Montenegro, Servië en Albanië blijven deelnemen aan het stabilisatie- en associatieproces.

Republik Serbien | Serbien
Republiek Servië | Servië

Serbien und Montenegro [ BRJ | Bundesrepublik Jugoslawien | Restjugoslawien ]
Servië en Montenegro [ Federale Republiek Joegoslavië | FRJ | Rest-Joegoslavië ]

IN-CONTEXT TRANSLATIONS

Das Instrument für Heranführungshilfe sieht eine anhaltende Unterstützung von Bewerberländern und potenziellen Bewerbern vor, nämlich Albanien, Bosnien und Herzegowina, die ehemalige jugoslawische Republik Mazedonien, Kosovo (Bezeichnung gemäß Resolution 1244/1999 des VN-Sicherheitsrates), Montenegro, Serbien und die Türkei.
IPA II biedt voor een langere periode steun aan kandidaat-lidstaten en potentiële kandidaten, met name Albanië, Bosnië en Herzegovina, de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië, Kosovo (benaming in overeenstemming met resolutie 1244 (1999) van de VN-Veiligheidsraad), Montenegro, Servië en Turkije.

1. . sieht dem förmlichen Beginn der Beitrittsgespräche mit Serbien auf der ersten Regierungskonferenz zwischen der EU und Serbien am 21. Januar 2014 erwartungsvoll entgegen; ist der Ansicht, dass die Regierungskonferenz einen historischen Schritt für den europäischen Integrationsprozess Serbiens darstellt und ein Beleg für den Einsatz der EU für den Erweiterungsprozess ist; fordert den serbischen Staat auf, im Anschluss an die Konferenz ihre EU-bezogenen Reformen voranzubringen, um der Hoffnung der serbischen Bürger auf ein reibungsloses Beitrittsverfahren gerecht zu werden und den Wirtschaftsaufschwung zu fördern, indem er die Aussichten auf eine EU-Mitgliedschaft greifbar macht;
1. verheugt zich op de formele start van de toetredingsbesprekingen met Servië tijdens de eerste intergouvernementele conferentie (IGC) EU-Servië op 21 januari 2014; beschouwt de IGC als een historische stap voor het Europees integratieproces van Servië en als een blijk van de verknochtheid van de EU aan het uitbreidingsproces; dringt er bij de Servische autoriteiten op aan dat zij aansluitend op de conferentie meer werk maken van EU-gerelateerde hervormingen in het land om te voldoen aan de hoop van de Serviërs op een soepel verlopend toetredingsproces en om het economisch herstel te bevorderen door het vooruitzicht van EU-lidmaatschap tastbaar te maken;

Als ein Land, das lange Zeit isoliert war und das sich nach wie vor außerhalb der modernen Strömung der europäischen Politik und Wirtschaft befindet, sieht sich Serbien vielen Herausforderungen gegenüber.
Als land dat lange tijd geïsoleerd is geweest en buiten de moderne ontwikkelingen in de Europese politiek en economie is gebleven, staat Servië voor grote uitdagingen.

Die Kommission hat im September mit der analytischen Durchsicht des Besitzstands (dem sogenannten Screening) begonnen und sieht der ersten Regierungskonferenz über den Beitritt Serbiens erwartungsvoll entgegen, die spätestens im Januar 2014 – nach Annahme des Verhandlungsrahmens durch den Rat – stattfinden soll.
In september is de Commissie begonnen met de screening van het acquis, waarbij zij ernaar streeft de eerste intergouvernementele conferentie over de toetreding van Servië uiterlijk in januari 2014 te laten plaatsvinden, zodra het onderhandelingskader door de Raad is vastgesteld.

8. stellt mit Bedauern fest, dass die 9. Runde des hochrangigen Dialogs zwischen Belgrad und Pristina ohne eine Kompromisslösung zum Ausmaß der Befugnisse der Gemeinschaft serbischer Kommunen zu Ende ging; fordert beide Seiten auf, ihre Gespräche fortzusetzen und zu intensivieren, um schnellstmöglich eine gegenseitig akzeptable und nachhaltige Lösung für sämtliche offenen Fragen zu finden; weist darauf hin, dass die Normalisierung ihrer Beziehungen im Interesse Serbiens und des Kosovos liegt und ein wichtiger Schritt zur Fortsetzung des europäischen Integrationsprozesses ist; fordert die volle Umsetzung der bislang getroffenen Vereinbarungen auf beiden Seiten; begrüßt die Treffen zwischen den Ministerpräsidenten Serbiens und des Kosovo, Ivica Dačić und Hashim Thaçi, und betrachtet sie als grundlegende Schritte in Richtung einer echten Aussöhnung zwischen Serben und Kosovaren sowie einer Normalisierung der Beziehungen zwischen Serbien und dem Kosovo; hebt die proaktive und führende Rolle der Hohen Vertreterin/Vizepräsidentin Catherine Ashton bei der Ermöglichung des Dialogs zwischen Serbien und dem Kosovo lobend hervor; sieht Fortschritten in anderen Bereichen wie Telekommunikation und Energie erwartungsvoll entgegen und fordert beide Seiten nachdrücklich auf, sich aktiv um die Lösung der Frage der verschollenen Personen zu bemühen; begrüßt, dass die serbische Regierung über die Umsetzung des Abkommens über einbeziehende regionale Zusammenarbeit und über die Benennung jeweils eines Verbindungsbeamten für die EU-Büros in Pristina und Belgrad unterrichtet wurde, sowie über die Unterzeichung des Grenzverwaltungsabkommens und die ersten Schritten in Richtung seiner Umsetzung; fordert Belgrad auf, mit EULEX auf dem Gebiet der Rechtsstaatlichkeit weiter eng zusammenzuarbeiten und gemeinsame Anstrengungen beim Kampf gegen organisierte Kriminalität zu verstärken; fordert Serbien ferner auf, mit dem Sonderuntersuchungskommando (SITF) von EULEX umfassend zusammenzuarb ...
8. stelt teleurgesteld vast dat de negende gespreksronde van de dialoog tussen Belgrado en Pristina op hoog politiek niveau niet heeft geleid tot een omvattend akkoord over de mate van autonomie van de associatie van Servische gemeenten; dringt er bij beide partijen op aan de onderhandelingen voort te zetten en te intensiveren om zo spoedig mogelijk tot een voor beide partijen aanvaardbare en duurzame oplossing te komen voor alle openstaande kwesties; benadrukt dat normalisering van de betrekkingen in het belang is van zowel Servië als Kosovo en essentieel is om het proces van Europese integratie weer op gang te brengen; roept op tot de volledige uitvoering van de overeenkomsten die tot nu toe door beide partijen gesloten zijn; is ingenomen met de bijeenkomsten van de premiers van Servië en Kosovo, Ivica Dačić en Hashim Thaçi, als cruciale stappen in de richting van een daadwerkelijke verzoening tussen Serviërs en Kosovaren en de normalisatie van de betrekkingen tussen Servië en Kosovo; prijst de proactieve rol en het leiderschap van hoge vertegenwoordiger en vicevoorzitter Catherine Ashton bij het bevorderen van de dialoog tussen Servië en Kosovo; kijkt uit naar vooruitgang op andere terreinen, zoals telecommunicatie en energie, en dringt er bij beide partijen op aan actief deel te nemen aan inspanningen om het probleem van vermiste personen op te lossen; is verheugd over de instructie van de Servische regering betreffende de tenuitvoerlegging van het akkoord inzake inclusieve regionale samenwerking, over het besluit om een verbindingsofficier aan te stellen bij de EU-bureaus van respectievelijk Pristina en Belgrado, en over de ondertekening van het akkoord inzake geïntegreerd grensbeheer en de eerste maatregelen voor de tenuitvoerlegging daarvan; roept Belgrado op de goede samenwerking met EULEX op het gebied van de rechtsstaat voort te zetten en de gezamenlijke inspanningen bij de bestrijding van de georganiseerde misdaad op te voeren; spoort Servië aan ...

8. begrüßt die Wiederaufnahme des Dialogs zwischen Belgrad und Pristina auf höchster politischer Ebene und die Willensbekundungen der neuen serbischen Regierung; fordert die volle Umsetzung der bislang getroffenen Vereinbarungen auf beiden Seiten; begrüßt die Treffen zwischen den Ministerpräsidenten Serbiens und des Kosovo, Ivica Dačić und Hashim Thaçi, und betrachtet sie als grundlegende Schritte in Richtung einer echten Aussöhnung zwischen Serben und Kosovaren sowie einer Normalisierung der Beziehungen zwischen Serbien und dem Kosovo; hebt die proaktive und führende Rolle der Hohen Vertreterin/Vizepräsidentin Catherine Ashton bei der Ermöglichung des Dialogs zwischen Serbien und dem Kosovo lobend hervor; sieht Fortschritten in anderen Bereichen wie Telekommunikation und Energie erwartungsvoll entgegen und fordert beide Seiten nachdrücklich auf, sich aktiv um die Lösung der Frage der verschollenen Personen zu bemühen; begrüßt, dass die serbische Regierung über die Umsetzung des Abkommens über einbeziehende regionale Zusammenarbeit und über die Benennung jeweils eines Verbindungsbeamten für die EU-Büros in Pristina und Belgrad unterrichtet wurde, sowie über die Unterzeichung des Grenzverwaltungsabkommens und die ersten Schritten in Richtung seiner Umsetzung; fordert Belgrad auf, mit EULEX auf dem Gebiet der Rechtsstaatlichkeit weiter eng zusammenzuarbeiten und gemeinsame Anstrengungen beim Kampf gegen organisierte Kriminalität zu verstärken; fordert Serbien ferner auf, mit dem Sonderuntersuchungskommando (SITF) von EULEX umfassend zusammenzuarbeiten und es bei seiner Arbeit zu unterstützen;
8. is verheugd over de hervatting van de dialoog tussen Belgrado en Pristina op het hoogste politieke niveau en het engagement waaraan de nieuwe Servische regering uitdrukking heeft gegeven; roept op tot de volledige uitvoering van de overeenkomsten die tot nu toe door beide partijen gesloten zijn; is ingenomen met de bijeenkomsten van de premiers van Servië en Kosovo, Ivica Dačić en Hashim Thaçi, als cruciale stappen in de richting van een daadwerkelijke verzoening tussen Serviërs en Kosovaren en de normalisatie van de betrekkingen tussen Servië en Kosovo; prijst de proactieve rol en het leiderschap van hoge vertegenwoordiger en vicevoorzitter Catherine Ashton bij het bevorderen van de dialoog tussen Servië en Kosovo; kijkt uit naar vooruitgang op andere terreinen, zoals telecommunicatie en energie, en dringt er bij beide partijen op aan actief deel te nemen aan inspanningen om het probleem van vermiste personen op te lossen; is verheugd over de instructie van de Servische regering betreffende de tenuitvoerlegging van het akkoord inzake inclusieve regionale samenwerking, over het besluit om een verbindingsofficier aan te stellen bij de EU-bureaus van respectievelijk Pristina en Belgrado, en over de ondertekening van het akkoord inzake geïntegreerd grensbeheer en de eerste maatregelen voor de tenuitvoerlegging daarvan; roept Belgrado op de goede samenwerking met EULEX op het gebied van de rechtsstaat voort te zetten en de gezamenlijke inspanningen bij de bestrijding van de georganiseerde misdaad op te voeren; spoort Servië aan tot volledige samenwerking met en ondersteuning van de speciale onderzoekstaskforce (SITF) van EULEX bij zijn werkzaamheden;

10. weist ferner darauf hin, dass die Achtung und der Schutz der Minderheiten wichtige Elemente der EU-Beitrittskriterien sind; stimmt mit der Europäischen Kommission in der Auffassung überein, dass Serbien die Umsetzung des rechtlichen und institutionellen Rahmens für den Schutz der Minderheiten verbessern muss; begrüßt daher die in ihrer Erklärung zum Protokoll der Ratstagung vom 28. Februar 2012 zum Ausdruck gebrachte Absicht der Kommission, die Anstrengungen Serbiens in diesem Zusammenhang genau zu verfolgen, und sieht dem Bericht der Kommission erwartungsvoll entgegen;
10. herhaalt dat respect voor en bescherming van minderheden belangrijke elementen van de EU-toetredingscriteria vormen; is het met de Europese Commissie eens dat de toepassing door Servië van het juridische en institutionele kader voor de bescherming van minderheden moet worden verbeterd; is daarom ingenomen met het voornemen van de Commissie – zoals vermeld in haar verklaring bij de notulen van de Raad van 28 februari 2012 – om de inspanningen van Servië op dit vlak nauwlettend te volgen en kijkt uit naar het verslag van de Commissie;

Wird ein solcher Anscheinsbeweis vorgelegt, so sieht Serbien die Voraussetzungen als erfüllt an, sofern es nichts anderes nachweisen kann.
Wanneer dergelijk prima facie bewijs wordt overgelegd, neemt Servië aan dat aan de voorwaarden is voldaan, tenzij het het tegendeel kan bewijzen.

Der Europäische Rat hat auf seiner Tagung im Juni 2003 in Thessaloniki die „Agenda von Thessaloniki für die westlichen Balkanstaaten: Auf dem Weg zur Europäischen Integration“ angenommen, die vorsieht, dass die Gemeinschaftsprogramme den Ländern des Stabilisierungs- und Assoziierungsprozesses nach den für die Teilnahme der Kandidatenländer festgelegten Grundsätzen offen stehen sollen.Die Kommission empfahl in ihrer Mitteilung „Vorbereitung der Teilnahme der westlichen Balkanländer an den Programmen und Agenturen der Gemeinschaft“ mit Albanien, Bosnien und Herzegowina, Kroatien und der ehemaligen jugoslawischen Republik Mazedonien sowie Serbien und Montenegro jeweils ein Rahmenabkommen über die allgemeinen Grundsätze ihrer Teilnahme an den Programmen der Gemeinschaft zu schließen.Im Einklang mit den vom Rat am 29. April 2004 angenommenen Verhandlungsdirektiven hat die Kommission im Namen der Europäischen Gemeinschaft mit Serbien und Montenegro ein Rahmenabkommen über die allgemeinen Grundsätze der Teilnahme Serbiens und Montenegros an den Programmen der Gemeinschaft ausgehandelt.Dieses Abkommen wurde im Namen der Gemeinschaft am 22. November 2004 in Brüssel unterzeichnet, vorbehaltlich eines späteren Abschlusses.In Bezug auf einige der unter dieses Abkommen fallenden Programme sieht der Vertrag keine anderen Befugnisse als die Befugnisse des Artikels 308 vor.Die spezifischen Voraussetzungen und Bedingungen für die Teilnahme Serbiens und Montenegros an den Programmen der Gemeinschaft, einschließlich des zu leistenden finanziellen Beitrags, sollten von der Kommission im Namen der Gemeinschaft festgelegt werden.
De Europese Raad van Thessaloniki van juni 2003 heeft zijn goedkeuring gehecht aan de Agenda van Thessaloniki voor de westelijke Balkan — op weg naar Europese integratie, waarin is bepaald dat de communautaire programma’s opengesteld zullen worden voor de landen van het stabilisatie- en associatieproces volgens de beginselen die voor de deelname van de kandidaat-lidstaten gelden.De Commissie heeft in haar mededeling „Voorbereiding van de deelname van de landen van de westelijke Balkan aan de communautaire programma’s en agentschappen” aanbevolen om met Albanië, Bosnië en Herzegovina, Kroatië, de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië en Servië en Montenegro kaderovereenkomsten te sluiten over de algemene beginselen van hun deelname aan de communautaire programma’s.Overeenkomstig de op 29 april 2004 door de Raad aangenomen onderhandelingsrichtsnoeren heeft de Commissie namens de Europese Gemeenschap met Servië en Montenegro een kaderovereenkomst gesloten over de algemene beginselen van de deelname van Servië en Montenegro aan communautaire programma’s.Deze overeenkomst werd namens de Gemeenschap op 22 november 2004 in Brussel ondertekend, onder voorbehoud van de eventuele sluiting ervan op een later tijdstip.Ten aanzien van enkele van de programma’s waarop de overeenkomst betrekking heeft, voorziet het Verdrag niet in andere bevoegdheden dan die van artikel 308.De specifieke voorwaarden voor de deelname van Servië en Montenegro aan de communautaire programma’s, met inbegrip van de verschuldigde financiële bijdrage, worden door de Commissie namens de Gemeenschap vastgesteld.